11.voorkennis th1

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Alleen boek en schrift pakken.

en je etui natuurlijk :)

Boek op blz. 171.

blz. 171

en je etui natuurlijk :)

Boek op blz. 60.

Wat gaan we doen?

- Nieuw hoofstuk

- Wat ga je leren?

- Uitleg/voorkennis

- Zelfstandig werken

- Afsluiting

Nieuw hoofdstuk

Rekenen met variabelen

- Optellen en aftrekken

- Vermenigvuldigen

- Vermenigvuldigen en optellen

- Lineaire formules

- Kwadratische formules

Wat ga je leren?

Wat zijn kwadraten?

Wat is de volgorde van berekeningen? Rekenvolgorde.

Hoe bereken je de omtrek en oppervlakte?

Wat zijn gelijksoortige termen?

Hoe stel je een formule op?

Uitleg/voorkennis

Wat zijn kwadraten?

       =                                                   =                                          =

7​2​​

(−3)​2​​

−6​2​​

Uitleg/voorkennis

Wat zijn kwadraten?

       =                                                   =                                          =

7 x 7 = 49

7​2​​

(−3)​2​​

−6​2​​

Uitleg/voorkennis

Wat zijn kwadraten?

       =                                                   =                                          =

7 x 7 = 49                         -3 x -3 = 9

7​2​​

(−3)​2​​

−6​2​​

Uitleg/voorkennis

Wat zijn kwadraten?

       =                                                   =                                          =

7 x 7 = 49                         -3 x -3 = 9                             -6 x 6 = -36

7​2​​

(−3)​2​​

−6​2​​

Uitleg/voorkennis

Wat is de volgorde van berekeningen? Rekenvolgorde.

Schrijf hem op in je schrift.

Uitleg/voorkennis

Wat is de volgorde van berekeningen? Rekenvolgorde.

- haakjes

- kwadraat en machten   

- keer en delen

- plus en min

Uitleg

Hoe bereken je de omtrek?

Uitleg

Hoe bereken je de omtrek?

Je telt alle zijdes bij elkaar op.

Uitleg

Hoe bereken je de omtrek?

Je telt alle zijdes bij elkaar op.

5 + 2 + 4 + 2 + 5 + 8 + 14 + 8 = ?

2

4

8

Uitleg

Hoe bereken je de oppervlakte?

Lengte x breedte = oppervlakte

- Inlijsten

- Splitsen

2

4

8

Uitleg/voorkennis

Wat zijn gelijksoortige termen?

h = 2 + 6 x t + 3 - 2 x t

Termen die dezelfde letter hebben of die geen letter hebben.

Uitleg/voorkennis

Wat zijn gelijksoortige termen?

h = 2 + 6 x t + 3 - 2 x t

Termen die dezelfde letter hebben of die geen letter hebben.

Uitleg/voorkennis

Hoe stel je een formule op?

Wat is het startbedrag?

Wanneer is het geld op?

Uitleg/voorkennis

Hoe stel je een formule op?

Wat is het startbedrag?

50 euro

Wanneer is het geld op?

bij 200 minuten

Uitleg/voorkennis

Hoe stel je een formule op?

Het startgetal = 50

50 : 200 = 0,25

Het kost 0,25 euro per minuut

Welke formule hoort hierbij?

Uitleg/voorkennis

Hoe stel je een formule op?

Het startgetal = 50

Het kost 0,25 euro per minuut

Welke formule hoort hierbij?

b = 50 - 0,25a

Zelfstandig werken

Wat?    opdracht v2, v4, v6, v7 op blz. 172

Hoe?    fluisteren

Hulp?  fluisteren of vraag stellen aan mevrouw

Tijd?     tot 5 minuten voor het einde van de les

Klaar?  maak paragraaf 1 op blz. 174

Afsluiting

Ruim je spullen nog NIET op.