Injecteren SKILLS

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Injecteren

Lesdoel

• Opfrissen theorie (kort, dmv mindmap)
  
• Oefenen met de vaardigheden
• In groepjes aan de slag
• Uitgebreid protocol zoeken met achtergrond informatie (welke prik locaties, wel/niet ontluchten, vervolgens materialen verzamelen en  injecteren laten zien inclusief klaarmaken medicatie)

INJECTEREN en bijbehorende COMPLICATIES

Injecteer nooit in ....

1. litteken weefsel
2. verlamde ledenmaten
3. in rode of blauwe plekken
4. alle antwoorden zijn goed

Bij subcutaan injecteren, dan injecteer je ...

1. In de spier
2. in de huid
3. in een ader
4. in het onderhuidsweefsel

Wat moet je na een insuline injectie doen met de naald?

1. Meteen eruit halen
2. 3 sec. laten zitten
3. 5 sec. laten zitten
4. 10 sec. laten zitten

Geschikte injectiegebieden voor intramusculaire injecties zijn:

1. Bovenbeen en buik
2. Bovenarm, dijbeen en bil
4. Buik, dijbeen en tussen de schouderbladen

Bij de loodrechttechniek van de subcutane injectie

1. Pak je tussen wijsvinger en duim een huidplooi
2. Span je de huid tussen duim en wijsvinger
3. Raak je de huid niet aan

Een injectie glucagon wordt gegeven bij

1. een hypoglycemie
2. een hyperglycemie

Inbrengen van een vlindernaald is

1. subcutaan
2. intramusculair
3. intracutaan
4. veneuz

Bij intramusculair injecteren, dan injecteer je in .......

1. De spier
2. De huid
3. Een ader
4. Het onderhuidsbindweefsel.

Uitleg en in groepjes van 2 de handelingen uitvoeren

• Theorie opzoeken bij juiste injectie
• Protocol opzoeken
• Materialen pakken (wordt klaar gelegd)
• Demonstreren en uitleggen welke injecties, welke injectieplaats, welke complicaties 

Doen (30 min)

Groepjes
1
Inbrengen van een vlindernaald
2. 
Intramusculair injecteren
3. 
Insuline injecteren 
4.
Fraxiparine toedienen

Aandachtspunten

• Wat neem je mee naar de praktijk?
• Oefenen in de praktijk onder begeleiding 

Evaluatie / afronding