Rekenen 3.5 en 3.6

Welkom bij 

Rekenen
Rekenen

3.5 en 3.6
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij 

Rekenen
Rekenen

3.5 en 3.6

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 3 
Decimale Getallen

3.1 Optellen en aftrekken met decimale getallen
3.2 Vermenigvuldigen met decimale getallen
3.3 Delen met decimale getallen
3.4 Afronden
3.5 Optellen en aftrekken met negatieve getallen
3.6 Gemengde opdrachten

Slide 2 - Tekstslide

lesdoelen hst 3
- Je leert optellen met negatieve getallen
- Je leert aftrekken met negatieve getallen

Slide 3 - Tekstslide

Negatieve getallen
Getallen onder de 0
Gebruik het minteken ( - )
Bijvoorbeeld: -6 graden Celcius
3 - 5 = -2

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Negatieve getallen optellen
Maak een getallenlijn als het lastig blijft.
Besef of je antwoord meer of minder gaat worden


-6 + 7 = 1
- 12 + 4 = -8             

Slide 6 - Tekstslide

Negatieve getallen optellen
Maak een getallenlijn als het lastig blijft.
Besef of je antwoord meer of minder gaat worden


-8 + 4 = 
- 18 + 9 = 
-5 + 19 =              

Slide 7 - Tekstslide

-4 + 5 =

Slide 8 - Open vraag

-12 + 5 =

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Video

Negatieve getallen aftrekken
Maak een getallenlijn als het lastig blijft.
Besef of je antwoord meer of minder gaat worden


-6 - 7 = -13
- 12 - 4 = -16             

Slide 11 - Tekstslide

Negatieve getallen aftrekken
Maak een getallenlijn als het lastig blijft.
Besef of je antwoord meer of minder gaat worden


6 - 4 = 
- 5 - 9 = 
7 + -12 =              

Slide 12 - Tekstslide

-7 - 5 =

Slide 13 - Open vraag

-12 - 13 =

Slide 14 - Open vraag

Zelfstandig werken
Wat
Paragraaf 3.5
Hoe
Zelfstandig zonder rekenmachine
Hulp
Uitleg in boek, zet je microfoon aan en vraag
Tijd
15 min
Klaar?
Paragraaf 3.6
timer
15:00

Slide 15 - Tekstslide

Hoeveel decimalen heeft het getal: 3,1415
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 16 - Quizvraag

Rond af op geldbedragen:
67,976
A
67,97
B
67,98
C
68
D
67,976

Slide 17 - Quizvraag

optellen van decimale getallen
12,933 + 14,01 =
A
26,943
B
13,334
C
27,943
D
26,934

Slide 18 - Quizvraag

Aftrekken van decimale getallen
3,358 - 1,036 =
A
2,223
B
2,322
C
3,232
D
2,232

Slide 19 - Quizvraag

0,8 x 6,4 =
A
5,12
B
6,12
C
5,38
D
5,48

Slide 20 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Wat
Paragraaf 3.6
Hoe
Zelfstandig zonder rekenmachine
Hulp
Uitleg in boek, zet je microfoon aan en vraag
Tijd
10 min
Klaar?
Oefentoets H3
timer
10:00

Slide 21 - Tekstslide