Week 13 - Les 3 | Le pronom personnel

Bonjour! - le vendredi 29 novembre
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bonjour! - le vendredi 29 novembre

Slide 1 - Tekstslide

Le planning
  • Explication du COI/COD
  • Exercice sur le COI/COD

Slide 2 - Tekstslide

Le but d'aujourd'hui


  • Je begrijpt en herkent het pronom COI/COD.
  • Je kunt foutieve zinnen herkennen en verbeteren.


Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

2. Chaque jour, je mange une pomme verte.

Slide 6 - Tekstslide

2. Chaque jour, je mange une pomme verte.
  • het lijdend voorwerp kun je dus vervangen!

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Mon prof m'aide avec mes devoirs.
Ton prof t'aide avec tes devoirs.


Notre prof nous aide avec nos devoirs.
Votre prof vous aide avec vos devoirs.



COD - vormen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

het lijdend voorwerp en het meewerkend voorwerp kun je dus vervangen!

Slide 13 - Tekstslide

COI - vormen

Slide 14 - Tekstslide

COI - vormen
Mon père m'a donné un cadeau. (donner à)
Mon père t'a donné un cadeau. (donner à)

Mon père lui a donné un cadeau. (donner à)
Mon père nous a donné un cadeau. (donner à)
Mon père vous a donné un cadeau. (donner à)

Mon père leur a donné un cadeau. (donner à)


Slide 15 - Tekstslide

COI - vormen
Mon père m'a donné un cadeau. (donner à)
Mon père t'a donné un cadeau. (donner à)

Mon père lui a donné un cadeau. (donner à)
Mon père nous a donné un cadeau. (donner à)
Mon père vous a donné un cadeau. (donner à)

Mon père leur a donné un cadeau. (donner à)


Belangrijke werkwoorden die vaak een COI hebben = 
donner, raconter, ressembler, dire, penser, téléphoner.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Schrijf ook op waarom je voor een bepaald antwoord kiest.
timer
5:00

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Les devoirs - lire p. 21 t/m 35 & woorden vertalen + vragen maken p. 6 t/m 10

Slide 22 - Tekstslide

Oefenen met leesvaardigheid
  • Oefen via Examenkracht met de teksten die ik voor je heb klaargezet.
  • Zoek binnen die teksten constructies waarin het COD/COI wordt vervangen door een persoonlijk vnw.
  • Schrijf minimaal 5 vormen hiervan in je schrift en schrijf ze volledig uit. 
Bijv. : je t'envoie un mail. --> J'envoie à toi = meewerkend voorwerp

Slide 23 - Tekstslide