3.4 De Waterkringloop


3.4 De Waterkringloop
Deel 1
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


3.4 De Waterkringloop
Deel 1

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
- In welke vormen kan water voorkomen?
- Wat is de waterkringloop?
- Hoe ontstaat stuwingsregen? Stijgingsregen? en Frontale regen?
- Wat is het verschil tussen een korte en lange waterkringloop?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Korte waterkringloop:
Water verdampt uit de zee en valt als neerslag weer terug in de zee.

Lange waterkringloop:
Water verdampt uit de zee, waterdamp waait richting land, komt als neerslag op het land terecht en gaat weer de zee in.

Slide 4 - Tekstslide

Korte waterkringloop

Slide 5 - Tekstslide

Lange waterkringloop

Slide 6 - Tekstslide

Maak nu opdracht 1

Slide 7 - Tekstslide

Samen lezen: 
Water, waterdamp en ijs

Slide 8 - Tekstslide

Schrijf nu aan de aantekeningen kant wat:
Vast =
Vloeibaar =
Gas =

Slide 9 - Tekstslide

Fases van water

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk:
Teken de lange waterkringloop en de korte waterkringloop

Slide 11 - Tekstslide


3.4 De Waterkringloop
Deel 2

Slide 12 - Tekstslide

Planning 
Terugblik
Bespreken huiswerk
Uitleg 3.4 deel 2
Aan de slag!
30 seconds?

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoelen
- In welke vormen kan water voorkomen?
- Wat is de waterkringloop?
- Hoe ontstaat stuwingsregen? Stijgingsregen? en Frontale regen?
- Wat is het verschil tussen een korte en lange waterkringloop?

Slide 14 - Tekstslide

Water, waterdamp en ijs
Water (H2O) komt voor in drie toestanden:
  1. Vast (sneeuw en ijs)
  2. Vloeibaar (water)
  3. Gasvormig (waterdamp)

Elke dag gaan er grote hoeveelheden water van de ene toestand in de andere = waterkringloop

Slide 15 - Tekstslide

Hoe ontstaat neerslag?
  1. water wordt verwarmd
  2. water verdampt
  3. warme lucht met waterdamp stijgt op
  4. warme lucht met waterdamp koelt af
  5. afgekoelde waterdamp vormt stoom/wolken

Slide 16 - Tekstslide

               Waterkringloop
Waterkringloop

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Lange waterkringloop
Korte waterkringloop

Slide 19 - Tekstslide

korte waterkringloop

1) Water verdampt uit de zee
2) Water stijgt op en koelt af in de wolken (condensatie)
3) Water valt als neerslag terug in de zee


Slide 20 - Tekstslide

lange waterkringloop
1) Water verdampt uit de zee
2) Water stijgt op en koelt af in de wolken (condensatie)
3) De wolken trekken over land.
4) d.m.v. regen en sneeuw komt het via rivieren en grondwater de zee weer in.

Slide 21 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
Tekening van de korte- en lange waterkringloop.

Slide 22 - Tekstslide

Hoe ontstaat neerslag?

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Verschillende soorten neerslag
Stijgingsneerslag 
Stuwingsneerslag
Frontale neerslag

Slide 25 - Tekstslide

Stijgingsregen                              

Slide 26 - Tekstslide

Regel: 

1. Stijgende lucht koelt af.

2. Koude lucht kan weinig vocht vast houden.

3. Gevolg is neerslag.

Slide 27 - Tekstslide

Stijgingsregen: 
Warme lucht stijgt op en koelt daardoor af. Dan condenseert de waterdamp en ontstaat er neerslag.
(Zie tekening 3.1)

Slide 28 - Tekstslide

Stijgingsregen

  • Warme lucht is licht en stijgt op.
  • De lucht koelt af.
  • De waterdamp zal vervolgens gaan condenseren.
  • Er ontstaan wolken.
  • Komt waar voor?

Slide 29 - Tekstslide

Stuwingsregen

Slide 30 - Tekstslide

Stuwingsregen: Als bij een gebergte de lucht stijgt, dan koelt het af. Gevolg is dat er dan neerslag valt.
Loefzijde = regen en Lijzijde = Droog

Over de bergen is het droger doordat de lucht daalt en warmer wordt.

Slide 31 - Tekstslide

Stuwingsregen
  • Lucht wordt tegen de berg omhooggestuwd (loefzijde)
  • De lucht koelt af.
  • De waterdamp condenseert en het gaat regenen.
  • Aan de andere kant ligt de lijzijde .
  • Daar daalt de lucht en warmt op.
  • Hier blijft het droog =  regenschaduw

Slide 32 - Tekstslide

Frontale regen

Slide 33 - Tekstslide

Frontale regen: 
warme en koude lucht botst. Dan stijgt de warme lucht, koelt af en gaat het regenen.

Dit komt op gematigde breedte voor.

Slide 34 - Tekstslide

Frontale regen
Botsing van twee luchtsoorten

  • De zwaardere koude lucht dringt onder de lichtere warme lucht.
  • Warme lucht stijgt snel op,  koelt af en condenseert: regen.

Slide 35 - Tekstslide

Hoe ontstaat frontale regen?
A
Warme en koude lucht botsen, de warme lucht stijgt op, koelt af en condenseert.
B
Lucht stijgt op tegen een berg, koelt af en veroorzaakt neerslag.
C
Door sterke verdamping van de zee stijgt warme lucht op en veroorzaakt regen.
D
Warme lucht daalt snel, waardoor er wolken ontstaan en het gaat regenen.

Slide 36 - Quizvraag

Welke afbeelding laat frontale regen zien?
A
B
C

Slide 37 - Quizvraag

Welke afbeelding laat stijgingsregen zien?
A
B
C

Slide 38 - Quizvraag

Welke afbeelding laat stuwingsregen zien?
A
B
C

Slide 39 - Quizvraag

Slide 40 - Video

timer
15:00
Veel succes!
AAN DE SLAG!
Wat?
Maken: vraag 4 t/m 6 (3.4)
+ nakijken (mapje ligt bij de docent)
Waarom?
Zo begrijp je de leerdoelen beter
Hoe?
Lees de teksten, markeer de belangrijkste stukken, maak de vragen
Zelfstandig, stil werken
Hulp?
Vraag de docent
Klaar?
Lees en markeer de tekst op blz. 152-153
Maak opdracht 1 en 2 van 3.5

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide