5. De rechtsstaat

Terugblik
Bestuurslagen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Terugblik
Bestuurslagen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen aan het einde van deze les:
  • kun je uitleggen wat een rechtsstaat, grondrechten en de Nederlandse Grondwet inhouden;
  • kun je enkele grondrechten uit de Grondwet noemen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De wetten in Nederland worden gemaakt door rechters.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In een rechtsstaat moet ook de overheid zich aan de wet houden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De rechtsstaat


Een rechtsstaat is een land waarin de burgers door grondrechten beschermd worden tegen de macht van de staat.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil Grondwet en Grondrechten
Grondwet: is de basis van de rechtsstaat en kan niet zomaar veranderd worden. De Grondwet legt de grondrechten van burgers vast. Ook staan in de wet regels voor de inrichting van de Nederlandse staat.

Grondrechten: In hoofdstuk 1 van de Grondwet staan de grondrechten. Dit zijn rechten die burgers de vrijheid geven om zonder bemoeienis van de overheid te leven. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Wat zijn grondrechten?
We kunnen best zonder
grondrechten leven.
Ja
Nee

Slide 8 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn voor jou kenmerken van een 'democratische rechtsstaat'?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van een democratische rechtsstaat
  • De scheiding der machten
  • Grondrechten
  • Onafhankelijke rechtspraak (onpartijdig)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van een democratische rechtsstaat
  • Er is een volksvertegenwoordiging;
  • Er zijn vrije, eerlijke en geheime verkiezingen;
  • Er is sprake van machtenscheiding;
  • Er wordt gestreefd naar politieke gelijkheid voor iedereen;
  • Er is een grondwet;
  • De vrijheid van burgers wordt beschermd;
  • Er is een maatschappelijk middenveld;
  • Er zijn vrije media.
Begrip: Geen absolute vrijheid
De verschillende vrijheden en rechten zijn niet absoluut: Een burger kan niet zomaar alles doen waar hij/zij zin in heeft. Er bestaat bijvoorbeeld vrijheid van godsdienst, maar er is een grens aan die vrijheid. Bijvoorbeeld als je op die manier de openbare orde verstoort.

Als je vindt dat een van jouw grondrechten is geschonden, kun je als burger naar de rechter gaan.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke 13 grondrechten kun je vinden?

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 1: welke 13 grondrechten kun je hierin terug vinden?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grondrechten
1: Gelijke behande­ling en discriminatie­verbod
2: Nederlander­schap; vreemdeling; uitlevering; recht tot verlaten van land
3: Gelijke benoembaar­heid
4: Kiesrecht
5: Petitierecht
6: Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging
7: Vrijheid van meningsuiting; censuurverbod
8: Vrijheid van vereniging
9: Vrijheid van vergadering en betoging
10: Privacy
11: Onaantastbaar­heid lichaam
12: Huisrecht
13: Briefgeheim
14: Onteigening
15: Vrijheidsontne­ming
16: Geen straf zonder wet; Nulla poena-beginsel
17: Ius de non evocando; Wettelijke toekenning rechter
18: Rechtsbijstand
19: Werkgelegenheid; rechtspositie werknemers; arbeid
20: Bestaanszeker­heid; welvaart; sociale zekerheid
21: Milieu
22: Volksgezond­heid; woonge­le­gen­heid; ontplooiing
23: Het openbaar en bijzonder onderwijs
1: Gelijke behande­ling en discriminatie­verbod
2: Nederlander­schap; vreemdeling; uitlevering; recht tot verlaten van land
3: Gelijke benoembaar­heid
4: Kiesrecht
5: Petitierecht
6: Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging
7: Vrijheid van meningsuiting; censuurverbod
8: Vrijheid van vereniging
9: Vrijheid van vergadering en betoging
10: Privacy
11: Onaantastbaar­heid lichaam
12: Huisrecht
13: Briefgeheim
14: Onteigening
15: Vrijheidsontne­ming
16: Geen straf zonder wet; Nulla poena-beginsel
17: Ius de non evocando; Wettelijke toekenning rechter
18: Rechtsbijstand
19: Werkgelegenheid; rechtspositie werknemers; arbeid
20: Bestaanszeker­heid; welvaart; sociale zekerheid
21: Milieu
22: Volksgezond­heid; woonge­le­gen­heid; ontplooiing
23: Het openbaar en bijzonder onderwijs
Grondrechten

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrip: Kinderrechten
Verenigde Naties: De 'Universele verklaring van de rechten van het kind' stelt dat ieder kind er recht op heeft: te zeggen wat het denkt of voelt (recht op een eigen mening) een eigen geloof te belijden (recht op een eigen geloof) te spelen en niet te werken (recht op spel en ontspanning, recht op bescherming tegen kinderarbeid

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2: Lees de stellingen. Beredeneer per stelling of het wel of niet in de Grondwet staat en waarom.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie/reflectie
Nu:
  • kun je uitleggen wat een rechtsstaat, grondrechten en de Nederlandse Grondwet inhouden;
  • kun je enkele grondrechten uit de Grondwet noemen.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies