Schrijfopdracht - Zakelijke e-mail/brief

Welkom

Schrijfvaardigheid
Zakelijke e-mail
Nederlands
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Schrijfvaardigheid
Zakelijke e-mail
Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Lesprogramma
  • Intro opdracht
  • Instructie zakelijke mail
  • Oefen brief

Slide 2 - Tekstslide

De opdracht
  • Je ontwerpt een afbeelding (voorbeelden achter aan in de les) en bedenkt een naam voor een socialemediacampagne voor digitale rechten.

  • Je schrijft een zakelijke e-mail aan Amnesty. Daarin moet het volgende terugkomen:
- Je maakt duidelijk waarom je schrijft (doel).
- Je vertelt wat je campagne inhoudt.
- Je geeft d.m.v. een of twee argumenten aan waarom deze campagne belangrijk is.
- Je legt uit wat je van Amnesty verwacht.

  • Natuurlijk moet je ook letten op je taalverzorging en de conventies die horen bij een zakelijke mail. 

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze lessen...

  • weet je welke kenmerken een zakelijke brief heeft.

  • kun je herkennen en uitleggen hoe je een zakelijke brief netjes opbouwt.

  • kun je beoordelen wat de sterke en minder sterke punten zijn van een geschreven zakelijke brief.

  • kun je zelfstandig (aan de hand van een schrijfplan) een zakelijke brief schrijven volgens de juiste voorwaarden (conventies).

Slide 4 - Tekstslide

Bekijk de voorbeeld mail en schrijf alles op wat jou opvalt (positief en negatief).

Slide 5 - Open vraag

Geef drie voorbeelden van formeel taalgebruik die je in de brief tegenkomt.

Slide 6 - Woordweb

Welke voorwaarden en regels zijn er voor het
schrijven van een zakelijke brief?

Slide 7 - Woordweb

Zakelijke email/brief

  • Er is een duidelijke opbouw (inleiding - middenstuk - slot)

  • De (deel)onderwerpen staan op een logische volgorde.
  • De toon is formeel (u/uw, nette woorden).

  • Je houdt je aan de conventies (voorwaarden): duidelijk onderwerp, juiste aanhef en afsluiting, persoonlijke gegevens, witregels, etc.)

  • Je taalverzorging is in orde (spelling en grammatica)

Slide 8 - Tekstslide

Afspraken/regels

  1. Linksboven naam, adres van de afzender + plaatsnaam in hoofdletters. (3x enter)
  2. Plaatsnaam van schrijven, dag, maand (in letters) en het jaar. (3x enter)
  3. Naam, adres van de geadresseerde en plaatsnaam in hoofdletters. (3x enter).
  4. Juiste aanhef (2x enter).
  5. Inleidende zinnen: aanleiding en reden voor het schrijven.
  6. Alinea indeling a.d.h.v. deelonderwerpen.
  7. Afsluitende zin (meestal een verwachting/wens).
  8. Afsluitende groet (eindig met een komma)
  9. Op de volgende regel je eigen naam

Slide 9 - Tekstslide

Aandachtpunten

  • Geen lijdende vorm
  • Schrijf in de u en ik vorm (geen wij/jullie)
  • Niet 'uw bedrijf'
  • Schrijf niet dat je een brief schrijft
  • (Heel) korte inleiding: aanleiding en doel
  • Heel korte, duidelijke afsluitende zin
  • Schrijf wat je bedoelt, dus niet: 'kunt u informatie sturen', maar WILT U
  • Ik doe niet moeilijk over aantal alinea's, wel over de indeling.
  • Alvast bedankt is geen zin...

Slide 10 - Tekstslide

Schrijfproces
  1. Voorbereiden
    Inhoud vinden + schrijfplan maken

  2. Uitvoeren
    Alinea's bedenken + tekst schrijven

  3. Controleren
    Taalverzorging + aantrekkelijkheid + vormgeving

Slide 11 - Tekstslide

Voorbereiden
  1. Bepaal het schrijfdoel, waarom schrijf je?
  2. Bepaal je publiek, voor wie schrijf je?
  3. Bedenk het onderwerp en de hoofdgedachte, wat schrijf je?
  4. Kies de tekstsoort, hoe schrijf je?

Gewoon beginnen / internet / discussiëren / brainstormen / mindmap maken / bestaande structuur gebruiken / 5xW+H-methode / schrijfplan maken

Slide 12 - Tekstslide

Schrijfplan maken
  • Schematisch schrijfplan (structuur) of een mindmap (creatief)

  • Kies een manier die goed bij jou past. Het is wel handig om beide manieren een keer uit te proberen.

  • In je boek staat bij opdracht 37 op pagina 149 al een voorbeeld. (brugklas)

Slide 13 - Tekstslide

Schematisch schrijfplan
  1. Schrijf het onderwerp op. Waar gaat de tekst over? 

  2. Schrijf het tekstdoel op. Met welk doel schrijf je de tekst? Informeren, activeren, overtuigen of een mening geven?

  3. Schrijf op wat je in de inleiding wilt schrijven.

  4. Schrijf op wat je in het middenstuk wilt schrijven.

  5. Schrijf op wat je in het slot wilt schrijven.

  6. Je schrijft alleen steekwoorden op, dus nog geen hele zinnen.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Mindmap schrijfplan
  1. Maak een cirkel en schrijf in het midden het onderwerp

  2. Schrijf het schrijfdoel op. Met welk doel schrijf je de tekst? Informeren, activeren, overtuigen of een mening geven?

  3. Schrijf om het onderwerp de deelonderwerpen: inleiding, middenstuk en slot. Vul deze verder in.

  4. Maak gebruik van kleuren, lijnen en eventueel tekeningen, zodat het een duidelijk geheel wordt. Ook schrijf je alleen steekwoorden op, dus nog geen hele zinnen.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Wat voor steekwoorden passen goed
bij de gegeven schrijfopdracht?

Slide 18 - Woordweb

Conclusie
  • Bij een zakelijke brief moet jij je aan bepaalde conventies houden.

  • De opbouw is logisch en de inhoud verzorgd.

  • De toon en het woordgebruik is formeel/zakelijk.

  • Je taalverzorging is in orde.

Slide 19 - Tekstslide

Schrijf 2 dingen op die je deze les hebt geleerd over een zakelijke brief schrijven.

Slide 20 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen/geef aan waar je nog mee moet oefenen.

Slide 21 - Open vraag

Aan de slag!
  • Opdracht 36 en 37 op pagina 148

  • Op de volgende slides vind je voorbeelden voor een afbeelding bij een campagne die je op sociale media kunt delen.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Schrijfopdracht om te oefenen
Schrijf een zakelijke e-mail aan de directeur van je basisschool. Je vraagt of je hem mag interviewen voor de weekbrief van het Nuborgh College. Je wil een stukje schrijven over jouw oude basisschool. Wat is het voor school? 

Verzin de e-mailgegevens zelf.

Je e-mail bevat de volgende punten:
  • In de inleiding vertel je waar je nu naar school gaat en waarom je een e-mail stuurt.  
  • In de kern schrijf je wat meer over het interview dat je gaat afnemen. Daarnaast probeer je d.m.v. een argument de directeur te overtuigen mee te werken. 
  • In het slot vraag je naar een reactie en spreek je uit wat je verwacht.
  • Verder moet je natuurlijk zorgen dat de taalverzorging in orde is en je houden aan de conventies. 

Slide 28 - Tekstslide

Feedback ronde
  • Wissel je geschreven tekst van opdracht 17 uit met je buurman/buurvrouw.

  • Gebruik opdracht 18 om elkaar feedback te geven op de geschreven alinea's.

  • Geef tenminste twee concrete tops en twee concrete tips.
timer
8:00

Slide 29 - Tekstslide