H22 - 18-11-2019

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Le planning d'aujourd'hui

Les buts d'aujourd'hui

Noter "bijvoeglijk naamwoord" (1/2)

Les couleurs

Décrire une personne

Mettez votre iPad au coin du table.

Prenez votre cahier de grammaire et un stylo.

L'adjectif en français (1/2)

Aujourd'hui:

1. Comment former l'adjectif

2. La place de l'adjectif

Mercredi:

- Les exceptions

Le planning d'aujourd'hui

- Les notes

- Le 'planning' des semaines suivantes

- Répéter l'adjectif

- Kahoot

- Au travail + poser des questions

Le planning des semaines suivantes

Eindtoets met grammatica-onderdelen

Grammatica herhalen + nieuwe grammatica-onderdelen

1.  Comment former l'adjectif?

Past zich aan aan de persoon of het ding waar het bij hoort:

                           ev           mv

Mannelijk       --             -s

Vrouwelijk      -e           -es

1. une voiture  -  noir

2. un copain  -  nouveau

3. des filles  - intelligent

4. des cheveux (mmv)  -  blanc

5. une femme  -  vieux

2. La place de l'adjectif

Het bijv. nw komt over het algemeen NA het zelfst. nw: 

vb: Une robe noire/un pantalon bleu

BEHALVE bij de volgende woorden:

bijv. nw die vóór het zelfst. nw komen:

jeune

joli

beau

vieux

petit

gros

grand

long

nouveau

bon

mauvais

haut

premier

Fais un schéma comme cela:

Fais un schéma comme cela:

Les devoirs:

Fais: les exercices avec le lien sur magister

Apprends: jeune joli beau, vieux petit gros...

Le planning d'aujourd'hui

- décrire une personne

- les buts d'aujourd'hui

- faire l'exercice de lundi

- noter les exceptions (2/2)

Les devoirs:
décrire une 

personne

Il y a des questions?

À la fin du cours...

... je comprends comment former l'adjectif (bijv. nw);

... j'ai fait connaissance avec les exceptions de l'adjectif;

Qu'est-ce que vous savez de l'adjectif?

Au travail

Durée: 8-10 minutes

Comment: individuellement, en silence

Écouteurs: oui

Aide: après 5 minutes

Fini: 1. corrige "les vêtements".   2. fais le devoir (regarde magister)

Résultat: on va le corriger

C'est un/une...

(klein meisje)            (oude man)

                                               (knappe 

                                                vrouw)

Il/elle porte un...

(lange jas)

                                     (rood t-shirt)

                                (nieuwe broek)

Quelques exercices:

un tee-shirt

une robe

des lunettes

des chaussures

un pantalon

1. Laat de docent de woorden uit je aantekeningenschrift zien. Je krijgt een lijstje met de juiste vertalingen. Corrigeer de woorden en schrijf de extra woorden over!

2. cliquez ici.

Schrijf de vertalingen van de kleuren over in het vocabulairedeel van je schrift. Schrijf ook de vrouwelijke en meervoudsvormen over.

Geef de opvallende elementen een kleurtje. 

Waarom opschrijven? (klik voor meer informatie)

Deze opdrachten doe je voor jezelf! Overleggen mag, op normaal geluidsniveau.

Filmpje maken over je idool: degene beschrijven 

- qua karakter (3 karaktertrekken)

- qua gezicht/bouw 

(groot/klein/dik/dun) 

(haar, gezichtshaar + kleur, ogen + kleur, ) 

- kleding typisch van de persoon

- accessoires typisch van de persoon (bril/sieraden/makeup/)

biografie over idool:

- wie is het, wanneer geboren, afkomst

- waar woonplaats en waar gewoond?

- waarom gekozen?

- Welk beroep, als wat/waar gewerkt of werkzaam,

- Welke prijzen gewonnen

- Kinderen gekregen

1. Zoek eerst achterin je boek bij de gele bladzijden vanaf 154. Welke woorden/zinnen kun je daar al vinden die belangrijk zijn bij het beschrijven van iemands uiterlijk? Schrijf deze, met vertaling, in je vocabulaireschrift.

2. Klaar? Ga dan naar eerste 2 sites en zoek de kledingstukken op die er worden genoemd en schrijf ze in je vocabulaireschrift met de juiste vertaling. De vertaling van veel kledingstukken vind je vanaf blz. 178. De rest van de vertalingen zoek je op internet op via deze site.

- kleding die je moet weten 

- woordjes oefenen kleding

3. Klaar? Dan schrijf je de zinnen over die belangrijk zijn bij het beschrijven van het uiterlijk van iemand. 

- over uiterlijk beschrijven 1

- over uiterlijk beschrijven 2

- over uiterlijk beschrijven 3

Le planning d'aujourd'hui

- c'est quand la date limite?

- les buts d'aujourd'hui

- un test petit

- au travail

- décrire ton voisin/ta voisine

C'est quand, la date limite?

Les options sont:

- lundi le 16 décembre

- mercredi le 18 décembre

Les buts d'aujourd'hui

- je connais les exceptions de l'adjectif;

- je peux décrire quelqu'un.

De mooie vrouw.

1. La femme beau
2. la belles femme
3. la femme belle
4. la belle femme

De witte jurk.

1. le robe blanc
2. le blanc robe
3. la robe blanche
4. la blanche robe

de bekende acteur

1. l'acteur fameux
2. le fameux acteur
3. la fameuse acteur
4. l'acteur fameuse

Zij is oud

1. elle est vieux
2. elle est nouveau
3. elle est nouvelle
4. elle est vieille

Deze vrouwen zijn sportief.

1. Ces femmes sont sportive
2. Ces femmes sont sportifs
3. Ces femmes sont sportif
4. Ces femmes sont sportives

Au travail:

Quoi: l'exercice 32

Durée:        10 minutes

Comment: individuellement, 

                    en silence!

Écouteurs: oui

Aide:           écris ta question

Fini:             schrijf zinnen over van blz. 29, 30 en 31 die je kunnen helpen bij het beschrijven.

Aide sur l'adjectif:

- Demander des questions

- Demander de l'explication suppémentaire

gebruik iPad

Le planning d'aujourd'hui

- le planning des semaines suivantes

- décrire une personne

- (décrire ton voisin/demander des questions)

le planning des semaines suivantes

- Lundi le 9 déc: Le passé composé

- mercredi le 11 déc: bufferdag --> cours supplémentaire?

- lundi le 16 déc: dernier cours --> propre choix.

- mercredi le 18 déc: le SO

- vendredi (laatste inleverdatum): le vidéo

Décrire ton voisin/ta voisine

Uiterlijk (kleding, haar, ogen en

kleuren, dik/dun lang/kort)

Innerlijk (karaktertrekken)

Demander des questions sur les devoirs

Comment: d'abord l'un, après l'autre..

durée: 10 minutes 

résultat: la prof demande quelqu'un

Le planning d'aujourd'hui

Regarder le rubric

Répéter le passé composé

Les verbes de l'exercice

C'est quoi encore, le passé composé?

L'exercice du passé composé

1. Souligne les verbes: le présent en bleu

                          et le passé composé en rouge

2. Remplis le tableau. 

Durée: 10 minutes

Comment: individuellement, en silence

Fini: écris les phrases importantes.

Aide: 5 minutes pas de questions

Le planning d'aujourd'hui

- Quelques remarques sur la biographie

- Remplir une enquête sur mme Spruyt 

- Au travail avec la biographie

Quelques remarques:

- Het is een opdracht van de passé composé, vergeet deze niet 

   toe te passen!

- Controleer of je elk onderdeel hebt!

            - Getrouwd en kinderen gehad;

            - 3 data, tijdstippen en plekken 

            - als wat werkzaam geweest

            - waar gewoond?

Quelques remarques:

Neem woensdag huiswerk/een boek/iets te doen mee. Niet iedereen zal even snel klaar zijn. 

Au travail

- Biografie al geschreven? --> perfectioneren met feedback + reproduceren/oefenen

- Biografie nog niet geschreven? --> deze schrijf je dan deze les.

- Vragen over biografie? --> Stel deze. 

Remplir l'enquête

Ga naar www.bsot.nl

Voer de docentcode in:   PKK-038

Voer de klas in:   MH22

Comment: individuellement, en silence!

Fini? Travaille sur la biographie.