Introductie nieuwsbericht

Vak: Nederlands
Schrijfvaardigheid: Nieuwsbericht 
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Terugblik
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vak: Nederlands
Schrijfvaardigheid: Nieuwsbericht 
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Terugblik
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

Welkom!
Telefoon in de bak.
Neem plaats.
Jas uit.
Op tafel: Werkboek Nederlands of laptop en schrift dicht 
Tas op de grond.
Geen eten of drinken
Presentie!
timer
2:00

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel(en)
- Je weet wat een nieuwsbericht is en wat een nieuwsbericht inhoud
- Je weet wat de regels zijn voor het schrijven van een nieuwsbericht

Slide 3 - Tekstslide

8 januari 2025
Wat: Par. 2.4 
Wanneer: 09:20-10:10
Hoe: Gezamelijk/ zelfstandig werken
Klaar:Par. 2.4 opdrachten oefenen
HW: Par. 2.4 opdrachten oefenen
Lesdoel: Zie vorige slide!
Taaldoel: Nieuwsbericht

Slide 4 - Tekstslide

Terugblik 
- Titel
- Tekstopbouw
- Tekstdoel
- Hoofd- en bijzaken (bijvoorbeeld een kernzin)
- Alinea's


Slide 5 - Tekstslide

Belangrijke zaken bij het schrijven van een niewsbericht

- Titel
- Tekstopbouw
- Tekstdoel
- Hoofd- en bijzaken
- Alinea's

Slide 6 - Tekstslide

Nieuwsbericht 

Slide 7 - Tekstslide

NIEUWSBERICHT
Een nieuwsbericht geeft de lezer informatie over een speciale gebeurtenis.

Slide 8 - Tekstslide

Waar vind je de nieuwsberichten die je leest?

Slide 9 - Woordweb

Regels voor het schrijven van een nieuwsbericht:
regel
uitleg of voorbeeld

Bedenk een titel voor je nieuwsbericht

Heidebrand op de Veluwe

Slide 10 - Tekstslide

Regels voor het schrijven van een nieuwsbericht:
regel
uitleg of voorbeeld

Houd het bericht kort.


maximaal 25 regels

Schrijf over één onderwerp.


Actie voor de voedselbank

Slide 11 - Tekstslide

Regels voor het schrijven van een nieuwsbericht:
regel
uitleg of voorbeeld

Geef antwoord op de 5W1H-vragen.

Wie?             
Wat?             
Waar?           
Wanneer?     
Waarom?      
Hoe?             

Slide 12 - Tekstslide

Regels voor het schrijven van een nieuwsbericht:
regel
uitleg of voorbeeld

Schrijf de belangrijkste feiten in de inleiding.

Er waren 35 brandweermannen om de brand te blussen.

Slide 13 - Tekstslide

Regels voor het schrijven van een nieuwsbericht:
regel
uitleg of voorbeeld

Schrijf alleen feiten en dus niet je eigen mening.


Dus niet: Er waren te weinig brandweermannen om de brand te blussen (mening)

Maar: Er waren 35 brandweermannen om de brand te blussen. (feit)

Slide 14 - Tekstslide

Waaraan kun je zien dat dit een nieuwsbericht is?

Slide 15 - Tekstslide

Mogelijke antwoorden op de vraag
  • Het is een kort bericht.
  • De tekst gaat over één onderwerp.
  • De belangrijkste feiten staan in de (vetgedrukte) inleiding.
  • Er staan alleen feiten.

Slide 16 - Tekstslide

Kortom: Nieuwsbericht
  • Titel: Grote kop
  • Het is verdeeld in alinea's
  • Inleiding, middenstuk soms een slot
  • Het bevat feiten en niet je eigen mening
  • Er wordt antwoord gegeven op de 5W+1H vraag

Slide 17 - Tekstslide

Lestaak
timer
5:00

Slide 18 - Tekstslide

Lezen!
timer
15:00

Slide 19 - Tekstslide

Juist of onjuist?

Maak het bericht zo lang mogelijk.
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Wat is NIET een kenmerk van een nieuwsbericht:
A
Een opvallende inleiding
B
De tekst is verdeeld in kolommen
C
Bovenaan staat vaak de naam van de verslaggever/schrijver
D
Een nieuwsbericht bevat meningen

Slide 21 - Quizvraag

Het doel van de titel bij een nieuwsbericht is:
A
Om de aandacht te trekken
B
Het heeft geen doel, het hoort zo.

Slide 22 - Quizvraag

Staan er meningen in een nieuwsbericht?
A
ja, want de schrijver heeft ook een mening.
B
soms, als een deelnemer een mening geeft.
C
nee, nooit
D
alleen als reactie op een 'vreemde' uitspraak

Slide 23 - Quizvraag

Juist of onjuist?

Je schrijft over één onderwerp.
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Vooruitblik
Thuistaak: Par. 2.4 opdracht 4+8

Slide 25 - Tekstslide