1.2 - A - Spanningen in Europa

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

1.2 Spanningen in Europa

Planning

• Leerdoelen
• Directe oorzaken en indirecte oorzaken 
  
• Modernisering in Europa
• Opdracht
• Afsluiting

Leerdoelen

• Aan het einde van deze les  kun je uitleggen  op welke manier Europa moderniseerde aan het begin van de 20e eeuw.

• Je kunt het verschil uitleggen tussen een directe en een indirecte oorzaak

Huiswerkdoelen

• Je kunt uitleggen waarom de Frans-Duitse oorlog uitbrak. 
  
  
• Je kunt benoemen welke oorzaken er worden genoemd voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog.

Directe en indirecte oorzaken (1)

• Directe oorzaken, de aanleiding:

toevallige gebeurtenissen zoals geboorte, sterfte of militaire aanval. 

- Is niet doorslaggevend.

• Indirecte oorzaken, processen en gebeurtenissen die verder terug gaan in de tijd: 
  Politieke, sociale, economische, culturele of militaire oorzaken.
  - De stand van zaken.

Directe en indirecte oorzaken (2)

• Directe oorzaken, de aanleiding:

De moord op Franz Ferdinand

• Indirecte oorzaken, processen en gebeurtenissen die verder terug gaan in de tijd: 

Modernisering, machtsverhoudingen en bondgenootschappen.

Modernisering van Europa (1)

De industriële revolutie speelde een belangrijke rol bij de modernisering van Europa:

• Van stoom over op  bezine en elektriciteit: autobussen, metrolijnen, vliegtuigen, schepen. De chemische industrie ontwikkelde mest en maar ook nieuwe wapens zoals  automatische wapens en het gifgas. 
  
  
• Fabrieken gaan steeds sneller en goedkoper produceren; het ontstaan  van massaproductie.
  
  
• Nieuwe communicatiemiddelen zorgden voor snellere verspreiding van nieuws: radio, telegraaf, film en telefoon.
  

Modernisering van Europa (1)

• Verbetering van de werk- en woonomstandigheden: hogere lonen en riolering. 
  
  
• Afschaffing van kinderarbeid en invoering van de leerplicht. 
  
  
• Militarisme: invoering van de dienstplicht. De wil om te vechten voor je land. 

De opdracht

Zelfstandig oefenen met directe en indirecte oorzaken.

• WB: P.7. Opdracht 6, 7 en 8. 
• Na 10 minuten bespreken we de antwoorden. 

Leerdoelen

• Aan het einde van deze les  kun je uitleggen  op welke manier Europ moderniseerde aan het begin van de 20e eeuw.

• Je kunt het verschil uitleggen tussen een directe en een indirecte oorzaak.

De volgende les 

• Machtsverhoudingen en bondgenootschappen.
  
  
• Denk aan het inplannen van je huiswerk.
  
  
• Kijk voor extra verdieping op de padlet.