Nieuwsbegrip week 10

Strategie 

Vragen stellen


1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Strategie 

Vragen stellen


Slide 1 - Tekstslide

Wat betekent het woord:
de traditie

Slide 2 - Open vraag

Wat betekent het woord:
de voorbereiding
A
vooraf doen wat nodig is
B
eten bereiden
C
een voertuig besturen
D
iets voor iemand over hebben

Slide 3 - Quizvraag

herkomst
iemand die tot de rooms-katholieke kerk behoort.
geven
weinig of niets eten en drinken
voornamelijk
overhandigen
van oorsprong
met name
katholiek
vasten

Slide 4 - Sleepvraag

Wat betekent het woord:
uitbundig
A
een stuk grond
B
overmatig
C
het vel er af halen
D
een bundel

Slide 5 - Quizvraag

Wat betekent het woord:
het kostuum
A
overgeven
B
iets wat veel kost
C
stel kleren

Slide 6 - Quizvraag

het gaat om..
vastpakken en optillen
(feestelijk) aankleden
op twee manieren uit te leggen
zeker
zich uitdossen
het draait om..
beslist
oppakken
dubbelzinnig

Slide 7 - Sleepvraag

Wat betekent het woord:
de klassieker
A
een klas
B
een groep
C
uit vroeger tijden stammend

Slide 8 - Quizvraag

Waar gaat de tekst over?

Slide 9 - Open vraag

Wat zie je?

Slide 10 - Tekstslide

Carnaval

Slide 11 - Woordweb

Niveau A en B:
Maken opdracht 1, 2 en 3.

Vragen stellen:
Beginnen met vraagwoord!!! (wie/wat/waar/wanneer/hoe)



Slide 12 - Tekstslide