H 3.4 Bronnen: Weer en klimaat, overal anders

Het weer
1 / 20
volgende
Slide 1: Woordweb
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Het weer

Slide 1 - Woordweb

Het klimaat

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Bron 1: Drie luchtstreken op aarde
Vul aan:
Hoe verder van de evenaar ....................
A. Poolstreken (vanaf 66 ½ ° N.B./Z.B.)
B. De gematigde luchtstreek (tussen 23 ½ ° N.B./Z.B. en 66 ½ ° N.B./Z.B)
C. De tropen (tussen 23 ½ ° N.B en 23 ½ ° Z.B.)
poolstreken
poolstreken
tropen
gematigd
gematigd

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

3 klimaten op basis van temperatuur:
1. koude klimaat
2. gematigd klimaat
3. tropisch klimaat
1 klimaat op basis van neerslag:
1. droge klimaat (valt er veel of weinig neerslag
|
| ------> belangrijk
|

Bron 2

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Bron 4: Klimaatgrafiek van een tropisch klimaat
                        1                                                  2                                                   3
Staven? Regen                         Lijn? Temperatuur                  Samen in één grafiek
in milimeters                             in graden rechts                      in milimeters en graden
linksboven                                  rechtsboven

Slide 8 - Tekstslide

Beantwoord in je aantekenschrift:
1. Waar kijk ik voor de temperatuur?
2. Waar kijk ik voor de maanden?
3. Waar kijk ik voor de neerslag?

Bord: Mei: 30 mm
           aug: 15° (Zet altijd eerst een 
                             stip in het midden)
           dec: - 5° (Denk er aan: eerst de 
                            stip in het midden)
           feb: 55 mm

1. Maak WB blz 52 opdracht 6a, 6b.
2. kijk de opdracht na.
3. Je krijgt een extra oefenblad van          docent.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Uit welke drie onderdelen bestaat het weer?

Slide 13 - Open vraag

Wat verstaan we onder klimaat?
A
Gemiddelde neerslag en temperatuur over een langere periode gemeten
B
Gemiddelde neerslag over een langere periode gemeten
C
Gemiddelde temperatuur over een langere periode gemeten
D
Gemiddelde neerslag en temperatuur over een korte periode gemeten

Slide 14 - Quizvraag

Wat voor klimaat heeft
Nederland?
A
koud klimaat
B
gematigd klimaat
C
tropisch klimaat
D
koud klimaat

Slide 15 - Quizvraag

Waar staan in een klimaatgrafiek de mm neerslag aangegeven?
A
links
B
rechts
C
onder
D
boven

Slide 16 - Quizvraag

Waar staan de maanden in een klimaatgrafiek aangegeven?
A
boven
B
links
C
onder
D
rechts

Slide 17 - Quizvraag

Waar staat in een klimaatgrafiek de temperatuur aangegeven?
A
boven
B
rechts
C
onder
D
links

Slide 18 - Quizvraag

Welke fout kunnen leerlingen heel gauw maken bij het maken of lezen van een klimaatgrafiek?
A
Ze kijken onder voor temperatuur
B
ze kijken rechts voor de temperatuur
C
Ze kijken boven voor temperatuur
D
Ze kijken links voor de temperatuur

Slide 19 - Quizvraag

Aan de slag!
Zelfstandig maken opdr. 4a t/m 8e

Slide 20 - Tekstslide