Les 7

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Jeudi 21 septembre
              Le programme pour aujourd’hui :

- Je kunt begrijpen hoe laat het is;
- Je kunt het weer beschrijven;
- Je begrijpt hoe de passé composé / voltooide tijd te maken.

Slide 3 - Tekstslide

Ferme le livre...
et ouvre l'IPad !
Tu vas sur LessonUp. Ecris le code.

Slide 4 - Tekstslide

Combineer de klokken met de kloktijden
Il est une heure
Il est une heure et quart
Il est deux heures moins le quart
Il est une heure et demie

Slide 5 - Sleepvraag

le soleil brille
il y a des nuages
il fait beau 
il y a du brouillard
il y a du vent

Slide 6 - Sleepvraag

Il fait quel temps ? Ecris en français.

Slide 7 - Open vraag


Il fait quel temps ? Ecris en français.

Slide 8 - Open vraag

Il est quelle heure ?

Slide 9 - Open vraag

Il est quelle heure ?

Slide 10 - Open vraag

Il est quelle heure ?

Slide 11 - Open vraag

Au péage, tu ... :
A
fais du vélo
B
prends un train
C
prends un ticket
D
changes de gare

Slide 12 - Quizvraag

de snelweg
A
une auto
B
une autoroute
C
la autoroute
D
l'autoroute

Slide 13 - Quizvraag

Miles et ses amis .... contents.
A
sommes
B
avons
C
sont
D
ont

Slide 14 - Quizvraag

Ze hebben gesproken
A
elle a parler
B
ils ont parlé
C
ils sont parler
D
ils sont parlé

Slide 15 - Quizvraag

Ferme l'IPad...
et écoute très bien.

C'est la grammaire du SO U1 :

Slide 16 - Tekstslide

Passé composé / voltooide tijd 
  • Wat is de passé composé/ voltooide tijd in het Nederlands? 
  • Ik heb gedanst.
  • Je hebt gesproken.
  • Wij hebben gekocht.
  • = 2 elementen!!

Slide 17 - Tekstslide



Passé Composé



=
Voltooide tijd 
        
          J'ai dansé Ik heb gedanst 

Slide 18 - Tekstslide

Passé composé
Pers.vnw
Hulp.ww
Volt.dw
J' (ik)
ai
dansé
Tu (jij)
as
dansé
Il/elle/on (hij/zij/wij)
a
dansé
nous (wij)
avons
dansé
Vous (jullie/u)
avez
dansé
Ils/elles (zij)
ont
dansé
Ik heb gedanst.
Verleden tijd: passé composé 
Passé composé du verbe "danser"

Slide 19 - Tekstslide

Et tout le monde parle !
Le verbe " danser".

Aujourd'hui (vandaag), je danse.
Hier (gisteren), j'ai dansé.

etc .

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Lesdoelen behaald?
- Je kunt een tekst over reizen begrijpen;
- Je kunt begrijpen hoe laat het is;
- Je kunt het weer beschrijven;
- Je begrijpt hoe de passé composé / voltooide tijd te maken.

Slide 22 - Tekstslide

Lesdoelen behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll