2.3 Het is oneerlijk verdeeld

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Hallo allemaal!

Niet vergeten;

- Telefoons zijn niet zichtbaar in de les. Doe ze in de telefoontas of telefoonbak. Toch zichtbaar? Einde van de dag kan je hem bij mij/administratie ophalen.

- Wil je iets zeggen of vragen? Steek je hand omhoog.

2.3 Het is oneerlijk verdeeld..

KM2

Inleiding

Vandaag ga je zelfstandig aan de slag met de paragraaf. In deze paragraaf kijken naar wie de macht had in Frankrijk.

Lees de tekst eerst en maak hierna de opdracht.

Klaar? Laat dit weten aan je docent!

Even terug..

Voordat we beginnen aan een nieuw onderwerp..

Wat weet je nog van afgelopen weken?

Wat is de volle naam van de W.I.C?

1. West Indische Compagnie
2. Verenigde West Indische Compagnie
3. West Indische Kolonie
4. West Indonesische Compagnie

Wat is een kolonie?

1. Landbouwgrond in Nederland
2. Veroverd grondgebied buiten de eigen landsgrenzen.
3. Een grote hoop aarde waar mieren leven
4. Landbouwgrond in Aruba

Welk begrip past het beste bij 'landbouwgebied in de tropen'.

1. Stapelmarkt
2. Slavernij
3. Slavenhandel
4. Plantage

In welk 'Tijdvak' zitten we?

1. Tijd van Jagers en Boeren
2. Tijd van Regenten en Vorsten
3. Tijd van Steden en Staten
4. Tijd van Pruiken en Revoluties

Tijd van Pruiken en Revoluties (1700-1800)

Lesdoel

Ons land was in de zeventiende en achttiende eeuw een republiek. Dat was bijzonder in die tijd. In andere Europese landen waren machtige vorsten aan de macht. Bijvoorbeeld koning Lodewijk XVI van Frankrijk, die absoluut regeerde.

Wat is absolutisme en welke kritiek kwam daarop?

De Franse koning Lodewijk XVI had vrijwel alle macht in zijn land. Hij liet de hoge edelen bij zich in zijn paleis bij het plaatsje Versailles wonen. Trouwe edelen beloonde hij met speciale taken en mooie baantjes. Iedereen aan het hof probeerde voorrechten van de koning te krijgen. Hoe meer voorrechten je had, hoe belangrijker je was. 

De koning regeerde over het land, samen met zijn ministers en ambtenaren. Maar zij moesten precies doen wat de koning zei. Zelf hoefde hij zich voor niemand te verantwoorden. Het gewone volk had bijna niets te vertellen en mocht vrijwel geen kritiek hebben. Deze manier van regeren heet absolutisme.

Wat is een absoluut vorst?

1. Een hele koude winter
2. Een koning met alle macht
3. Een koning met heel veel macht
4. Een koning met een beetje macht

Met dit schilderij liet de koning zien hoe rijk en machtig hij was. Noem drie dingen waaraan je dat kunt zien.

Standen

Al die paleizen, de feesten, de kleren – wie betaalde dat? Dat deed de derde stand: de burgers, ambachtslieden, winkeliers en boeren. Samen waren zij de grootste groep. 

Zij betaalden belasting, heel veel belasting. De eerste en tweede stand – de geestelijken, de adel, de ministers en de koning – hoefden geen belasting te betalen.

Standensamenleving
Frankrijk 

98% !!

Standen

boeren & burgers

adel

geestelijken

Frankrijk 

       Geen geld                   Geen inspraak

Aan het eind van de achttiende eeuw had de derde stand het slechter dan ooit.Er was weinig werk. Miljoenen Fransen leden honger. De Franse schatkist raakte leeg. In 1789 riep de koning de drie standen in een grote vergadering bijeen. Dat was al 175 jaar niet meer gebeurd... 

3e klasse = BOOS

Frankrijk 

       Geen geld                   Geen inspraak

De koning hoopte dat de standen hem zouden helpen bij het oplossen van alle geldproblemen. Maar de vergadering verliep anders: de drie standen kregen ruzie met elkaar. De adel en de geestelijkheid wilden geen belasting betalen. De derde stand eiste meer invloed. De koning weigerde die te geven. Boos verliet de derde stand de vergadering.

Waar was de derde stand het meest boos over?

De mensen in de afbeelding stellen groepen in de samenleving voor. Welke groepen?

Elk nummer hoort bij een groep.

Boeren

Adel

Geestelijken

Bij welke groep hoorde de tekenaar, denk je?

Selecteer het juiste antwoord.

1. 3e Stand
2. Geestelijken
3. Adel

De Franse koning trok de geestelijkheid en de adel voor. De derde stand eiste daarom meer..

1. Gelijkheid
2. Vrijheid

De Franse koning onderdrukte zijn volk. De derde stand eiste daarom meer..

1. Gelijkheid
2. Vrijheid

Wat moest volgens de derde stand veranderen?

Gebruik in je antwoord de woorden ‘vrijheid’ en gelijkheid’.

Hoe vond je deze manier van les?

😒🙁😐🙂😃

Hoe kan ik deze les verbeteren?

Einde les

Goed gedaan! Je bent klaar met de les!