... : gewrichten

Door welke stof wordt het bot buigzaam?
A
kalkstof
B
lijmstof
C
Rood beenmerg
D
Geel beenmerg
1 / 40
volgende
Slide 1: Quizvraag
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Door welke stof wordt het bot buigzaam?
A
kalkstof
B
lijmstof
C
Rood beenmerg
D
Geel beenmerg

Slide 1 - Quizvraag

Welke verbinding is het meest beweeglijk?
A
vergroeiing
B
naadverbinding
C
kraakbeenverbinding
D
gewricht

Slide 2 - Quizvraag

Op welke manier zit de schedel vast?
A
vergroeiing
B
lijmverbinding
C
naadverbinding
D
gewricht

Slide 3 - Quizvraag

Bij een naadverbinding is .... beweging mogelijk tussen de botten
A
Geen
B
Een klein beetje
C
Veel

Slide 4 - Quizvraag

Je ribben zitten met .............. vast aan je borstbeen
A
Spieren
B
Gewrichten
C
Botten
D
Kraakbeen

Slide 5 - Quizvraag

Gewrichten

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht: Typen gewrichten
Wat zijn gewrichten?
Welke vijf typen gewrichten worden er in het boek beschreven?
Waar komen die in het lichaam voor?

Test bij jezelf de bewegingsmogelijkheden van je knieën, heupen, ellebogen, vingers, pols en enkels. Welke gewrichten zitten waar?
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

5 typen gewrichten
  1. Kogelgewricht: beweging alle kanten op.
  2. Scharniergewricht: beweging in een richting.
  3. Rolgewricht: het spaakbeen rolt om de ellepijp. 
  4. Zadelgewricht: tussen handwortelbeentje en middenhandsbeentje van de duim --> 2 richtingen.
  5. Eivorming gewricht: vingerkootjes aan de middenhandsbeentjes --> trommelen.

Slide 8 - Tekstslide

0

Slide 9 - Video

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Link

Wat voor soort gewricht is B
A
Kogelgewricht
B
Scharniergewricht
C
Rolgewricht

Slide 12 - Quizvraag

naad
verbinding
kraakbeen
verbinding
vergroeid
rol
gewricht
kogel
gewricht
scharnier
gewricht
1
2
3
4
5
6
8
9
10
11

Slide 13 - Sleepvraag

Wat voor soort gewricht is A
A
Kogelgewricht
B
Scharniergewricht
C
Rolgewricht

Slide 14 - Quizvraag

Wat voor soort gewricht is C
A
Kogelgewricht
B
Scharniergewricht
C
Rolgewricht

Slide 15 - Quizvraag


Wat voor soort gewricht je op het plaatje??
A
kogelgewricht
B
scharniergewricht
C
rolgewricht
D
draaikogelgewricht

Slide 16 - Quizvraag

Wat voor soort gewricht
is dit?
A
kogelgewricht
B
rolgewricht
C
scharniergewricht

Slide 17 - Quizvraag

Wat is geen kogelgewricht?
A
Schoudergewricht
B
Heupgewricht
C
Polsgewricht

Slide 18 - Quizvraag

Opbouw gewricht
Bekijk het plaatje van het kniegewricht in het boek en beantwoorde de volgende vragen:

- Welke onderdelen zouden er nou voor zorgen dat het gewricht aan elkaar blijft zitten?
- Welke onderdelen zouden er voor zorgen dat het gewricht soepel loopt en niet schuurt of hard slijt?

Slide 19 - Tekstslide

Gewricht

Slide 20 - Tekstslide

Functies
  • Gewrichtssmeer - houd gewricht soepel
  • Kraakbeen - voorkomt slijtage
  • Gewrichtskapel - houdt de twee botten bij elkaar
  • Gewrichtsbanden - geven extra stevigheid aan zwakke plekken (knie/schouder/enkel)
Aantekening

Slide 21 - Tekstslide

Welke gewrichten heb je?
A
kogelgewricht, natuurgewricht, rolgewricht
B
kogelgewricht, scharniergewricht, rolgewricht
C
scharniergewricht, rolgewricht, schuifgewricht
D
A-gewricht, B-gewricht, C-gewricht

Slide 22 - Quizvraag

Een kogelgewricht zit in
A
onderarm en onderbeen
B
schouder en heup
C
opperarmbeen en ellepijp
D
geen van deze antwoorden is goed

Slide 23 - Quizvraag

Welk type gewricht zit er op de plaats van het vraagteken?
A
Scharniergewricht
B
Rolgewricht
C
Kogelgewricht

Slide 24 - Quizvraag

Succes !
vergroeiiing
naadverbinding
gewrichten
 kraakbeen

Slide 25 - Sleepvraag

Slide 26 - Link

Gewrichtskapsel
Gewrichtsknobbel
Gewrichtsband
Kraakbeen
Gewrichtskom
Gewrichtssmeer

Slide 27 - Sleepvraag


Welke onderdelen houden de botten bij elkaar?
A
1
B
2,6
C
3
D
5

Slide 28 - Quizvraag


Welke onderdelen zorgen voor soepele beweging?
A
1
B
2,6
C
3
D
5

Slide 29 - Quizvraag

0

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video

Hoe heet gewricht nummer 3?
A
rolgewricht
B
zadelgewricht
C
scharniergewricht
D
eivormiggewricht

Slide 32 - Quizvraag

Hoe heet gewricht nummer 4?
A
rolgewricht
B
zadelgewricht
C
scharniergewricht
D
eivormiggewricht

Slide 33 - Quizvraag

Hoe heet gewricht nummer 5?
A
rolgewricht
B
zadelgewricht
C
scharniergewricht
D
eivormiggewricht

Slide 34 - Quizvraag

Welk onderdeel van het gewricht zorgt ervoor dat de botten tijdens het langs elkaar draaien niet slijten?
A
gewrichtssmeer
B
gewrichtskapsel
C
gewrichtsband
D
kraakbeenlaagje

Slide 35 - Quizvraag

Door welk deel van het gewricht wordt gewrichtssmeer gemaakt?
A
gewrichtssmeer
B
gewrichtskapsel
C
gewrichtsband
D
kraakbeenlaagje

Slide 36 - Quizvraag

Hoe heet het laagje vloeistof dat tussen de botten in het gewricht zit en ervoor zorgt dat de botten soepel langs elkaar kunnen bewegen?
A
gewrichtssmeer
B
gewrichtskapsel
C
gewrichtsband
D
kraakbeenlaagje

Slide 37 - Quizvraag

Sommige gewrichten hebben ___________ voor extra stevigheid.
A
gewrichtssmeer
B
gewrichtskapsel
C
gewrichtsbanden
D
kraakbeenlaagje

Slide 38 - Quizvraag


Slide 39 - Open vraag

Aan de slag!
Maak de opdrachten van §2.2
Maak een begrippenlijst

Slide 40 - Tekstslide