Weerbericht presenteren

Het weerbericht presenteren
Uiterste inleverdatum: 4 maart om 23.59 uur
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Het weerbericht presenteren
Uiterste inleverdatum: 4 maart om 23.59 uur

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Het weerbericht presenteren

Slide 3 - Tekstslide

In welke tabel in BINAS kun je de symbolen op de weerkaart vinden?
Tabel …..

Slide 4 - Open vraag

Welk figuur geeft een koufront aan? Gebruik tabel 24 in BINAS
A
Een vierkantje
B
Een halve cirkel
C
Een driehoekje
D
Een sterretje

Slide 5 - Quizvraag

In de afbeelding hiernaast kun je lezen dat stormen bij code oranje of rood een naam krijgen. Code oranje wordt gegeven bij windstoten boven de 100km/h (Ca. 27,8m/s). Welke windkracht (schaal van Beaufort) hoort daar bij? Zie BINAS TABEL 25.
Windkracht …….

Slide 6 - Open vraag

De opdracht
Maak een video waarin jij het weerbericht presenteert

Slide 7 - Tekstslide

Wat moet je minimaal vertellen in je weerbericht?
- wanneer spreekt men van gemiddelde luchtdruk, een hoge luchtdruk en wanneer van lage luchtdruk? (Aantal hPa of mBar noemen). 

- De hoogte van de luchtdruk is een voorbode voor het type weer dat verwacht wordt. Leg uit hoe de luchtdruk in verband wordt gebracht met het verwachte weer, bijvoorbeeld de verwachtte neerslag.

- leg het begrip isobaren uit met behulp van de gekozen weerkaart.

- geef aan hoe je de windkracht en windrichting van de wind kunt aflezen met behulp van de isobaren. Geef met pijlen de windrichting aan op de kaart met isobaren. Is er sprake van een noorden, westelijke, zuidelijke of oosten wind? 
Wat moet je minimaal vertellen in je weerbericht deel 1:

Slide 8 - Tekstslide

Wat moet je minimaal vertellen in je weerbericht?
- is er een koufront, warmtefront of oclusie op komst?

- wat zijn de minimum en maximum temperatuur voor de dag en nacht?

- is er veel kans op neerslag? Zo ja in welke vorm komt dit dan naar alle waarschijnlijkheid naar beneden?

- is er veel kans op bewolking? Hoe ontstaan wolken?

Extra:
Is er een hoge luchtvochtigheid? Zo ja geeft dit kans op dauw of rijp in de ochtend? Uitleg donderglas, mooie foto’s van weer met uitleg bijv. Rijp, mist, dauw.
Wat moet je minimaal vertellen in je weerbericht deel 2:

Slide 9 - Tekstslide

Hoge en lage luchtdruk
Lage luchtdruk: ca. 970mBar
Gemiddelde luchtdruk: 1000mBar
Hoge luchtdruk: 1020mBar

Slide 10 - Tekstslide

Isobaren, oclusie, kou- en warmtefront

Slide 11 - Tekstslide

Wolken worden gevormd door water in de …….. fase
A
Vast
B
Vloeibaar
C
Gas

Slide 12 - Quizvraag

Om een wolk te vormen moet water uit de lucht dus overgaan van de gasvormige fase naar de vloeibare fase, hoe noem je deze faseovergang?
A
Rijpen
B
Sublimeren
C
Stollen
D
Condenseren

Slide 13 - Quizvraag

dauwpunt
Het dauwpunt is de temperatuur waarbij waterdamp begint te condenseren. Waterdamp gaat condenseren wanneer de lucht waarin de waterdamp zit afkoelt. De lucht kan dan minder waterdamp vast houden.

Slide 14 - Tekstslide

Om de faseovergang condenseren plaats te laten vinden, dan moet het water ……..
A
Afkoelen
B
Opwarmen

Slide 15 - Quizvraag

Het ontstaan van stapelwolken

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Weerbericht 13 februari 2024

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Hoe hoog is de luchtdruk in Nederland volgens de Isobaren?
A
1000-1010
B
1010-1015
C
1015-1020
D
1020-1025

Slide 24 - Quizvraag

Wat betekenen de blauwe driehoekjes die op Nederland afkomen? Gebruik BINAS
A
Oclusie
B
Koufront
C
Sneeuw
D
Isobaren

Slide 25 - Quizvraag

Welk antwoord beschrijft het weer in Nederland het beste?
A
Zonnig en droog
B
Bewolkt, koud en nat
C
Warm, maar Stormachtig

Slide 26 - Quizvraag

Juist of onjuist
De windkracht is in Nederland volgens het kaartje vrij groot (het waait hard)
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Juist of onjuist
De windkracht is in Nederland volgens het kaartje vrij groot (het waait hard)
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quizvraag