D1L5 - Teksten kraken

D1L5 - Teksten kraken
p 21 -  30
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

D1L5 - Teksten kraken
p 21 -  30

Slide 1 - Tekstslide

Wat zal je leren?
  • Je leert verschillende teksten herkennen.
  • Je kan oriënterend lezen.
  • Je kan zoekend lezen.
  • Je kan voorspellend lezen.
  • Je weet wanneer je welke leesstrategie gebruikt.
  • Je herkent het doel van verschillende teksten. 

Slide 2 - Tekstslide

Vorm groepen van 4 leerlingen.
Opdracht:
  • Bekijk de teksten die je meebracht (lees ze nog niet).
  • Bespreek: Wat voor teksten zijn dit? Welke teksten herken je? Hoe weet je wat voor tekst het is? Waarover denk je dat de tekst zal gaan?

Slide 3 - Tekstslide

Teksttypes
Teksten bestaan in allerlei maten en vormen. De vorm waarin een tekst gegoten is, herken je vaak snel.

Een krantenartikel, een recept, een Facebookstatus, een strip, een gebruiksaanwijzing...

           

Slide 4 - Tekstslide

Tekstsoorten
Elke tekst heeft een doel. 
We sorteren teksten in tekstsoorten op basis van hun tekstdoel.
  • Een narratieve tekst
  • Een informatieve tekst
  • Een opiniërende tekst
  • Een persuasieve tekst
  • Een prescriptieve tekst

Slide 5 - Tekstslide

Ontdek het verschil:
Ga in je groepje op zoek naar de verschillen tussen de tekstsoorten.

Opdracht p 22-24
* Bekijk de verschillende teksten over chocolade.
* Wat willen de zenders bereiken? Wat is hun doel? Noteer een werkwoord
* Vul de tabel bij elke afbeelding aan. 
* Zoek nog andere voorbeelden van teksten die hetzelfde doel willen bereiken.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

= teksttypes

Slide 12 - Tekstslide

Oriënterend lezen
  • Bekijk in je groepje nogmaals de teksten die jullie meebrachten.
  • Onderzoek voor elke tekst de zender, ontvanger en doel.
  •  Kan je de teksten sorteren per tekstsoort?
  • Ga weer op je plaats zitten als je klaar bent met het overleg.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

4a: individueel 

Bekijk de tekst op p 26. 

Vul het kraakkader op  p 25 in.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Voorspellend lezen
  • Waarover denk je dat de wazige teksten gaan op p 26-27.
  • Luister naar het ware verhaal. Je leerkracht leest het voor.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Klopt onze voorspelling?
* Bekijk de flaptekst op bol.com

Slide 20 - Tekstslide

Zoekend lezen
Wie vindt het snelst de antwoorden op de vragen in oefening 7 op p 29?



Slide 21 - Tekstslide

Test jezelf: oefening 8 - 9
Maak beide oefeningen individueel en test of je de leerstof hebt begrepen. Gebruik eventueel de kraakkaart.

Sneller klaar? Maak oefeningen op Scoodle. 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Lukt het jou al goed om de verschillende leesstrategieën toe te passen? Waar moet je nog aan werken?

Slide 27 - Tekstslide

Tips bij het studeren.
Lees de theoriebundel goed door.
Studeer de onthoudkaders uit je werkboek.
Maak de oefeningen op Scoodle.
Maak ten slotte een oefentoets op Scoodle.
Studeer elke dag even en niet de dag ervoor ineens heel lang.

* remediëringsoefeningen (na de toets of als je het nog moeilijk vindt)
** basisoefeningen (moet je zeker kunnen)
*** uitbreidingsoefeningen (werk naar dit niveau - daag jezelf uit)

Slide 28 - Tekstslide