Les 6 Landbouwrevolutie + Machtige steden en staten

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide


Wel op tafel:
Map
Pen
Feniksboeken
Laptop (dicht)

Welkom bij de Geschiedenisles ZV1!
Niet op tafel:
Telefoon of Zakkie
Tas

Warming-up: Schrijf de antwoorden in je schrift:
1. Wat is een "elite"?
2. Wat is het tegenovergestelde van "nomadisch"?
3. Noem drie primaire bronnen uit de tijd van de eerste boeren in de prehistorie
4. Waar ligt "Mesopotamië"?
timer
1:00

Slide 2 - Tekstslide

De schedel van een kind uit het graf in het Archeon
A
Primaire bron
B
Secundaire bron

Slide 3 - Quizvraag

De reconstructie van een hoofd uit de prehistorie in het Archeon, als je onderzoek doet naar mensen in de Prehistorie
A
Primaire bron
B
Secundaire bron

Slide 4 - Quizvraag

De reconstructie van een hoofd uit de prehistorie in het Archeon, als je onderzoek doet naar reconstructies van hoofden
A
Primaire bron
B
Secundaire bron

Slide 5 - Quizvraag

Programma deze les:
1. Warming-up
Lesdoelen
Herhaling vorige week
Opdracht + tijd om aan het PO te werken

Slide 6 - Tekstslide

Hoofddoelen

Je kunt uitleggen hoe de eerste steden ontstonden




Aan het einde van deze les:

Kun je uitleggen dat de eerste steden in het Midden-Oosten (Mesopotamië) zijn ontstaan. (R)

Kun je uitleggen hoe de structuur van de eerste stad ter wereld (Uruk) eruit zag. (T1)

Kun je uitleggen hoe de steden in Mesopotamië probeerden hun macht te vergroten. (T1)

Kun je uitleggen wat het spijkerschrift is. (R)





















Subdoelen/checklist

Slide 7 - Tekstslide

Tijd van jagers en boeren
Prehistorie
tot 3000 v. Chr.

Slide 8 - Tekstslide

Landbouw ontstaat in de Vruchtbare Halvemaan
In de buurt van rivieren (water) 

Daar groeiden granen al in het wild die je kon verbouwen=> akkerbouw.

Dieren werden tam gemaakt en om te fokken=> veeteelt

Zo konden boeren dieren makkelijker gebruiken voor hun wol, melk en vlees.

Akkerbouw +  veeteelt = landbouw
Herhaling

Slide 9 - Tekstslide

Er ontstaat een landbouwsamenleving
Herhaling

Slide 10 - Tekstslide

Gevolgen landbouwrevolutie
  • Nomaden worden sedentair (op één plek leven)

  • Boeren bouwden stevige huizen van klei en steen

  • Boeren leefden in grotere groepen: de eerste dorpen ontstaan

  • Boeren bouwden tempels en grafmonumenten met grafgiften

  • Nieuwe werktuigen (bijvoorbeeld ploeg, potten)

  • Boeren hadden meer spullen dan jager-verzamelaars

  • Er ontstaat specialisatie: niet iedereen hoeft meer voor het eten te zorgen. 

  • Er ontstaat hiërarchie: sommige mensen krijgen meer bezit dan anderen en dus meer macht. Er ontstaat een elite




Herhaling

Slide 11 - Tekstslide

Tijd van jagers en boeren
Prehistorie
tot 3000 v. Chr.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

§2.3
Landbouw in Egypte
  • Ieder jaar overstroomde de Nijl
  • Op de oevers bleef een vruchtbare laag achter: slib
  • Langs de Nijl werden akkers aangelegd
  • De landbouw in Egypte was heel succesvol

Slide 16 - Tekstslide

§2.3
Help de natuur een handje
  • De Egyptenaren wilde zolang mogelijk het water gebruiken
  • Een systeem van kanaaltjes, sloten, dijken en 'waterscheppen'
  • irrigatielandbouw (leverde heel veel voedsel op)
  • Ingewikkeld en belangrijk systeem
  • De farao stelde ambtenaren aan om toezicht hierop te houden

Slide 17 - Tekstslide

Gevolgen irrigatielandbouw
- Samenwerking tussen boeren
- Succesvol -> dorpshoofd -> macht -> meer hiërarchie
- Bevolkingsgroei door meer oogst
- Specialisatie -> ambachten ontstonden
- Sommige dorpen werden steden, dus
      1. Nomadische samenleving 
      2. Landbouwsamenleving
      3. Landbouw-stedelijke samenleving
- Belasting betalen aan de elite -> meer hiërarchie

DUS: de samenleving werd ingewikkelder

Hoe houd je dat behapbaar?

Schrijf op bij opdracht 3 - werkboek blz. 30!

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

§2.3
De farao
  • De Egyptische koningen waren farao's
  • Hadden ambtenaren die hielpen met het bestuur

  • De Farao's zouden familie zijn van de goden > farao's werden als goden aanbeden
  • Zij waren de baas over: al het voedsel, de irrigatie, de handel, het leger, de rechters en de godsdienst

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Maak opdrachten 4 en 5 (werkboek blz. 31) 
timer
10:00
IN STILTE!

Slide 23 - Tekstslide