§ 7 Examenopdrachten

Planning
Planning
1. Afmaken vraag 13/14 § 6 - blz: 24 werkboek
2.Zelfstandig maken § 7 examenopdrachten
werkboek 25/26
lesboek 28/29l
3. Zelfstandig maken § 8
werkboek: 27/28
lesboek: 30/31
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 41 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Planning
Planning
1. Afmaken vraag 13/14 § 6 - blz: 24 werkboek
2.Zelfstandig maken § 7 examenopdrachten
werkboek 25/26
lesboek 28/29l
3. Zelfstandig maken § 8
werkboek: 27/28
lesboek: 30/31

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

13
  • Lees WB bron 4. Hoe past de bron bij de manier van vechten van de Indonesiërs?
  • Indonesiërs waren guerrillastrijders. Die vechten in het donker en vanuit de rimboe.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

14a
  •  Lees WB bron 5.
  • a Hoe ziet bevelhebber Spoor de Nederlandse soldaten?
  • Als bevrijders.

Slide 5 - Tekstslide

14b
  • b Leg uit dat dit een vorm van propaganda is.
  • De Nederlanders kwamen niemand bevrijden. Ze kwamen een land terugveroveren, waarvan ze vonden
  • dat het van hen was.

Slide 6 - Tekstslide

Examenopdrachten
13 vragen
maximaal 17 punten
Antwoorden op proefwerkblaadje
timer
12:00

Slide 7 - Tekstslide

1
1p 1 Hieronder staan vijf gebeurtenissen uit de geschiedenis van Indonesië:
1 De eerste Nederlanders komen in Oost-Indië aan.
2 De kolonie krijgt een nieuwe naam: Nederlands-Indië.
3 De VOC wordt opgericht.
4 Het cultuurstelsel wordt beëindigd.
5 Koning Willem I geeft gouverneur-generaal Van den Bosch opdracht een plan te bedenken om winst te maken in de kolonie.
→ Zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde, van vroeger naar later.
Doe het zo: Eerst ..., dan ..., vervolgens ..., daarna ... en ten slotte ... (vul nummers in).

Slide 8 - Tekstslide

1
  • 1 Eerst 1, dan 3, vervolgens 2, daarna 5 en ten slotte 4.
  • 1 punt

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

2
Gebruik HB bron 1.
1p 2 De VOC liet een apart wapen voor Batavia maken.
→ Wat kun je daaruit opmaken over het belang van Batavia? Leg je antwoord uit.

Slide 11 - Tekstslide

2
  • Batavia was de belangrijkste handelspost van de VOC in Oost-Indië.
  • 1punt

Slide 12 - Tekstslide

3
3p 3 Iemand doet de volgende uitspraken over de gevolgen van het cultuurstelsel:
1 De bouw van wegen was goedkoop door de gratis arbeid van de Javaanse boeren.
2 De Nederlandse schatkist raakte goed gevuld.
3 Door het cultuurstelsel konden de Javaanse boeren meer rijst verbouwen.
4 Javaanse boeren kregen meer honger.
5 Nederland investeerde de opbrengst van het cultuurstelsel in Indonesië.
Welke drie uitspraken zijn juist?
A 1, 2 en 4. D 1, 3 en 5.
B 1, 2 en 5. E 2, 3 en 4.
C 1, 3 en 4. F 2, 3 en 5.

Slide 13 - Tekstslide

3
A 1, 2 en 4. D 1, 3 en 5.
B 1, 2 en 5. E 2, 3 en 4.
C 1, 3 en 4. F 2, 3 en 5.

Slide 14 - Tekstslide

3
A
3 punten

Slide 15 - Tekstslide

4
1p 4 In Nederland ontstond kritiek op het cultuurstelsel.
Welke kritiek hadden steeds meer liberalen?
A De regering bepaalde welke producten boeren moesten verbouwen.
B Er was te weinig interesse voor producten uit Indonesië.
C Er werd verlies gemaakt.
D Javaanse boeren werden uitgebuit.

Slide 16 - Tekstslide

4
A

1 punt

Slide 17 - Tekstslide

5
Gebruik HB bron 2.
1p 5 Op de bron is een verandering te zien in Nederlands-Indië na 1870.
→ Welke verandering is in de bron te zien?

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

5
Het cultuurstelsel werd beëindigd en vrije ondernemers stichtten grote plantages, zoals hier een
tabaksplantage.

1 punt

Slide 20 - Tekstslide

6
Op plantages werkten vaak koelies.
→ Waren de werkomstandigheden voor die groep goed of slecht? Leg je antwoord uit.
Doe het zo: De werkomstandigheden waren goed/slecht (maak een keuze), want … (geef uitleg).

Slide 21 - Tekstslide

6
De werkomstandigheden waren slecht, want koelies verdienden weinig en werkten heel hard en lang, vaak in de brandende zon. Ze kregen weinig eten en werden streng gestraft.

1 punt

Slide 22 - Tekstslide

7
Rond 1870 deed Nederland mee met een soort wedstrijd tussen de Europese landen: het modern imperialisme.
Waarom paste de oprichting van het KNIL door de Nederlandse regering daar goed bij?
A Het KNIL bestond voornamelijk uit mensen van de Indonesische bevolking.
B Het KNIL hielp ondernemers bij het opzetten van plantages.
C Het KNIL moest de landsgrenzen bewaken.
D Het KNIL moest zoveel mogelijk gebied veroveren.

Slide 23 - Tekstslide

7
D

1 punt

Slide 24 - Tekstslide

8
Gebruik HB bron 3.
1p 8 Welk woord past bij de bron?
A Liberalen. C Pacificatie.
B Merdeka. D Tabaksplantages.

Slide 25 - Tekstslide

8
C

 1 punt

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

9
Gebruik HB bron 4.
1p 9 Er was veel kritiek in Nederland op de manier waarop Nederland Nederlands-Indië bestuurde.
Daarom ging de regering iets doen voor de mensen in Nederlands-Indië: de ethische politiek.
→ Welk onderdeel van de ethische politiek zie je afgebeeld op de bron?

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

9
De gezondheidszorg

1 punt

Slide 30 - Tekstslide

10
2p 10 Hieronder staan vijf gebeurtenissen uit de geschiedenis van Indonesië:
1 De PNI wordt opgericht.
2 De Volksraad wordt opgericht.
3 Nederlanders in Nederlands-Indië worden door de Japanners in kampen opgesloten.
4 Pemoeda’s dwingen Soekarno en Hatta de Republiek Indonesië uit te roepen.
5 Soekarno wordt gevangengezet door de Nederlanders.
→ Zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde, van vroeger naar later.
Doe het zo: Eerst ..., dan ..., vervolgens ..., daarna ... en ten slotte ... (vul nummers in).

Slide 31 - Tekstslide

10
Eerst 2, dan 1, vervolgens 5, daarna 3 en ten slotte 4.

 2 punten

Slide 32 - Tekstslide

11
Gebruik HB bron 5.
1p 11 Hieronder staan vier uitspraken over de bezetting van Indonesië door Japan:
1 Indonesische nationalisten regeren samen met de Japanners Indonesië.
2 Japan belooft de Indonesische nationalisten in de toekomst de onafhankelijkheid.
3 Soekarno en Hatta vechten met het Japanse leger mee tegen de Nederlanders in Nederlands-Indië.
4 Soekarno en Hatta worden door de Japanners in kampen gevangengezet.
→ Welke uitspraak past bij de bron?
Doe het zo: Uitspraak ... (vul nummer in) past bij de bron.

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

11
Uitspraak 2 past bij de bron.

1 punt

Slide 35 - Tekstslide

12
Gebruik WB bron 1.
1p 12 Moest Indonesië een kolonie van Nederland blijven of niet? Na afloop van de Tweede Wereldoorlog
hadden de Nederlanders daar verschillende meningen over.
→ Sluit de bron wel of niet aan bij hoe de meeste Nederlanders toen dachten over de
toekomst van Indonesië? Leg je antwoord uit.
Doe het zo: De bron sluit wel/niet (maak een keuze) aan, omdat de meeste
Nederlanders toen vonden dat … (geef uitleg).

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

12
De bron sluit niet aan, want de meeste Nederlanders vonden toen dat Indonesië een kolonie van
Nederland was (en dus moesten er troepen gestuurd worden om de orde en rust te herstellen)/dat
Indonesië bij Nederland hoorde/dat er met de opstandelingen/terroristen afgerekend moest worden.
1 punt

Slide 38 - Tekstslide

13
Gebruik HB bron 6.
1p 13 → In welk jaar vond deze gebeurtenis plaats?

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

13
1949

1 punt

Slide 41 - Tekstslide