Voorlichtingsactiviteit voeding

Leefstijl thema: voeding
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
zorg en welzijnVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Leefstijl thema: voeding

Slide 1 - Tekstslide

Vind jij dat je een gezonde voeding hebt? Waarom wel en waarom niet?

Slide 2 - Open vraag

Lesdoelen van vandaag
De leerling kan benoemen welke ziektes ongezonde voeding kan veroorzaken.
De leerling kan een zelfbeeld omschrijven met en zonder ongezond gedrag. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is ongezonde voeding volgens jou?

Slide 4 - Woordweb

Ongezonde voeding

  • Niet of te laat ontbijten
  • Te veel eten
  • Niet gevarieerd eten
  • Weinig groente en fruit
  • Weinig beweging
  • Niet goed kauwen
  • Weinig drinken

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Gevolgen van ongezonde voeding
Overgewicht
Ernstige overgewicht - obesitas

Slide 7 - Tekstslide

0

Slide 8 - Video

Gevolgen van obesitas
  • Hart- en vaatziekte
  • Diabetes type 2
  • Verschillende soorten kanker (maagkanker, slokdarmkanker, darm kanker).

Slide 9 - Tekstslide

Welke ziektes zijn de gevolgen van overgewicht?

Slide 10 - Open vraag

Nu je dit weet, wil je dan al gezonder eten? Waarom?

Slide 11 - Open vraag

Wat is volgens jou gezonde voeding?

Slide 12 - Open vraag

Gezonde voeding
Gezond eten volgens de schijf van vijf
Voldoende beweging

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Type een samenvatting van het filmpje

Slide 15 - Open vraag

Gevolgen gezonde voeding

Minder kans op overgewicht
Minder kans op ziektes
Meer energie

Slide 16 - Tekstslide

Uit hoeveel vakken bestaat de schijf van vijf?
A
2
B
4
C
6
D
5

Slide 17 - Quizvraag

Wat zijn voorbeelden van zuivel?
A
Melk kaas
B
Brood en ham
C
Noten en granen
D
Friet en vis

Slide 18 - Quizvraag

Voedingsmiddelen zitten in voedingsstoffen
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quizvraag

Noem een voedingsmiddel dat vult en niet voedt

Slide 20 - Open vraag

Gevarieerd eten betekend?
A
Dat je veel van dezelfde producten eet
B
Dat je veel zuivel eet
C
Dat je verschillende producten eet

Slide 21 - Quizvraag

Wat heb je geleerd deze les?

Slide 22 - Open vraag

Wat vond je van deze les?

Slide 23 - Open vraag