Projectweek: Weerbericht presenteren

1 / 27
volgende
Slide 1: Video
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Slide 2 - Tekstslide

Welke bekende presentator/presentatrice van het weerbericht ken je?

Slide 3 - Woordweb

Hoe heet de storm die vorig jaar langs de kust van Nederland huis heeft gehouden?

Slide 4 - Open vraag

Bekijk het kaartje over windkracht. In welke categorie viel corrie volgens binas in Maassluis?
A
Stormachtige wind
B
Storm
C
Zware storm
D
Orkaan

Slide 5 - Quizvraag

Het weerbericht presenteren

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Tekstslide

Het weerbericht presenteren

Slide 9 - Tekstslide

De opdracht
Maak een video waarin jij het weerbericht presenteert

Slide 10 - Tekstslide

Wat moet je minimaal vertellen in je weerbericht?

Slide 11 - Tekstslide

Hoge en lage luchtdruk

Slide 12 - Tekstslide

Isobaren, oclusie, kou- en warmtefront

Slide 13 - Tekstslide

Weerbericht 7 februari 2021

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Hoe hoog is de luchtdruk in Nederland volgens de Isobaren?
A
1000-1010
B
1010-1015
C
1015-1020
D
1020-1025

Slide 21 - Quizvraag

Wat betekenen de blauwe driehoekjes die op Nederland afkomen? Gebruik BINAS
A
Oclusie
B
Koufront
C
Sneeuw
D
Isobaren

Slide 22 - Quizvraag

Welk antwoord beschrijft het weer in Nederland het beste?
A
Zonnig, droog en warm
B
Koud en nat
C
Warm, maar Stormachtig

Slide 23 - Quizvraag

Juist of onjuist
De windkracht is in Nederland volgens het kaartje vrij groot (het waait hard)
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Juist of onjuist
De windkracht is in Nederland volgens het kaartje vrij groot (het waait hard)
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quizvraag

Uitleg marktkraam

Slide 26 - Tekstslide

Plan van aanpak
- wat word jullie eindproduct?
- wat heb ik nodig voor het eindproduct?
- wie gaat met welke gedeelte aan de slag van het eindproduct?
- wanneer moet het eindproduct af zijn?
- zijn er overige afspraken die jullie moeten maken? 

Slide 27 - Tekstslide