In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Groei van een bedrijf: Van klein beginnen tot M&A
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Doelstellingen
Aan het einde van deze les ben je in staat om de verschillende groeifasen van een bedrijf te herkennen en de bijbehorende rechtsvorm, financiering en M&A-strategieën te begrijpen.
Slide 2 - Tekstslide
Introduceer het doel van de les en leg uit wat de studenten zullen leren.
Wat weet jij al over de groei van een bedrijf?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Klein beginnen
Veel bedrijven beginnen klein en groeien organisch. Dit kan betekenen dat ze beginnen als eenmanszaak of vennootschap onder firma.
Slide 4 - Tekstslide
Leg de eerste fase van groei uit en benadruk de verschillende rechtsvormen die bedrijven kunnen aannemen.
Rechtsvormen
Er zijn verschillende rechtsvormen waaruit een bedrijf kan kiezen, zoals eenmanszaak, vennootschap onder firma, besloten vennootschap en naamloze vennootschap.
Slide 5 - Tekstslide
Leg de verschillende rechtsvormen uit en bespreek de voor- en nadelen van elk.
Financiering
Bedrijven hebben verschillende opties als het gaat om financiering, zoals leningen, investeerders en crowdfunding.
Slide 6 - Tekstslide
Beschrijf de verschillende manieren waarop bedrijven hun groei kunnen financieren en bespreek de voor- en nadelen van elk.
Beursvennootschap
Bedrijven kunnen ervoor kiezen om naar de beurs te gaan om hun groei te financieren. Dit kan betekenen dat ze hun aandelen openbaar maken en verkopen aan investeerders.
Slide 7 - Tekstslide
Beschrijf wat een beursvennootschap is en hoe dit bijdraagt aan de groei van een bedrijf.
M&A-strategieën
Bedrijven kunnen ook groeien door middel van fusies en overnames. Dit kan betekenen dat ze andere bedrijven overnemen om hun klantenbestand, productlijn of expertise uit te breiden.
Slide 8 - Tekstslide
Leg uit wat M&A-strategieën zijn en waarom bedrijven ze gebruiken om te groeien.
Horizontale integratie
Horizontale integratie is wanneer een bedrijf een concurrent overneemt om zijn marktaandeel te vergroten.
Slide 9 - Tekstslide
Leg uit wat horizontale integratie is en geef voorbeelden.
Verticale integratie
Verticale integratie is wanneer een bedrijf een leverancier of distributeur overneemt om zijn toeleveringsketen te beheersen.
Slide 10 - Tekstslide
Leg uit wat verticale integratie is en geef voorbeelden.
Conglomeraatintegratie
Conglomeraatintegratie is wanneer een bedrijf een bedrijf overneemt dat niet gerelateerd is aan zijn huidige activiteiten.
Slide 11 - Tekstslide
Leg uit wat conglomeraatintegratie is en geef voorbeelden.
Synergieën
Synergieën zijn wanneer de gecombineerde waarde van twee bedrijven groter is dan de som van hun individuele delen.
Slide 12 - Tekstslide
Beschrijf synergieën en hoe ze kunnen bijdragen aan de groei van een bedrijf door middel van M&A-strategieën.
Risico's
Er zijn risico's verbonden aan het gebruik van M&A-strategieën om te groeien, zoals integratieproblemen en cultuurverschillen.
Slide 13 - Tekstslide
Beschrijf de risico's van M&A-strategieën en hoe bedrijven deze kunnen beheersen.
Conclusie
Door de verschillende groeifasen te begrijpen en de bijbehorende rechtsvormen, financiering en M&A-strategieën, kunnen bedrijven hun groei effectief beheren en beheersen.
Slide 14 - Tekstslide
Vat de belangrijkste punten van de les samen en moedig studenten aan om vragen te stellen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 15 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 16 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 17 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.