signaalwoorden

Ik kan een tekst lezen
Ik ken de indeling van een tekst
Ik weet waar de tekst over gaat.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Ik kan een tekst lezen
Ik ken de indeling van een tekst
Ik weet waar de tekst over gaat.

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk je aan bij het lezen van een tekst?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Link

tekstverbanden (context) & signaalwoorden (conjunctions)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Het is warm buiten, toch heb ik het koud.
Wat is het signaalwoord?
A
is
B
ik
C
heb
D
toch

Slide 6 - Quizvraag

Welk tekstverband hoort er bij 'het woord: toch?
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een voorwaarde
D
een opsomming

Slide 7 - Quizvraag

Hij heeft het koud, omdat hij nat geregend is.
Wat is het signaalwoord?
A
Hij
B
omdat
C
nat
D
geregend

Slide 8 - Quizvraag

Welk tekstverband hoort er bij het woord: omdat?
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een reden
D
een opsomming

Slide 9 - Quizvraag

Ik hou van pizza en patat.
Wat is het signaalwoord?
A
van
B
hou
C
en
D
patat

Slide 10 - Quizvraag

Welk tekstverband hoort er bij het woord en?
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een reden
D
een opsomming

Slide 11 - Quizvraag

maar
toch
ook
omdat
en
zoals
daarna
Eerst ga ik uiteten, .......ga ik naar de film.
Rood, wit.....blauw zijn de kleuren van de Nederlandse vlag.
Ik hou van sporten, .....voetbal en fietsen.
Ik hou van honden, maar ....van katten.
Leo is te laat,.....hij de wekker niet hoorde.
Milou houdt van kaas, .........niet van soep.
Liza is moe, .........gaat ze naar de stad.

Slide 12 - Sleepvraag

Welke signaalwoorden
ken je?

Slide 13 - Woordweb

Welke tekstverbanden
ken je?

Slide 14 - Woordweb

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video