SZ bezitsverzekeringen
1 / 55
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Stukje herhaling: Hoe wordt het verzekerd belang bepaald?
Slide 5 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Op basis van welke waarde wordt het bedrijfsgebouw verzekerd?
Slide 9 - Open vraag
De definitie van herbouwwaarde luidt: het bedrag dat nodig is om het pand op dezelfde plek met dezelfde bestemming te herbouwen. Dit is dus niet de verkoopwaarde van het pand. Ook de boekwaarde van het pand is niet hetzelfde als de herbouwwaarde.
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 11 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Zonwering van het bedrijfsgebouw
A
Inventaris
B
Gebouw
C
Goederen
Slide 12 - Quizvraag
Sorry heb ik ook niet bedacht.
Antennes en zonwering wordt vaak tot inventaris gerekend
Juwelen in juwelierszaak
A
Inventaris
B
Goederen
C
Gebouw
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Verf die de schilder verkoopt
A
Inventaris
B
Goederen
C
Gebouw
Slide 14 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
De losse vitrine in een juwelierszaak
A
Inventaris
B
Goederen
C
Gebouw
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
UGV
BOB
BOB
Storm
Inbraak
Waterschade door regen- sneeuw- en smeltwater
Waterschade door vorst of defect
waterschade door breuk aquarium en waterbed
diefstal
Vandalisme (wederrechtelijk binnendringen)
Gewelddadige beroving en afpersing van inventaris
Schade door glasbreuk
Weten we het nog? BOB:
Slide 17 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 18 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 19 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wanneer biedt een uitgebreide gevarenverzekering voor bedrijfsgebouwen dekking tegen schade door vandalisme?
A
Alleen als de schade aan het gebouw gepaard gaat met diefstal of een poging daartoe.
B
Alleen indien iemand met geweld het bedrijfsgebouw is binnengedrongen.
C
Alleen als de schade aan het gebouw is ontstaan doordat iemand het bedrijfsgebouw wederrechtelijk of na braak is binnengedrongen.
Slide 20 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 21 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 22 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Welke van de volgende gebeurtenissen is gedekt op een algemeen gebruikelijke uitgebreide gevarenverzekering voor gebouwen?
A
vandalisme bij een leegstand van drie maanden van het gebouw.
B
Schade aan het dak door storm met windkracht 9.
C
vochtdoorlating van de keldermuren na hevige neerslag.
Slide 23 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 24 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat is gedekt op de UGV gebouwen?
A
schade door het afbreken van tak bij windkracht 7
B
vandalisme aan lang leegstaand gebouw
C
vochtdoorlating in de kelder door sneeuw
Slide 25 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is in het algemeen de uitkeringsgrondslag bij een uitkering van een brandverzekeraar?
A
De dagwaarde
B
De nieuwwaarde
C
Slide 26 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de uitkeringsgrondslag bij een uitkering van een avb-verzekeraar?
A
De dagwaarde
B
De nieuwwaarde
C
Slide 27 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 28 - Tekstslide
Index laatste vervaldag 248
Index 10 maand later bij schade is 254
Verzekerde som is EUR 450.000
Verzekerde som wordt 254/248 x 450.000 = EUR 460.887 . Hierbij rekening houden dat de maximale verhoging 25% is.
Slide 29 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
inboedel en voorraad zijn verzekerd voor 80000,-. Brandschade bedraagt 30000,-
Gezonde waarde is van de inboedel is 120000,-
De verzekering kent een indexclausule. Hierdoor wordt er standaard 25% extra bij het verzekerd bedrag opgeteld. Hoeveel keert de verzekering uit?
Gezonde waarde is van de inboedel is 120000,-
De verzekering kent een indexclausule. Hierdoor wordt er standaard 25% extra bij het verzekerd bedrag opgeteld. Hoeveel keert de verzekering uit?
Slide 30 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Het gebouw is verzekerd voor € 800.000,00 met indexclausule. De index staat op het moment van de schade op 5%. Hoe hoog is de verzekerde waarde van het gebouw op het moment van de schade?
A
€ 1.000.000,00
B
€ 800.000,00
C
€ 840.000,00
Slide 31 - Quizvraag
Je mag er niet zondermeer 25% bij optellen zoals bij inboedel. Er is een maximale correctie mogelijk tot 25%, maar de verzekerde waarde wordt met het indexbedrag verhoogd.
Een bedrijf heeft een indexclausule op zijn inventarisverzekering. De verzekering heeft een verzekerd bedrag van € 60.000,-. Op schadedatum blijkt de verzekerde inventaris een daadwerkelijke waarde van € 70.000,- te hebben. De schade aan de inventaris bedraagt € 14.000,-.
Welk bedrag krijg het bedrijf uitgekeerd?
Welk bedrag krijg het bedrijf uitgekeerd?
Slide 32 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 33 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Een gebouw heeft brandschade: Verzekerde waarde € 600.000,00. Werkelijke waarde € 800.000,00. Schade € 400.000,00. Opruimingskosten op basis 10% premier risque € 90.000,00 Bereddingskosten € 40.000,00. Expertisekosten € 10.000,00. Hoe hoog is de uitkering?
Slide 34 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat zijn salvagekosten?
A
vorm van opruimingskosten
B
vorm van expertisekosten
C
vorm van bereddingskosten
Slide 35 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Mieke (kapster) gaat tevens huidverzorging doen. Beide doet zij vanuit een eigen bedrijfspand. Moet zij dit doorgeven aan de UGV verzekeraar van het bedrijfspand?
A
Ja
B
Nee
Slide 36 - Quizvraag
Dit zal niet erg schadekansverhogend werken
Mieke (kapster) gaat tevens huidverzorging doen. Beide doet zij vanuit een eigen bedrijfspand. Moet zij dit doorgeven aan de UGV verzekeraar van de inventarisverzekering?
A
Ja
B
Nee
C
Kun je zo niet zeggen
Slide 37 - Quizvraag
Wanneer dit meer / andere inventaris vraagt, wel anders niet.
Mieke (kapster) gaat tevens huidverzorging doen. Beide doet zij vanuit een eigen bedrijfspand. Moet zij dit doorgeven aan de AVB-verzekeraar
A
Ja
B
Nee
C
Kun je zo niet zeggen
Slide 38 - Quizvraag
Ja zeker! Dit brengt heel andere en meer risico's met zich mee.
Slide 39 - Tekstslide
1: maakt dat je wijzigingen hierin moet doorgeven
2: hoef je dus niet door te geven.
Slide 40 - Tekstslide
Uitgesloten is slijtage en geleidelijk bederf. Schade aan programmatuur of data door virussen.
Extra kosten: huur tijdelijke apparatuur, kosten overwerk, transportkosten naar elders
Reconstructie: inhuren extra personeel, overwerkuren, huur kantoorruimte
Slide 41 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Welke waarde wordt met de rectificatieclausule aangepast?
A
De restwaarde
B
De verzekerde waarde
C
De getaxeerde waarde
Slide 42 - Quizvraag
Bij onderverzekering wordt de restwaarde verlaagd
Bij oververzekering wordt de restwaarde verhoogd
De uitkering wordt gebaseerd op de taxatiewaarde waardoor het beter voor de klant uitpakt.
Met een indexclausule kan er WEL sprake zijn van onderverzekering
A
Juist
B
Onjuist
Slide 43 - Quizvraag
Wanneer je in het begin de verkeerde waarde verzekerd, zal dat met een index niet worden opgelost.
Slide 44 - Tekstslide
Voordeel voor het bedrijf is : minder claims op de avb, waardoor de premie niet snel wordt aangepast. Daarom wil het bedrijf wel voorzichtig zijn.
Slide 45 - Tekstslide
Bij spuiten met middelen met lager ontvlammingspunt
Slide 46 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 47 - Tekstslide
Het werk: het object en de onderdelen die deel worden van het werk
Diefstal vaak 10% op premier risquekarakter
Aansprakelijkheid: Schade aan derden en schade tussen verzekerden (door heiwerk ontstaat schade aan derden bijv).
Uitgesloten:
schade door motorrijtuigen
letselschade aan werknemers (is al op avb)
boetes
opzicht
Na tweede oplevering is CAR niet meer van toepassing
Aan bestaande eigendommen opdrachtgever:
Voorbeeld is schade aan bestaande deel van mijn woning toen er werd aangebouwd.
Slide 48 - Tekstslide
Verzekerd:
Materiaalmoeheid
Kortsluiting
Kwaadwilligheid, onbekwaamheid, nalatigheid van het personeel
Weigeren van automaten
Niet functioneren van koelsystemen, beveiligingen of smeersystemen
Onoordeelkundige bediening
Uitgesloten:
Instorten/zakken gebouw
Melest etc.
BOB (evenementen die al op de brandverzekering verzekerd zijn)
Schade door opzet van verzekerde
Slide 49 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 50 - Tekstslide
Standaarddekking: alleen zaakschade (letselschade uitgesloten)
Uitgebreide dekking: letsel ook verzekerd. Hiervoor is een verzekeringsbewijs afgegeven.
Het werkmaterieel is dan aangemerkt als gemotoriseerd verkeer
Slide 51 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 52 - Tekstslide
Alleen de meest uitgebreide verzekering biedt dekking tegen online fraude.
Andere wanneer personeel of derden fysiek geld afhandig maken.
Door kortsluiting raakt een machine in brand. Op welke verzekering is deze schade gedekt?
A
goederen/inventarisatiever-zekering
B
machinebreukverzekering
C
eigen gebrek is niet verzekerd
Slide 53 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat doet een arbiter?
A
namens de verzekerde de schade vaststellen
B
namens de verzekeraar de schade vaststellen
C
schade vaststellen na vaststelling door expert verzekerde/verzekeraar
Slide 54 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Moet een brandverzekeraar bij een brandschade het hypotheekregister raadplegen?
A
Ja, altijd
B
Nee
C
Ja, wanneer de schade hoger is dan € 12.500
Slide 55 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
