Leenheren en Leenmannen in de Middeleeuwen

Leenheren en Leenmannen in de Middeleeuwen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leenheren en Leenmannen in de Middeleeuwen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat leenheren en leenmannen zijn en hoe zij werkten in de Middeleeuwen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al over leenheren en leenmannen?

Slide 3 - Woordweb

Wat zijn Leenheren en Leenmannen?
Leenheren waren edellieden die land bezaten. Leenmannen waren ridders of andere edellieden die land van de leenheer kregen.

Slide 4 - Tekstslide

Feodaliteit
De relatie tussen leenman en leenheer werd geregeld door het feodale stelsel. Dit was een systeem van wederzijdse verplichtingen en beloningen.

Slide 5 - Tekstslide

Leenman
Een leenman moest zijn leenheer trouw zweren en hem bijstaan in oorlogstijd. In ruil daarvoor kreeg hij land en bescherming.

Slide 6 - Tekstslide

Leenheer
Een leenheer moest bescherming bieden aan zijn leenmannen en hen belonen met land en andere privileges. Hij had ook het recht om rechtspraak uit te voeren op zijn landgoed.

Slide 7 - Tekstslide

Leenakte
Een leenman kreeg een stuk land in leen van zijn leenheer. Dit werd vastgelegd in een leenakte.

Slide 8 - Tekstslide

Leenroerigheid
Leenmannen waren leenroerig aan hun leenheer, wat betekent dat zij hun land alleen mochten doorgeven aan hun erfgenamen met toestemming van de leenheer.

Slide 9 - Tekstslide

Leenstelsel
Het leenstelsel was een manier om de macht van de koning te verdelen onder edelen. De koning gaf land in leen aan leenheren, die op hun beurt land in leen gaven aan leenmannen.

Slide 10 - Tekstslide

Koningen en Leenheren
Koningen maakten gebruik van het leenstelsel om hun macht te vergroten. Door land in leen te geven aan leenheren, konden zij hun gebied uitbreiden en hun macht versterken.

Slide 11 - Tekstslide

Leenheren en Ridders
Leenheren gaven land in leen aan ridders, die op hun beurt leenmannen konden worden. Ridders waren belangrijk in oorlogstijd en konden veel land en privileges krijgen als beloning.

Slide 12 - Tekstslide

Vrouwen als Leenheer
In sommige gevallen waren vrouwen leenheer en hadden zij leenmannen. Dit was echter zeldzaam en vrouwen hadden over het algemeen minder macht dan mannen.

Slide 13 - Tekstslide

Leenheren en Steden
Leenheren hadden vaak steden op hun landgoed. Deze steden konden zich ontwikkelen tot belangrijke handelscentra en waren belangrijk voor de economie.

Slide 14 - Tekstslide

Leenheren en Kastelen
Leenheren woonden vaak in kastelen op hun landgoed. Deze kastelen waren belangrijk voor de verdediging en het bestuur van het gebied.

Slide 15 - Tekstslide

Leenheren en Belastingen
Leenheren hadden het recht om belastingen te heffen op hun landgoed. Dit was een belangrijke bron van inkomsten voor hen.

Slide 16 - Tekstslide

Leenheren en Rechtspraak
Leenheren hadden het recht om rechtspraak uit te voeren op hun landgoed. Dit betekende dat zij wetten konden maken en straffen konden opleggen aan overtreders.

Slide 17 - Tekstslide

Leenheren en Krijgsmacht
Leenheren hadden het recht om een krijgsmacht te vormen op hun landgoed. Dit was belangrijk voor de verdediging en het handhaven van de orde.

Slide 18 - Tekstslide

Leenheren en Erfopvolging
Erfopvolging was belangrijk in het leenstelsel. Leenheren en leenmannen moesten hun land en titels doorgeven aan hun erfgenamen.

Slide 19 - Tekstslide

Leenheren en Einde van het Leenstelsel
Het leenstelsel verdween langzaam in de late Middeleeuwen. Dit kwam onder andere door de opkomst van de centrale staat en het ontstaan van een vaste beroepsklasse.

Slide 20 - Tekstslide

Leenheren en Leenmannen in de Middeleeuwen
Leenheren en leenmannen waren belangrijk in de Middeleeuwen. Zij werkten samen volgens het feodale stelsel en hadden verschillende verplichtingen en beloningen.

Slide 21 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 22 - Open vraag

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 23 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 24 - Open vraag