3.2 Fictie: Personages 1bkt1

Personages
Nederlands

Wie is de hoofdpersoon?
Wie zijn de bijfiguren?

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Personages
Nederlands

Wie is de hoofdpersoon?
Wie zijn de bijfiguren?

Slide 1 - Tekstslide

Fictie - Personages  

Slide 2 - Tekstslide

LEERDOEL
Je leert personages beschrijven.

Je leert verschillende soorten perspectief herkennen.

Slide 3 - Tekstslide

Typen
- altijd dezelfde kenmerken
- overdreven slecht, overdreven dom
Karakters
- lijkt meer op een echt mens
- goede en slechte eigenschappen
- maken keuzes en maken een ontwikkeling door.

Slide 4 - Tekstslide


Darth Vader

Star Wars
A
Karakter
B
Type

Slide 5 - Quizvraag


Juffrouw Bulstronk

Mathilda
A
Karakter
B
Type

Slide 6 - Quizvraag


Harry Potter
A
Karakter
B
Type

Slide 7 - Quizvraag

Uiterlijk
Alles wat je aan de buitenkant kunt zien.

  • leeftijd, lichaamsbouw, haarkleur, kleding
  • gedrag: betrouwbaar-onbetrouwbaar, chaotisch-precies, extravert-introvert
  • relatie tot andere personages: broer-zus, minnaar-minnares, schurk-held

Slide 8 - Tekstslide

Innerlijk
Alle gedachten en gevoelens,
juist de dingen die je niet aan de buitenkant
kunt zien. 

Door de beschrijving van het innerlijk leer je het personage kennen.
Je begrijpt zo ook het gedrag van het personage beter.

Slide 9 - Tekstslide

Personages
  1. De hoofdpersoon is het belangrijkste personage in het verhaal.

  2. In het verhaal ook personages met kleine rollen, die noem je bijfiguren.

  3. Als jij je goed in het personage kan verplaatsen, dan identificeer jij je met dat personage.

Slide 10 - Tekstslide

Fragment Alaska, Anna Woltz
De schrijfster, Anna Woltz 
vertelt over het boek 'Alaska'.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Wat is het onderwerp van het boek 'Alaska'?
A
middelbare school
B
epilepsie

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Video

Flaptekst boek 'Alaska' 1/2
Op de eerste dag van het schooljaar weet Sven het zeker: hij moet een briljante stunt uithalen. Anders is hij meteen die zielige jongen uit 1b.
Parker wil juist onzichtbaar zijn. Ze heeft net de ergste zomer van haar leven achter de rug en vertrouwt niemand meer. Dan ontdekt ze dat Alaska, de hond die eerst van háár was, nu bij Sven woont – als zijn hulphond.

Op de eerste dag van het schooljaar weet Sven het zeker: hij moet een briljante stunt uithalen. Anders is hij meteen die zielige jongen uit 1b.
Parker wil juist onzichtbaar zijn. Ze heeft net de ergste zomer van haar leven achter de rug en vertrouwt niemand meer. Dan ontdekt ze dat Alaska, de hond die eerst van háár was, nu bij Sven woont – als zijn hulphond.
 Overdag wil Parker niks te maken hebben met Sven, dus er zit maar één ding op. Als ze Alaska ooit nog wil zien, moet dat ’s nachts.

Slide 15 - Tekstslide

Flaptekst boek 'Alaska' 2/2
Overdag wil Parker niks te maken hebben met Sven, dus er zit maar één ding op. Als ze Alaska ooit nog wil zien, moet dat ’s nachts.

Slide 16 - Tekstslide

De hoofdpersonen van 'Alaska' zijn?
Noem er 2.

Slide 17 - Open vraag

Wat weet je al over de hoofdpersonen?

Slide 18 - Open vraag

Zelfstandig Werken
Lees op blz. 75 - tekst 2 (mijn allerliefste vijand)
maken op blz. 76 en 77 - opdracht 7, 8, 10

klaar ?
Leesboek
timer
20:00

Slide 19 - Tekstslide

Wat is een hoofdpersoon in een boek of film?

Slide 20 - Open vraag

Welke personages zijn er nog meer?

Slide 21 - Open vraag