3.4 Genetica Geslachtschromosomen

3.4 Geslachtschromosomen
Waarom mannen vaker kleurenblind zijn dan vrouwen
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

3.4 Geslachtschromosomen
Waarom mannen vaker kleurenblind zijn dan vrouwen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat het betekent als een eigenschap "X-chromosomaal" is

Slide 2 - Tekstslide

X-chromosomaal
Eigenschappen die op het X chromosoom liggen

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat het betekent als een eigenschap "X-chromosomaal" is

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat het betekent als een eigenschap "X-chromosomaal" is

Je kunt uitleggen waarom X-chromosomale eigenschappen anders overerven dan eigenschappen die op autosomen liggen

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen het X-chromosoom en de andere chromosomen bij de mens?

Slide 6 - Open vraag

43a: Welke geslachtschromosomen kunnen in een zaadcel voorkomen? En welke in een eicel?

Slide 7 - Open vraag

43b: Op welk moment komt het geslacht van een mens vast te liggen? En op welke manier?

Slide 8 - Open vraag

43c: Er is een jongetje geboren. Welk geslachtschromosoom bevatte de zaadcel die bij de bevruchting betrokken was

Slide 9 - Open vraag

43d: Is het X-chromosoom van een jongen afkomstig van zijn moeder of van zijn vader?

Slide 10 - Open vraag

X-chromosomale overerving
Notatie van genotypes: 
Wat is het geslacht van deze persoon? 
Hoe noem je dit genotype? 
XAXa

Slide 11 - Tekstslide

Kruising bij X-chromosomaal
Afbeelding 32: Rode en witte oogkleur X-chromosomaal
Rode oogkleur dominant:
Witte oogkleur recessief:

Genotype van een vrouwtje met witte ogen? En van een man met rode ogen?
XA
Xa

Slide 12 - Tekstslide

Oefenen met opgave 48

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat het betekent als een eigenschap "X-chromosomaal" is

Je kunt uitleggen waarom X-chromosomale eigenschappen anders overerven dan eigenschappen die op autosomen liggen

Slide 14 - Tekstslide