PO vragen + 5.6 regeling 1h/v

Planning:
  • PO voortgang
  • leerdoelen
  • uitleg leerdoelen
  • huiswerk opgeven
  • aan de slag met opgegeven opdrachten
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Planning:
  • PO voortgang
  • leerdoelen
  • uitleg leerdoelen
  • huiswerk opgeven
  • aan de slag met opgegeven opdrachten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voortgang PO?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen 5.6:

  1. Ik kan benoemen wat terugkoppeling is en hiervan voorbeelden geven.
  2. Ik kan de werking van adrenaline, glucagon en insuline benoemen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hormoonstelsel met hormoonklieren

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Hormonenklieren maken hormonen.
  • Hormonen zijn stoffen die de werking van organen regelen. 
  • Via het bloed komen hormonen in je hele lichaam terecht. De hormonen zijn alleen werkzaam in weefsels en organen die daarvoor gevoelig zijn. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regeling glucosegehalte
  • Glucose is een suiker die door planten wordt gemaakt. In je      voedsel zit glucose. Glucose is de brandstof voor de cellen      in je lichaam. 
  • De glucose in je voedsel wordt door de wand van je dunne   darm opgenomen in je bloed. 
  • De hoeveelheid glucose in je bloed noemen we de     bloedsuikerspiegel. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedsuikerspiegel
  • Voor je lichaam is het belangrijk dat de bloedsuikerspiegel niet te hoog wordt, maar ook niet te laag wordt. 
  • Hormonen uit de alvleesklier regelen dit. 
  • In alvleesklier liggen de eilandjes van Langerhans. 
  • Deze groep cellen maken insuline en glucagon, deze hormonen regelen je bloedsuikerspiegel. 
  • Ze houden het glucosegehalte in je bloed min of meer constant op 0,1%.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

regeling van het bloedsuikerspiegel

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er als je hebt gegeten???
  • Na een maaltijd gaat je glucosegehalte hoger worden dan 0,1%. 
  • Dan wordt er insuline geproduceerd. 
  • Onder invloed van insuline wordt glucose in de lever en in spieren omgezet in glycogeen. 
  • Glycogeen is een reservestof die wordt                                                       opgeslagen in de lever en de spieren. 
  • Doordat de glucose is omgezet in glycogeen,                                                   daalt het glucosegehalte in je bloed.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er als je je inspant?
* Bij lichamelijke inspanning hebben je cellen veel energie nodig.
* De cellen nemen dan glucose op uit je bloed als brandstof.
* Als het glucosegehalte van je bloed lager wordt dan 0,1%, gaan de eilandjes     van Langerhans glucagon maken.
                                                     * Onder invloed van glucagon wordt glycogeen in de                                                   lever en spieren omgezet in glucose. 
                                                    *  Deze glucose wordt opgenomen in je bloed. 
                                                    *  Hierdoor stijgt het glucosegehalte in je bloed weer. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedsuikerspiegel

Slide 11 - Tekstslide

Waarom wil je niet dat de glucose hoog blijft in je bloed?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pak je boek op blz. 128, 
die bladzijde gaan we samen lezen. 
Terugkoppeling
Adrenaline

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pak je boek op blz. 132, 
die bladzijde gaan we samen lezen. 
Terugkoppeling
Adrenaline
Terugkoppeling = 
het resultaat van een proces is de oorzaak van bijsturing van het proces.

Adrenalineis een hormoon dat door de bijnieren wordt afgegeven.
Adrenaline zorgt ervoor dat glycogeen wordt omgezet in glucose.
Adrenaline heeft een korte, snelle werking, waardoor je hart sneller gaat kloppen en je ademhaling sneller gaat.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk voor de volgende les =
Maak (online) van thema 5
van basisstof 5.6
opdrachten 1 t/m 4 + 6 t/m 8



Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies