Quiz schoonmaken PW/OA

Schoonmaken Quiz
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Schoonmaken Quiz

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Om restjes water naar een afvoerputje te vegen maak je gebruikt van...
A
dweil
B
bezem
C
watertrekker
D
borstel

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een schoonmaakprotocol moet je goed lezen zodat je weet wat je moet doen.
A
Juist
B
Onjuist
C
niet altijd
D
dat bestaat niet

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met nat schoonmaken gebruik je meer water dan met klamvochtig schoonmaken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Spons en zeem zijn materialen om klamvochtig schoon te maken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Traditionele schoonmaakmaterialen worden tegenwoordig niet meer gebruikt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een ragebol kun je gebruiken om spinrag weg te halen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een stofwisser gebruik je voor vloeren met tapijt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een organisatie mag zelf bepalen welk kleurensysteem ze gebruiken voor schoonmaakdoekjes.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Azijn is een kalkverwijderaar.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met een zuur middel verwijder je vettige aanslag.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schuurmiddel gebruik je alleen op harde materialen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je werkt van schoon naar vuil.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je werkt van boven naar beneden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Doe eerst al het zware werk, dan het lichte werk.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

wissel.
Houd schoonmaakmiddelen altijd buiten bereik van kinderen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het signaalwoord ‘gevaar’ geeft aan dat iets licht ontvlambaar is.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een giftig schoonmaakmiddel wordt aangeduid met een gevaarpictogram met een uitroepteken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gebruik altijd extra schoonmaakmiddel om er zeker van te zijn dat alles schoon wordt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De hygiënerichtlijn geeft aan dat je ontsmettingsmiddelen als chloor, bleekwater, Lysol en Dettol niet mag gebruiken.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies