Starttaal 2F: Thema 1 - H3 - les 4 voltooid deelwoord

Starttaal 2F Leerwerkboek A
 ENTREE
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Starttaal 2F Leerwerkboek A
 ENTREE

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen 
Aan het einde van de les:

Weet je wat de voltooide tijd betekent;
Kun je de voltooide tijd herkennen in een zin;
Weet je wanneer je het voltooid deelwoord van een zwak werkwoord eindigt op een d of een t.

Slide 2 - Tekstslide

3.3 de voltooide tijd
De VOLTOOIDE tijd:                           
Als iets voltooid is, betekent dat het afgerond is.

Een zin in de voltooide tijd herken je aan de werkwoorden:
- hebben + voltooid deelwoord ( heeft gefietst)
- zijn + voltooid deelwoord ( is geweest)

Slide 3 - Tekstslide

3.3 de voltooide tijd
Het voltooid deelwoord van een zwak werkwoord eindigt altijd op een d of een t. 
Om te weten of je het voltooid deelwoord met een d of t schrijft, gebruik je weer het:

TaXiKoFSCHiP (eind-letter van de stam staat erin = T)
               Je schrijft een voltooid deelwoord nooit met DT!!!

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video


Ik heb vlakbij de kust (snorkelen)

Slide 6 - Open vraag


Ik heb het ver (schoppen)

Slide 7 - Open vraag


Ik heb mijn enkel (kneuzen)

Slide 8 - Open vraag

3.3 de voltooide tijd
Een zin in de voltooide tijd zetten:

- Ik kneus mijn enkel = TT = nu
- Ik heb mijn enkel gekneusd = TT = geweest dus voltooid.

               De volgende zinnen ga je in de voltooide tijd zetten!

Slide 9 - Tekstslide

Zet de zin in de voltooide tijd:

De pianist speelt prima.

Slide 10 - Open vraag

Zet de zin in de voltooide tijd:

De kapper knipt mijn haar in een mooi model.

Slide 11 - Open vraag

Zet de zin in de voltooide tijd:

Vorige keer werd ze misselijk van dat drankje.

Slide 12 - Open vraag

Opdracht Boek Starttaal 2F
3.3 De voltooide tijd
opdracht 14 t/m 20
blz. 54 t/m 58

Slide 13 - Tekstslide