In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Bonjour cb2
Et bienvenue au cours de français
Slide 1 - Tekstslide
Le programme
1. Le but du jour
2. Herhaling manger
3. Herhaling vraagzinnen
4. WST
Slide 2 - Tekstslide
Le but du jour
Aan het einde van de les kan ik een zin maken met het werkwoord manger én deze op 3 manieren vragend maken.
Slide 3 - Tekstslide
'manger' is een?
A
Onregelmatig werkwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Bijvoeglijk naamwoord
D
Regelmatig werkwoord
Slide 4 - Quizvraag
Manger
Ik eet
Je mange
Jij eet
Tu manges
Hij/zij/men eet
Il/elle/on mange
Wij eten
Nous mangeons (let op de extra 'e' !
Jullie / u eten
Vous mangez
Zij eten
Ils/elles mangent
Slide 5 - Tekstslide
Vertaal; Hij eet een appel (une pomme)
Slide 6 - Open vraag
Vertaal; ik eet een pizza (une pizza)
Slide 7 - Open vraag
Vertaal; wij eten een maaltijd (un repas)
Slide 8 - Open vraag
Vertaal; u eet een peer (une poire)
Slide 9 - Open vraag
Beheers jij het werkwoord manger al?
Oui! Ik snap het helemaal
Ik snap wat ik moet doen maar ik moet de uitgangen nog oefenen
Ik denk dat ik er wel uitkom als ik de stof nog een keer goed doorneem
Ik snap er helemaal niets van! HELP
Slide 10 - Poll
Vraagzinnen
Slide 11 - Tekstslide
Op welke 3 manieren kun je in het Frans een zin vragend maken?
Slide 12 - Woordweb
Zinnen vragend maken
1. Vraagteken achter de zin (+ uitspraak)
2. Est-ce que/est-ce qu' + zin + ?
3. Persoonsvorm en onderwerp omdraaien + zin + ?
Slide 13 - Tekstslide
Maak de volgende zin vragend op manier 1 (zin + ?) Je suis allemand
Slide 14 - Open vraag
Maak de volgende zin vragend op manier 1 (zin + ?) Ils aiment le yaourt
Slide 15 - Open vraag
Maak de volgende zin vragend op manier 2 ( Est-ce que/est-ce qu' + zin + ?) Tu adores la Chine?
Slide 16 - Open vraag
Maak de volgende zin vragend op manier 2 ( Est-ce que/est-ce qu' + zin + ?) Il aime le vin
Slide 17 - Open vraag
Maak de volgende zin vragend op manier 3 ( Persoonsvorm en onderwerp omdraaien + zin + ?) Tu cherches ton portable
Slide 18 - Open vraag
Maak de volgende zin vragend op manier 3 ( Persoonsvorm en onderwerp omdraaien + zin + ?) Vous buvez du vin
Slide 19 - Open vraag
Opdracht; Verzin een zin en gebruik hierin het werkwoord 'manger'. Probeer combinaties met il/elle/ of namen te vermijden! Je mag een woordje opzoeken als dat nodig is, hou het simpel!
Slide 20 - Open vraag
Maak deze zin nu vragend op manier 1; (zin + ?)
Slide 21 - Open vraag
Maak deze zin nu vragend op manier 2; ( Est-ce que/est-ce qu' + zin + ?)
Slide 22 - Open vraag
Maak deze zin nu vragend op manier 3; ( Persoonsvorm en onderwerp omdraaien + zin + ?)
Slide 23 - Open vraag
Hoeveel van de zelfgemaakte vraagzinnen had je goed?