3.3 Van nat naar droog

§3.3 van nat naar droog
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

§3.3 van nat naar droog

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een verschil tussen weer en klimaat?
A
periode van meten
B
klimaat gaat over kleiner gebied
C
weer is de gemiddelde toestand van de lucht
D
weer gaat over neerslag en klimaat niet

Slide 2 - Quizvraag

Hoe komt het dat we seizoenen hebben?
A
Door de draaiing van de aarde om de zon
B
Door de draaiing van de zon om de aarde
C
Door de wolken
D
Omdat de aarde om zijn eigen as draait

Slide 3 - Quizvraag

Hoe komt het dat we dag en nacht hebben?
A
Door de draaiing van de aarde om de zon
B
Door de draaiing van de zon om de aarde
C
Door de wolken
D
Omdat de aarde om zijn eigen as draait

Slide 4 - Quizvraag

Door de zon wordt eerst verwarmd ....
A
het dal
B
de lucht
C
de berg
D
het aardoppervlak

Slide 5 - Quizvraag

In de dal van een berg hebben we 5 °C. Hoeveel graad is op 2000 m hoogte?
A
15 °C
B
-7 °C
C
- 9 °C
D
0 °C

Slide 6 - Quizvraag

Ik kan vertellen over neerslag:

- hoe neerslag ontstaat 
- de (korte en lange) waterkringloop
- hoe stijgingsregen, stuwingsregen en frontale regen ontstaan
- droge gebieden

Leerdoelen

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Uitleg
Uitleg
Water koken:

1 Water wordt verwarmd

2 Water verdampt  

3 Warme lucht
stijgt op, vol waterdamp

4 Koelt af

5 Condenseert (verandert in druppels)


Slide 9 - Tekstslide

Uitleg
Uitleg
Neerslag 
1 Water warmt op door zon

2
Water verdampt

3 Warme lucht stijgt op, vol waterdamp

4 Lucht koelt af door hoogte

5 Waterdamp condenseert: wolken (druppels water) en neerslag



Slide 10 - Tekstslide

Uitleg
Korte waterkringloop
1. water verdampt uit zee
2. stijgt op 
3. regent op zee weer uit.
Uitleg

Slide 11 - Tekstslide

Uitleg
Lange waterkringloop
1. water verdampt uit zee
2. stijgt op 
3. gaat met de wind mee naar land
4. valt als regen of sneeuw
5. wordt opgeslagen als ijs, grondwater, in meren of rivieren
6. via rivieren weer terug naar zee.
Uitleg

Slide 12 - Tekstslide

Waterkringloop

Slide 13 - Tekstslide

Uitleg
3 soorten regen:
- stuwingsregen
- stijgingsregen
- frontale regen
Uitleg

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Uitleg
3 soorten regen:
- stuwingsregen --> ontstaan in gebergten. 
Waterdamp vanaf zee, duwt ('stuwt') tegen de bergen. Alle neerslag valt aan 1 kant van de berg.


Uitleg

Slide 16 - Tekstslide

Uitleg
3 soorten regen:
- stijgingsregen = regen die ontstaat door sterke stijging van lucht.


Uitleg

Slide 17 - Tekstslide

Uitleg
3 soorten regen:
- frontale regen: warme lucht vanuit de evenaar botst op koude lucht vanuit de polen. Dit heet een front. Warme lucht wordt gedwongen om op te stijgen. Er ontstaat frontale regen.


Uitleg

Slide 18 - Tekstslide

Uitleg
3 soorten regen:
- stuwingsregen :    bergen
- stijgingsregen  :    evenaar
- frontale regen  :    bij ons


Uitleg

Slide 19 - Tekstslide

Wat is een stuwingsregen?
A
Regen die ontstaat doordat het te koud is op een plek
B
Regen die ontstaat doordat het te warm is op een plek
C
Regen die ontstaat als warme en koude ligt elkaar raken
D
Regen die ontstaat doordat lucht gedwongen is te stijgen

Slide 20 - Quizvraag

Hoe ontstaat stijgingsregen?
A
Lucht stijgt op, koelt af en er ontstaat neerslag
B
Lucht stijgt op, warmt op en er ontstaat neerslag
C
Lucht daalt, koelt af en er ontstaat neerslag
D
Lucht daalt, warmt op en er ontstaat neerslag

Slide 21 - Quizvraag

Uitleg
Droge gebieden
1. In gebieden waar veel neerslag valt, is stijgende lucht.
2. Lucht daalt ergens anders weer.
3. Dalende lucht, warmt op; wolken lossen op.
4. Helder en zonnig, droog weer.
Uitleg

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

stilte
overleggen
praten

Aan de slag met je huiswerk!

§ 3.3 opdracht 1 t/m 6

Donderdag moet het af zijn.


Slide 25 - Tekstslide