Paragraaf 1.1 Organismen indelen

Paragraaf 1.1 Organismen indelen
Benodigheden
- Boek
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 1.1 Organismen indelen
Benodigheden
- Boek
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
1.1.1 Je kunt uitleggen wat een organisme is.
1.1.2 Je kunt de zeven levenskenmerken noemen.
1.1.3 Je kunt omschrijven wat groei is.
1.1.4 Je kunt onderscheiden of iets levend, dood of levenloos is.
Dieren, planten en mensen zijn levende wezens. Dat kun je zien aan de levenskenmerken. Bij biologie leer je over levende wezens.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  1. Welkom!
  2. Uitleg nieuwe stof paragraaf 1.1 'Organismen indelen'
  3. Opdracht/werkvorm
  4. Klassikale afsluiting
  5. Aan de slag/huiswerk

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De juiste definitie van het begrip soort is:
A
Organismen die zich kunnen voortplanten, maar geen vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen
B
Organismen die samen kunnen leven
C
Organismen die zich kunnen voortplanten en vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen
D
Organismen die nakomelingen kunnen krijgen

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem de 6 levensverschijnselen?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf alle levensverschijnselen op die in de tekst genoemd worden

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke levensverschijnselen zag je allemaal in de video voorbij komen?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Een mus eet besjes.
Welk levenskenmerk wordt genoemd?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Onder welke groep van het dierenrijk vallen de: vissen, amfibieën, reptielen, vogels en zoogdieren?
A
Stekelhuidigen
B
Geleedpotigen
C
Gewervelden
D
Holtedieren

Slide 14 - Quizvraag

Wat heeft deze groep gemeen?..
Een wervelkolom
Behoren een geit en een schaap tot dezelfde soort?
A
Juist, ze kunnen vruchtbare nakomelingen krijgen
B
Onjuist, ze kunnen geen vruchtbare nakomelingen krijgen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een wandelende tak valt onder welk rijk?
A
Dierenrijk
B
Plantenrijk
C
Schimmelrijk
D
Bacterierijk

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ademhalen
bewegen
voortplanten
ontwikkelen
uitscheiden
voeden

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een organisme?
A
Een organisme is een levend wezen
B
Een organisme is een dood wezen
C
Een organisme is een dode plant
D
Een organisme is een dood dier

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk levenskenmerk zie je op de afbeelding?
A
poepen
B
uitscheiden
C
bewegen
D
waarnemen

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat ga je doen?
- 1.1 Maken in je boek
- Klaar? Op je laptop Test Jezelf maken

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat ga je doen?
- Maak een presentatie met:
  1. 4x levende dingen
  2. 4x dode dingen
  3. 4x levenloze dingen
  4. zintuigen: welke heb je allemaal?
  5. waarnemingen: welke heb je allemaal?
- Zoek plaatjes op en lever de presentatie via Classroom in!

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling doelen
1.1.1 Je kunt uitleggen wat een organisme is.
1.1.2 Je kunt de zeven levenskenmerken noemen.
1.1.3 Je kunt omschrijven wat groei is.
1.1.4 Je kunt onderscheiden of iets levend, dood of levenloos is.
Dieren, planten en mensen zijn levende wezens. Dat kun je zien aan de levenskenmerken. Bij biologie leer je over levende wezens.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies