4. Thalasso en gezonde leefstijl

Thalassotherapie en gezonde leefstijl
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Thalassotherapie en gezonde leefstijl

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Module Additioneel
  •  Aromatherapie
  • Chemische peeling
  • Cupping en massage
  • Thalasso en gezonde leefstijl
  • Microdermabrasie en apparatuur
  • Psychologie



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelstelling

Doelstelling thalassobehandeling: 
Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat thalassotherapie is, de werking van  thalasso-behandelingen beschrijven en de verschillende gebruikte ingrediënten en toepassingen voor in de salon herkennen.


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thalasso

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thalasso = zeewatertherapie:
Alle bestanddelen uit de zee, zoals
  • zeezout
  • zee-algen
  • zeewater 
wordt gezien als een medische methode waarbij gebruik gemaakt wordt van mineralogisch/ organisch zeewater

Organisch zeewater: resten van afgestorven planten en dieren wat gezakt is naar de bodem 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werking: heilzaam, regenererend op het weefsel verzachtend op spier en gewrichtsklachten, herstellend, ontgiftend
Risico: jodium stimuleert schildklier
Positief effect van jodium: desinfecterende werking

Joduim kan klachten van vermoeidheid, gejaagdheid, hartkloppingen en zweten geven

Slide 6 - Tekstslide

Toepassing kan ook zijn:
pakking, baden voedingssupplementen 
Toepassing: 
  • huidafwijkingen zoals psoriasis of eczeem
  • gewrichts- en spierklachten afslanken
  • ontspannend

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rijk aan minerale werkstoffen
Zeezout:
Magnesium
Kalium
Chloor
Calcium
Broom
Jodium

Zeealgen:
Magnesium
Lithium
Zink
Koper
Calcium
Jodium
Vitamine en spore-elementen

Slide 8 - Tekstslide

spore-elementen: mineralen die we in kleine hoeveelheden nodig hebben voor het lichaam- groei en lichaamsfuncties. Teveel is toxisch = giftig
Rene Quinton
Fransman ontdekt in 1897 dat het zeewater voor 98% identiek is aan het menselijke bloedplasma

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Naast algenpakking zijn er andere natuurlijke werkstoffen die we ook kunnen toepassen als pakking;
  • Karwendel
  • Modder = fango
  • Klei
  • Cacao

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gezonde leefstijl

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelstelling
Doelstelling gezonde leefstijl:
Aan het einde van deze les weet je de spijsverteringsroute te benoemen en kun je de functie van bouw-, brand- en hulpstoffen onderscheiden, inclusief welke voedingsstoffen onder elke categorie vallen.




Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling niveau 3

Hoe verloopt de spijsvertering ook alweer?
Welke spijsverteringsenzymen ken je nog?




Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spijsverteringsorganen:
  • mond 
  • slokdarm
  • maag 
  • dunne darm
  • dikke darm

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stofwisselingssysteem:
  • Lever
  • Galblaas
  • Alvleesklier 

Enzymen:
  • Amylase
  • Protease
  • Lipase

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

In de alvleesklier liggen de Eilandjes van Langerhans - produceren insuline en glucagon

Slide 17 - Tekstslide

Insuline zet glucose om in glycogeen
Glucagon zet glycogeen om in glucose
Eindproduct na vertering:
  • Koolhydraten -> glucose -> kooldioxide en water
  • Eiwitten -> aminozuren -> ureum
  • Vetten -> vetzuren en glycerol -> kooldioxide en water

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Metabolisme 
Het verbranden en gelijkmaken van voedingsstoffen.
Anabolisme: gehele proces van opbouw.
Katabolisme: gehele proces van afbraak.
  • Opbouw = assimilatie
  • Afbraak = dissimilatie

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voeding
Voedingsmiddelen: 
alles wat je eet en drinkt. 
Voedingsmiddelen bevatten voedingsstoffen. De voedingsstoffen zijn te verdelen in functies en groepen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedingsstoffen
Te verdelen in 3 groepen:
Brandstoffen:
  • vetten en koolhydraten
Bouwstoffen:
  • eiwitten en water
Hulpstoffen
  • vitaminen en mineralen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vetten
Functie:
  • levert energie en warmte in de kleinste cellen
  • Isolatie
  • In vet oplosbare vitamines - ADE en K
Vetten hebben voordelen en nadelen voor de gezondheid van de mens.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koolhydraten
Te verdelen in:
  1. Verteerbare koolhydraten : zetmeel en suikers
  2. Onverteerbare koolhydraten: voedingsvezels voor een positieve darmwerking

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eiwitten
= proteïne
Functie:  Zorgt voor groei / opbouw en ontwikkelingsprocessen in het lichaam
Risico: Een teveel aan eiwitten wordt opgeslagen als reservestof.

Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren. Aminozuren zijn kleine moleculaire deeltjes wat makkelijker wordt opgenomen door het lichaam.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Water
Het lichaam bestaat voor 60% uit water.
Functie: Water is nodig voor het uitvoeren van processen in het lichaam.
Dranken, fruit en groente.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vitaminen
Vitamine = levensstof

Functie:
versterken van het immuunsysteem om ziektes te voorkomen

Bij een gevarieerd eetpatroon, krijg je alle vitamines die het lichaam nodig heeft.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vitaminen
Vitamine: A,B,C,D,E en K
  • In water oplosbaar
  • In vet oplosbaar
  • Hypo-vitaminose
  • Hyper-vitaminose

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mineralen
Functie: stimuleren van stofwisselingsprocessen. 

Mineralen worden niet aangemaakt door het lichaam zelf. Zonder mineralen zijn verschillende stofwisselingsprocessen niet mogelijk.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke stelsels maken stofwisseling mogelijk?
A
Spijsverteringsstelsel en ademhalingsstelsel
B
Ademhalingsstelsel en bloedsomloop
C
Alle antwoorden zijn goed
D
Bloedsomloop en uitscheiding

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk enzym zorgt voor de afbraak van eiwitten?
A
Protease
B
Lipase
C
Amylase

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 2 enzymen bevinden zich in de maag?
A
Lipase en amylase
B
Amylase en protease
C
Protease en lipase
D
De maag bevat geen enzymen

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke mineralen zijn er?

Slide 32 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke vitamine wordt gemaakt in de huid?
A
B
B
C
C
K
D
D

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Maak vragen 1 t/m 9 van de opdracht 
Een gezonde leefstijl


Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afslanken en diëten 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schijf van 5
Gezond eten en bewuste keuze maken met de schijf van 5.
Eet gevarieerd.
Eet niet teveel en beweeg.
Gebruik minder verzadigde vetten.
Eet groente, fruit en brood.
Voldoende vocht.
Kleine porties en wees voorzichtig met zout.

Slide 36 - Tekstslide

Verzadigde vetten zijn voornamelijk dierlijke vetten en worden niet goed afgebroken door de spijsvertering. Het zijn daardoor de vetten die ons dik maken.

Het lichaam bestaat uit gemiddeld 60% vocht. Dit is afhankelijk van leeftijd. Naarmate we ouder worden verlaagt dit percentage naar 45%
Jojo effect
De snelle diëten zorgen altijd voor het jojo effect.

Waarom is dit niet gezond?

Wat kun je dan beter doen?
Beter om langzaam je eetpatroon te veranderen naar iets minder calorieen en vooral gezondere voeding die meer voldaan gevoel geven. Balans dus in gezonde en ongezonde dingen. Meer calorieen gegeten die dag? Dan ook meer bewegen!
(veel) calorie beperking zorgt voor een lager metabolisme. Zodra je weer wat meer calorieen eet verbrand je deze minder snel en zul je sneller, en vaak zelfs meer, aankomen. Als je alleen calorieen telt kijk je ook minder naar het gezonde voedingsgehalte.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Situatie: twee personen liggen hele avond op de bank. De ene is gespierd, de andere veel minder. Wat kun je zeggen over de calorieverbranding van beide personen?

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Risico's overgewicht?

Slide 39 - Woordweb

Hartinfarct, herseninfarct en Diabetes type 2
Wat is jouw advies voor een gezond dieet?

Slide 40 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Advies
De allround schoonheidsspecialsite is geen voedingsdeskundige en geen sportdeskundige.
Afslankbehandelingen kunnen gecombineerd worden met Thalasso.

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gezond gewicht:
BMI = body Mass Index
normaal 18,5 en 25 


Wat is jouw BMI?

Slide 42 - Tekstslide

https://overgewichtnederland.org/over-gewicht/wat-is-obesitas/?gclid=CjwKCAiAmJGgBhAZEiwA1JZolmP1do9D49seqdz2f48jWv83MkqyJaM2Pdl7AnRyLEvvmlzgD4Yr6BoC87UQAvD_BwE
Eetstoornissen
Oorzaak en gevolg:

- Obesitas
- Anorexia 
- Boulimia
- Eetbuistoornissen

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Maak opdracht 
Een gezonde leefstijl verder: vraag 10 t/m 22


Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies