H34, 10-01-24

Good morning :)
Let's practice for the test!
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Good morning :)
Let's practice for the test!

Slide 1 - Tekstslide

Ik snap alle grammatica voor de toets al
Yes, ik snap alles!
Bijna, ik kan nog wel wat uitleg gebruiken.
Ik vind het nog erg lastig!

Slide 2 - Poll

Hier heb ik moeite mee en ga ik thuis het meest op focussen:
Woordjes
Stones
Grammatica

Slide 3 - Poll

Stones
Translate the following sentences from Dutch to English

Slide 4 - Tekstslide

In geval van een ongeval dien je meteen 112 te bellen

Slide 5 - Open vraag

Het park is leuk maar ik moet je waarschuwen voor zakkenrollers

Slide 6 - Open vraag

Ik denk dat dit boek echt is maar ik weet het niet zeker

Slide 7 - Open vraag

Hoe denk jij dat de school eruit zou zien in tien jaar?

Slide 8 - Open vraag

Ik voorspel dat we op een dag vliegende auto's zullen hebben

Slide 9 - Open vraag

Kun je me vertellen hoe deze app werkt?

Slide 10 - Open vraag

Dokters beweerden dat deze app de wereld zou veranderen

Slide 11 - Open vraag

Theme words
Choose the correct English word

Slide 12 - Tekstslide

De juiste vertaling van 'indringer' is:
A
Conviction
B
Onlooker
C
Suspects
D
Intruder

Slide 13 - Quizvraag

De juiste vertaling van 'beboeten' is:
A
Verdict
B
To fine
C
To harass
D
Reckless

Slide 14 - Quizvraag

De juiste vertaling van 'hulpdiensten' is:
A
Police officers
B
Troublemakers
C
Emergency services
D
Lawyers

Slide 15 - Quizvraag

De juiste vertaling van 'getuige' is:
A
Onlookers
B
Witness
C
Judge
D
Victim

Slide 16 - Quizvraag

De juiste vertaling van 'winkeldiefstal plegen' is:
A
To be charged with
B
To force open
C
To shoplift
D
To pickpocket

Slide 17 - Quizvraag

De juiste vertaling van 'uit de hand lopen' is:
A
To harass
B
To escalate
C
Walking out of the hand
D
To alert

Slide 18 - Quizvraag

De juiste vertaling van 'ontwikkelen' is:
A
To develop
B
To build
C
To vanish
D
To separate

Slide 19 - Quizvraag

De juiste vertaling van 'veelbelovend' is:
A
Predictable
B
Portable
C
Pressure
D
Promising

Slide 20 - Quizvraag

De juiste vertaling van 'geschikt zijn voor' is:
A
To be good for
B
To be compatible with
C
To be nice with
D
To be powered by

Slide 21 - Quizvraag

De juiste vertaling van 'kunstmatig' is:
A
Artsy
B
Painting
C
State of the art
D
Artificial

Slide 22 - Quizvraag

De juiste vertaling van 'duurzaam' is:
A
Sustainable
B
Available
C
To be powered by
D
Portable

Slide 23 - Quizvraag

Grammar
Choose if the sentence is grammatically correct or not

Slide 24 - Tekstslide

'I made this LessonUp before I went to sleep' is correct in the past perfect
A
True
B
False

Slide 25 - Quizvraag

'I had already made this LessonUp before I went to sleep' is correct in the past perfect
A
True
B
False

Slide 26 - Quizvraag

We use the future perfect to talk about something that will be finished before a specific time in the future
A
True
B
False

Slide 27 - Quizvraag

We use the future continuous to talk about something that will be going on for a longer time/a specific time
A
True
B
False

Slide 28 - Quizvraag

'This weekend I will be sleeping all day' is correct in the future perfect
A
True
B
False

Slide 29 - Quizvraag

'By the time she goes to bed, she will have finished her homework' is correct in the future perfect
A
True
B
False

Slide 30 - Quizvraag

Make this a passive sentence:
'I have done all the dishes'

Slide 31 - Open vraag

Make this a passive sentence:
'She is solving the puzzle'

Slide 32 - Open vraag

Make this an active sentence:
'The crime had been witnessed by the police'

Slide 33 - Open vraag

Make this an active sentence:
'The classroom is decorated by mr Harteloh'

Slide 34 - Open vraag

Indirect speech
Direct speech
She said she played tennis every week
'They will be late' the teacher said
'I had sent you the text' he said
My mother said she was watching the news

Slide 35 - Sleepvraag

Change this sentence into indirect speech:
'I haven't seen him in two years' she said

Slide 36 - Open vraag