Het transportbedrijf dat in opdracht van de boer de melk naar de melkfabriek vervoert behoort tot de bedrijfskolom.
A
Juist
B
Fout
Slide 13 - Quizvraag
Wat hoort niet thuis in de bedrijfskolom?
A
graanboer
B
meelfabriek
C
bakker
D
consument
Slide 14 - Quizvraag
Primaire
sector
Secundaire
sector
Tertiaire
sector
Quartaire
sector
Slide 15 - Sleepvraag
McDonald's is gevestigd aan de autosnelweg. Welke P van de marketingmix passen ze toe?
A
Product
B
Plaats
C
Prijs
D
Promotie
Slide 16 - Quizvraag
Marketing
Marketingmix
Doelgroep
Bestaat uit de 6 P’s.
Een afgebakende groep personen waar een product zich op richt
Onderzoek doen naar de behoeften van mensen en op basis van hun behoeften een strategie ontwikkelen om nieuwe klanten aan te trekken en bestaande klanten te behouden.
Slide 17 - Sleepvraag
KOSTEN
OPBRENSTEN
Het geld dat je moet betalen voor het gebruik van een goed of dienst om iets te produceren of te verkopen.
Het geld dat je ontvangt voor de verkoop van goederen of de levering van diensten.
Slide 18 - Sleepvraag
Wat is omzet?
A
Het bedrag dat je over hebt
B
Je totale verkoop
C
Je winst
D
Wat je inkoopt
Slide 19 - Quizvraag
Wat is 'het resultaat' van een onderneming?
A
in het resultaat zie je of een bedrijf winst of verlies heeft gemaakt
B
in het resultaat zie je wat de kosten waren voor het bedrijf
C
in het resultaat zie je wat de opbrengsten waren voor het bedrijf
D
alles hierboven
Slide 20 - Quizvraag
Welke bouwsteen van het BMC hoort bij deze onderzoeksvraag? "Welke goederen en diensten behoren tot het kernassortiment?"
A
klantensegmenten
B
kernactiviteiten
C
inkomstenstromen
D
kostenstructuur
Slide 21 - Quizvraag
Tot welke sector behoort: de dienstverlening die niet tot doel heeft winst te maken.
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector
Slide 22 - Quizvraag
Verbind de blauwe termen met de juiste P
Plaats
Prijs
product
promotie
reclame
grote doelgroep
winstmarge
assortiment
korting
markt
Slide 23 - Sleepvraag
Welke winkelvorm past bij de winkel?
A
m-commerce
B
speciaalzaak
C
outletstore
D
e-commerce
Slide 24 - Quizvraag
Op de foto zie je de volgende winkelvorm:
A
outletstore
B
speciaalzaak
C
m-commerce
D
hypermarkt
Slide 25 - Quizvraag
Op de foto zie je de volgende winkelvorm:
A
outletstore
B
speciaalzaak
C
m-commerce
D
hypermarkt
Slide 26 - Quizvraag
Wat is logistiek?
A
Logistiek is het organiseren, plannen, besturen en uitvoeren van de goederenstroom, en de wetenschap hierover.
B
Logistiek is het geheel van technieken die verkopers gebruiken in het verkoopgesprek.
C
Logistiek is een synoniem voor de bedrijfskolom.
D
Logistiek omvat alle documenten van het verkoopproces.
Slide 27 - Quizvraag
Een logistiek bedrijf die aankoopt bij verschillende leveranciers en verkoopt aan kleinhandelaars, is een?
A
groothandel
B
distributiecentrum
Slide 28 - Quizvraag
We krijgen een factuur omdat de leverancier wil dat we de goederen betalen.
A
Juist
B
fout
Slide 29 - Quizvraag
De klant stuurt mij een bestelling. Ik heb de bestelling goed ontvangen en stuur een ... terug.
A
Offerte
B
Pakbon
C
Factuur
D
Orderbevestiging
Slide 30 - Quizvraag
Ik stuur het pakket op naar de klant. In de doos zit een lijst met alle artikelen in de doos. Dit document is een ...
A
Offerte
B
Pakbon
C
Factuur
D
Orderbevestiging
Slide 31 - Quizvraag
In dit document ga ik de klant informeren over de prijs van het product. Ik hoop dat ze bestellen!
A
Offerte
B
Pakbon
C
Factuur
D
Orderbevestiging
Slide 32 - Quizvraag
Met welk(e) document(en) moet je de factuur vergelijken?
A
De leveringsbon
B
De offerte
C
De bestelbon
D
De vrachtbrief
Slide 33 - Quizvraag
Als je zelf een bestelling doet online dan krijg je 1 document niet. Welke?
A
Offerte
B
Pakbon
C
Factuur
D
Orderbevestiging
Slide 34 - Quizvraag
Wat is de vervaldag op een factuur?
A
Een factuur heeft geen vervaldag
B
Dit is de dag waarop je de factuur meg weggooien.
C
Dit is de dag waarvoor je moet betalen.
D
Dit is de dag waarop factuur werd gemaakt.
Slide 35 - Quizvraag
Thema 3
De overheid en de samenleving
Slide 36 - Tekstslide
De privacywet beschermt de persoonlijke gegevens die een bedrijf of instelling over jou verzamelt.
A
juist
B
fout
Slide 37 - Quizvraag
De privacywet zorgt ervoor dat je altijd toestemming moet geven wanneer een bedrijf je persoonlijke gegevens wil gebruiken.
A
juist
B
fout
Slide 38 - Quizvraag
Verbind de bestuursniveaus met de juiste vlag
Steden en gemeenten
Vlaanderen
België
Slide 39 - Sleepvraag
Zijn de blauwe onderdelen inkomsten of uitgaven voor de overheid?
Inkomsten
Uitgaven
BTW
Groeipakket
Personenbelasting
Accijnzen
Terugbetaling medicijnen
Lonen politieagenten
Verkeersbelasting
Wegenwerken
Slide 40 - Sleepvraag
Sociale zekerheid is gebaseerd op solidariteit. Wat betekent dit?
A
Werkgevers betalen
B
Iedereen draagt zijn steentje bij
C
De overheid betaalt
D
Werknemers betalen
Slide 41 - Quizvraag
Belasting die de overheid heft op goederen zoals alcohol, tabak, frisdrank, brandstof...
A
btw
B
personenbelasting
C
accijnzen
D
verkeersbelasting
Slide 42 - Quizvraag
Belasting die de overheid heft op je inkomen.
A
btw
B
personenbelasting
C
accijnzen
D
verkeersbelasting
Slide 43 - Quizvraag
Noteer nog enkele tips om je persoonlijke gegevens op het internet te beschermen.