Begrippen H1. 1-2-3-4-5

Begrippen Hst. 1
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 5 min

Onderdelen in deze les

Begrippen Hst. 1

Slide 1 - Tekstslide

Glucose
Mitochondrien
Brandstof
Verbranding
stof die veel energie bevat
celorganel dat glucose afbreekt
stof die voor verbranding nodig is
afbraak van glucose in cellen

Slide 2 - Sleepvraag

Sleep het juiste onderdeel naar het juiste getal. 
Nummer 6 
Nummer 8
Nummer 2
Nummer 9
Strotteklepje
Luchtpijp
Long
Longblaasje

Slide 3 - Sleepvraag

Sleep het juiste onderdeel naar het juiste getal. 
Nummer 5 
Nummer 4
Nummer 10
Nummer 7
Mondholte
Neusholte
Strottenhoofd
Bronchie

Slide 4 - Sleepvraag

Wat is gaswisseling?
A
de opname en afgifte van zuurstof en koolstofdioxide via de longblaasjes
B
ademhaling waarbij de ribben en het borstbeen bewegen
C
de spieren die nodig zijn om adem te halen
D
ademhaling waarbij het middenrif en de buikwand bewegen

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de buikademhaling?
A
de opname en afgifte van zuurstof en koolstofdioxide via de longblaasjes
B
ademhaling waarbij de ribben en het borstbeen bewegen
C
de spieren die nodig zijn om adem te halen
D
ademhaling waarbij het middenrif en de buikwand bewegen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de borstademhaling?
A
de opname en afgifte van zuurstof en koolstofdioxide via de longblaasjes
B
ademhaling waarbij de ribben en het borstbeen bewegen
C
de spieren die nodig zijn om adem te halen
D
ademhaling waarbij het middenrif en de buikwand bewegen

Slide 7 - Quizvraag

In de afbeelding zie je de borstademhaling. Sleep de termen inademing en uitademing naar de juiste locatie in de afbeelding. 
Inademing
Uitademing

Slide 8 - Sleepvraag

Neusharen
Slijmvlies
Reukzintuig
Trilharen
Trilharen
Slijmvlies

Slide 9 - Sleepvraag

1. Welk gas wordt in de longblaasjes opgenomen in het bloed?
2. En welk gas wordt in de longblaasjes afgegeven aan de lucht?
A
1. Koolstofdioxide 2. zuurstof
B
1. Koolstofdioxide 2. koolstofdioxide
C
1. zuurstof 2. zuurstof
D
1. zuurstof 2. koolstofdioxide

Slide 10 - Quizvraag

De longblaasjes hebben samen een .............  oppervlak. 


De wand van de longblaasjes is ................ .


De gaswisseling kan daardoor ................... verlopen.
Groot
Klein
Dik
Dun
Snel
Langzaam

Slide 11 - Sleepvraag

Bloed
Bloed
Koolstofdioxide
Lucht
Zuurstof

Slide 12 - Sleepvraag

uitgeademde lucht bevat:

.........................  zuurstof,


.........................  koolstofdioxide en


........................  waterdamp.
Veel
Veel
Veel
Weinig
Weinig
Weinig

Slide 13 - Sleepvraag

Hoe heet het bloedvat dat naar de nier toe stroomt?
A
Nierader
B
Nierhaarvat
C
Nierslagader
D
Nierbloedvat

Slide 14 - Quizvraag

Hoe heet het bloedvat dat van de lever weg stroomt?
A
Leverader
B
Leverhaarvat
C
Leverslagader
D
Leverbloedvat

Slide 15 - Quizvraag