2 - geslachtschromosomen

Geslachtschromosomen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Geslachtschromosomen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen..
  • Herhaling 3.1 - test jezelf
  • Uitleg 3.2 - genen
  • Opdrachten maken

Leerdoel:
Je kunt omschrijven wat homozygoot, heterozygoot, dominant, recessief en intermediair fenotype betekenen.

Slide 2 - Tekstslide

Genenparen
Een gen bevat de informatie voor één erfelijke eigenschap.
Genen komen voor in paren (net als de chromosomen). 

Je hebt bijvoorbeeld een genenpaar voor de haarvorm.
(steil, krullend, golvend)

Slide 3 - Tekstslide



Bij steil haar heb je twee dezelfde genen voor steil haar.
Je bent dan homozygoot voor de eigenschap steil haar. 

Slide 4 - Tekstslide




Bij golvend haar heb je één gen voor stijl haar en één gen voor krullend haar. 
Je bent dan heterozygoot voor de haarvorm. 

Slide 5 - Tekstslide

Is deze persoon heterozygoot of homozygoot voor de haarvorm?
A
Heterozygoot
B
Homozygoot

Slide 6 - Quizvraag

Hier zie je de chromosomen voor haarkleur
van pa en ma.
Is pa heterozygoot of homozygoot
voor de haarkleur?
A
Homozygoot
B
Heterozygoot

Slide 7 - Quizvraag

dominant of recessief
één allel voor stijl haar en één allel voor krullend haar:
- het allel voor stijl haar zie je niet in het fenotype.
- het allel voor krullend haar is 'sterker' 
Dit allel is dominant
- het allel voor stijl haar zie je niet terug. 
Dit alleen is recessief

Slide 8 - Tekstslide

Genotypen geef je aan met een lettercombinatie.
Dominant: hoofdletter
Recessief: kleine letter



Allel krullend haar: A
Allel stijl haar: a

AA = ?
Aa = ?
aa = ?

Slide 9 - Tekstslide

Intermediair fenotype
Bij sommige erfelijke eigenschappen is er geen dominant allel en geen recessief allel: beide zijn even sterk. 

Bij een heterozygoot genotype
ontstaat dan een intermediair 
fenotype:  een mix van de 
beide eigenschappen in het 
fenotype. 

Slide 10 - Tekstslide

A
a
AA
aa
Aa
Dominant
recessief
homozygoot recessief
heterozygoot
homozygoot dominant

Slide 11 - Sleepvraag

Hier zie je de chromosomen voor haarkleur
van pa en ma.
Is het kind heterozygoot of homozygoot
voor de haarkleur?
A
Homozygoot
B
Heterozygoot

Slide 12 - Quizvraag

Opdrachten maken
3.1 voldoende afgerond?
  • Maak opdracht 1, 4, 5, +7 van 3.2.

Nog geen voldoende voor 3.1? 
  • Maak eerst opdracht 3 van 3.1.
  • Maak daarna opdracht 1, 4, 5, +7 van 3.2.
                                                                   Dit is huiswerk voor donderdag!

Slide 13 - Tekstslide