Pythagoras (les 3)

De stelling van Pythagoras
Welkom!
Zorg ervoor dat je de volgende spullen naast je hebt liggen:
- pen
- schrift
- rekenmachine
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De stelling van Pythagoras
Welkom!
Zorg ervoor dat je de volgende spullen naast je hebt liggen:
- pen
- schrift
- rekenmachine

Slide 1 - Tekstslide

In dit hoofdstuk leer je:
- Wat de stelling van Pythagoras is
- Hoe je rekent met de stelling van Pythagoras
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in dagelijkse situaties
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in een assenstelsel
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in ruimtefiguren

Slide 2 - Tekstslide

Je weet al:
- Wat de stelling van Pythagoras is --> a² + b² = c²
- Hoe je rekent met de stelling van Pythagoras
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in dagelijkse situaties
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in een assenstelsel
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in ruimtefiguren

Slide 3 - Tekstslide

Je weet al:
- Wat de stelling van Pythagoras is --> a² + b² = c²
- Hoe je rekent met de stelling van Pythagoras
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in dagelijkse situaties
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in een assenstelsel
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in ruimtefiguren

Slide 4 - Tekstslide

Vandaag gaan we leren:
- Wat de stelling van Pythagoras is --> a² + b² = c²
- Hoe je rekent met de stelling van Pythagoras
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in dagelijkse situaties
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in een assenstelsel
- Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in ruimtefiguren

Slide 5 - Tekstslide

  • a² + b² = x²
  • (√5)² + (√7)² = x²
  • 5 + 7 = x²
  • 12 = x²
  • x² = 12
  • x = √12 ≈ 3,4
Bereken x in de driehoek hieronder

Slide 6 - Tekstslide

  • a² + x² = c²
  • 10² + x² = 20²
  • 100 + x² = 400
  • x² = 400 - 100
  • x² = 300
  • x = √300 ≈ 17,3
Bereken x in de driehoek hieronder, waarbij a = 10 en c = 20. Rond af op 1 decimaal

Slide 7 - Tekstslide

Rechthoekszijden:
De twee zijden die samen de rechte hoek vormen.
Schuine zijde:
De zijde die tegenover de rechte hoek ligt.

Slide 8 - Tekstslide

Stelling van Pythagoras
a² + b² = c²

Slide 9 - Tekstslide

Stelling van Pythagoras
rhz² + rhz² = sz²

a² + b² = c²

Slide 10 - Tekstslide

Hoe je de stelling van Pythagoras gebruikt in dagelijkse situaties

Slide 11 - Tekstslide

  • rhz² + rhz² = sz²
  • 0,8² + hoogte² = 4,70²
  • 0,64 + hoogte² = 22,09
  • hoogte²= 22,09-0,64
  • hoogte² = 21,45
  • hoogte = √21,45 ≈ 4,63 m
Op welke hoogte raakt de ladder het huis?

Slide 12 - Tekstslide

Hoe hoog is de paal
van de kabelbaan?

Slide 13 - Open vraag

  • a² + h² = c²
  • 750² + h² = 960²
  • 562500 + h² = 921600
  • h²= 921600-562500
  • h² = 359100
  • h = √359100 ≈ 599 m
Hoe hoog is de paal van de kabelbaan?

Slide 14 - Tekstslide

Wat is een Pythagorees drietal
a² + b² = c²

Slide 15 - Tekstslide

Een Pythagorees drietal 

Slide 16 - Tekstslide

Maak de Pythagorese drietal compleet
90; ? ; 106. Vul in ?=

Slide 17 - Open vraag

1.5 Allerlei lengte berekenen
1.6 Ontdekken wat Pythagorese drietallen zijn

Slide 18 - Tekstslide

Stel één vraag over iets dat je
nog niet zo goed hebt begrepen. Als alles
duidelijk was geef je dat gewoon aan.

Slide 19 - Woordweb

Wat is het belangrijkste wat je
deze les hebt geleerd?

Slide 20 - Woordweb

Bedankt voor jullie aandacht en nog een fijne dag!

Slide 21 - Tekstslide