Hoofdstuk 9 Nig

Dialoog H9 lezen
vocabulaire doornemen
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Dialoog H9 lezen
vocabulaire doornemen

Slide 1 - Tekstslide

Bij de huisarts
klachten beschrijven
reageren op vragen
reacties geven
lichaamsdelen
dagdelen
perfectum
uitspraak eindklank -t en
verbonden spraak

Slide 2 - Tekstslide

dialoog
waarom - huisarts
waar - bultjes
hoelang - klachten
wat - gedaan
wat - gegeten
waarom - zalf

Slide 3 - Tekstslide

lichaamsdelen

Slide 4 - Tekstslide

Je bent ziek.
De dokter vraagt: Wat is er aan de hand?
Denk na over het probleem.
Wat vertel je de huisarts?

Slide 5 - Tekstslide

opdracht 2
Beterschap!
Sterkte!
Het beste!
Ik wens je het allerbeste.
Ik zie je volgende week graag weer terug.
Hou je taai.
Snel beter worden hoor.
Ziek maar lekker uit.
Hou je haaks.

Slide 6 - Tekstslide

Dagdelen
06:00 uur 
12:00 uur
12:00 uur 
18:00 uur
18:00 uur 
24:00 uur
00:00 uur 
06:00 uur

Slide 7 - Tekstslide

deze dag of elke dag
opdracht 3
ochtend

middag
avond
nacht    
's ochtends
's morgens  
's middags
's avonds
's nachts

Slide 8 - Tekstslide

Heb je zaterdag les?

Slide 9 - Open vraag

Kun je pinnen op de markt?

Slide 10 - Open vraag

Geef je de kapper een fooi?

Slide 11 - Open vraag

We hebben elke ochtend les. We hebben ___ les.

A
vanochtend
B
’s ochtends

Slide 12 - Quizvraag

Zullen we ___ een patatje eten?

A
vanavond
B
gisteravond

Slide 13 - Quizvraag

Ik heb ___ een afspraak bij de dokter.

A
morgenmiddag
B
middag

Slide 14 - Quizvraag

___ begint de cursus.

A
gistermorgen
B
morgenmiddag

Slide 15 - Quizvraag

filmpje

Slide 16 - Tekstslide

Perfectum
spelen
ge + speel + d

werken
ge + werk + t

gebeuren, betreden, herinneren, verwennen, onthouden
onregelmatige werkwoorden 
uit je hoofd leren
regelmatige werkwoorden -> ge + stam + t of d

Slide 17 - Tekstslide

't ex kofschip / ex soft ketchup
Nee? 
Dan een d!
gebeuren
gebeur
r
+d
is gebeurd
ontdekken
ontdekk
k
+t
heeft ontdekt
verhuizen
verhuiz
z
+d
is verhuisd

Slide 18 - Tekstslide

zijn  
hebben
van richting veranderen
verandering van situatie
tweede werkwoord is: 
zijn, blijven
beginnen, kwijtraken, naderen of tegenkomen
overgankelijk werkwoord
wederkerend werkwoord

Slide 19 - Tekstslide

stoppen
A
is gestopt
B
is gestopd

Slide 20 - Quizvraag

verbazen
A
is verbaazt
B
is verbaazd
C
is verbaast
D
is verbaasd

Slide 21 - Quizvraag

verven
A
is geverfd
B
is gevervd
C
is geverft
D
is gevervt

Slide 22 - Quizvraag

nee
+de(n)
opdracht 4 en 5
ja
+te(n)

Slide 23 - Tekstslide

zijn  
  • van richting veranderen
  • verandering van situatie
  • tweede werkwoord is zijn of blijven
  • beginnen, kwijtraken, naderen en tegenkomen
hebben
  • overgankelijk werkwoord
  • wederkerend werkwoord
opdracht 7

Slide 24 - Tekstslide

iets / niets

iets / niets + adjectief + s

Een grappig huis.
Er is (n)iets grappigs aan.

opdracht 11
grappig
(n)iets grappigs

Slide 25 - Tekstslide

iets / niets

iets / niets + adjectief + s

Een grappig huis.
Er is (n)iets grappigs aan.

opdracht 11
grappig
(n)iets grappigs

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

huiswerk
blz. 132, opdracht 3
blz. 132, opdracht 5
blz. 138, opdracht 15
extra opdrachten coutinho.nl

Vertel over 
de huisarts, ziekenhuis, afspraak maken, wachttijden enz. 
in het land waar je bent geboren.

Slide 28 - Tekstslide