2.2 Plein M



P
lein M | 2.2 Stromingen in de samenleving
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les



P
lein M | 2.2 Stromingen in de samenleving

Slide 1 - Tekstslide

In deze lessen:

  • Uitbreiding van het kiesrecht
  • Openbaar onderwijs
  • Strijd voor het onderwijs
  • Stromingen
  • Aletta Jacobs
  • Opdracht

Slide 2 - Tekstslide

Uitbreiding van het kiesrecht
  • 1815, alleen rijke mannen stemmen
  •  Veel kritiek en onvrede 
  • 1917, algemeen mannenkiesrecht
  • 1917, passief kiesrecht voor vrouwen
  • 1919, algemeen kiesrecht (iedereen actief en passief!)
  • Ontstaan Parlementaire Democratie
Actief kiesrecht = stemmen 
Passief kiesrecht = verkiesbaar stellen

Slide 3 - Tekstslide

Onderwijs werd verplicht
  • 19e eeuw, kinderarbeid!
  • Wet die dat veranderde? Kinderwetje van.......
  •  Leerplichtwet 1900



Slide 4 - Tekstslide

Nederland werd pas echt een parlementaire democratie door de invoering van het algemeen vrouwenkiesrecht in 1919.

Slide 5 - Tekstslide

De Nederlandse democratie
Nederland is...
- Parlementaire(parlement 1e en 2e kamer) = volksvertegenwoordigers
- Democratie = Burgers besturen zichzelf
Dus: Burgers besturen zichzelf via de volksvertegenwoordigers
Maar ook...
- Constitutionele = Macht wordt beperkt door de grondwet.
- Monarchie = Koning is staatshoofd

Slide 6 - Tekstslide

Politieke stromingen
Stroming
Uitleg
Socialisme
Zij vinden dat de overheid op moet komen voor de zwakkeren in de samenleving, grote rol overheid
Confessionelen
Zij vinden geloof en de normen en waarden die daarbij horen belangrijk. Rol overheid indien nodig
Liberalisme
Zij vinden vooral vrijheid belangrijk. De overheid moet niet te veel regelen.  Kleine rol overheid

Slide 7 - Tekstslide

Lezen
blz 60 en blz 61

Basis: blz 54 en 55

Maken: opdrachten 3-4-5

Slide 8 - Tekstslide

"Hoe helpt onderwijs bij de emancipatie van arme mensen?"
Emancipatie > betekent gelijkheid

Slide 9 - Tekstslide

Lezen!
Bladzijde 61: Strijd voor gelijkheid


Maken:

Opdracht 5-6-7
timer
8:00

Slide 10 - Tekstslide

Strijd over het  onderwijs
  • Gelovigen wilden ook hun eigen scholen
  • Confessionelen: gelovige
  • Maar kregen geen geld van de overheid 
  • Richtten politieke partijen op
  • 1917, onderwijswet: Iedere school kreeg geld van de overheid, als ze zich aan de regels hielden, er was wel controle.
  • Overheid betaald nu ook de bijzondere scholen, ook dalton, vrije school etc.

Slide 11 - Tekstslide

Politieke partijen
Politieke partij
Afkorting
Stroming
Partij  van de Arbeid, Socialistische partij
PVDA- SP
Socialisme
Christen Democratisch Appel, Staatkundig gereformeerde partij
CDA-SGP
Confessionalisme
Volkspartij voor Vrijheid en Democratie, Democraten 66
VVD-D66
Liberalisme

Slide 12 - Tekstslide

Maken
Opdrachten 8

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht!
Ik deel nu een opdracht uit, jullie hebben hier 15 minuten de tijd voor.
timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide

5 politieke stromingen
Liberalisme > Vrijheid-Verantwoordelijkheid
Communisme > Revolutie, volk in opstand, dan gelijk
Socialisme > Voor elkaar zorgen, ook voor zwakkere
Conservatisme > Alles zo houden als het is, houden niet van verandering als dan langzaam.
Confessionalisme > Geloof belangrijkste, leven naar deze normen en waarden

Slide 15 - Tekstslide

Rol voor de overheid?
Liberalisme > Klein!
Communisme > Groot!
Socialisme > Groot!
Conservatisme > Klein, overheid niet te veel bemoeien
Confessionalisme > Alleen als het niet kan worden opgelost in gemeenschap van het geloof

Slide 16 - Tekstslide

Abraham Kuyper
Hij richtte de ARP op een Christelijke politieke partij.
Dit was dus een confessionele partij > geloof!
Zo kreeg hij het voor elkaar dat er subsidie kwam voor Christelijke scholen, hij ruilde dit recht met de liberalen die graag kiesrecht voor vrouwen wilden. 

Slide 17 - Tekstslide

Stromingen

  • Liberalisme :Meer vrijheid voor burgers, eigen verantwoordelijkheid > minder overheid


  • Confessionalisme: Geloof centraal, waarden kerk. Meer gemeenschap > overheid in nood
  • Socialisme: Komen op voor zwakkere in de samenleving > meer overheid


Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Links en rechts

Slide 20 - Tekstslide

Volksvertegenwoordiging, vertegenwoordigen het volk.
  • Hoe? Door te stemmen kiezen wij de volksvertegenwoordiging > tweede kamer!
  • Gemeenteraad.
  • Provinciale Staten
  • Europees Parlement

Slide 21 - Tekstslide

Algemeen kiesrecht
Voor 1919 mochten alleen mannen in Nederland stemmen. Onder leiding van Aletta Jacobs hebben vrouwen hier jarenlang tegen gedemonstreerd. In 1919 kregen vrouwen ook het recht om te stemmen (algemeen kiesrecht).
Algemeen kiesrecht = passief EN actief kiesrecht!

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Kiesrecht
Nederland kent kiesrecht voor iedereen: 
  • Vanaf 1919
  • Actief: Stemmen
  • Passief: Verkiesbaar stellen

Slide 24 - Tekstslide

Kandidaat
  • Lid van een politieke partij.
  • Iemand op wie je kunt stemmen. 
Stel je je verkiesbaar: passief kiesrecht
Ga je naar de stembus: actief kiesrecht

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht voor cijfer!
Oprichten politieke partij
Stap 1:  Bekijk op internet het partijprogramma van een aantal partijen:  VVD-SP-CDA-PVV-PVDA/GL: GOOGLE! 
- Je bedenkt welke standpunten jij belangrijk vindt en kunt een passende naam en slogan hierbij bedenken. Je kan het bijna nooit eens zijn met alle standpunten van een partij, dus zoek tussen verschillende partijen.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Link

Dus wat ga je doen?
Je maakt een poster of een PowerPoint
  • Naam vd Partij
  • Slogan: pakkende zin! Bijvoorbeeld: Samen sterk!

  • Logo
  • Standpunten ( wat vind jij belangrijk) minimaal 5.
  • Bij welke stroming hoort jouw partij? Liberalisme-Confessionalisme-Socialisme? Vrijheid of juist elkaar helpen?
  • Welk onderwerp is voor jouw partij het belangrijkste, dit moet ik terug kunnen zien in naam of logo.

Slide 28 - Tekstslide

Voorbeelden onderwerpen standpunten
* Milieu
* Woningnood
* Gezondheidszorg
* Openbaar vervoer
* Vluchtelingen
* Defensie ( leger)
* Onderwijs
Kies er hier 5 van en bedenk het standpunt van je nieuwe partij op deze onderwerpen!
Vrijheid en eigen verantwoordelijkheid of elkaar juist helpen?

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Link

Socialisten
Kwamen op voor de rechten van arbeiders.
PVDA > Socialistische partij!
Partij van de arbeid

Slide 31 - Tekstslide

Communisten
Ongelijkheid verandert alleen met een revolutie.
Wat was dat ook als weer een revolutie?

Slide 32 - Tekstslide

Conservatieven
Macht bij koning en adel, het moet zo blijven zoals het is Conservatieven houden niet van verandering. 

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Link

Huiswerk
Opdrachten: 9
En de herhaling. 



Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Link