Tijd over? --> Oefenzinnen
1. Met voetbal maakt hij graag een sliding.
2. Ik wil een nieuwe telefoon kopen.
3. Haar vriendin sprong een gat in de lucht.
4. Sem heeft zijn moeder vanochtend gesproken.
5. Alle mensen hebben vrije tijd nodig.
6. Welke Netflix-serie kijk jij nu?
Schrijf van elke zin de pv, het wwg, het ond en het lv. Zorg dat je de afkortingen kent ;)