5.1: Leenheren en Leenmannen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

H5: Monniken en Ridders

5.1: Leenheren en leenmannen

Dit heb je nodig:

• Je boeken.
  
• Je schrift
• Je iPad
• Pen en markeerstiften

Deze les:

• Oefenopdracht
• De Grote Karel de Grote Quiz
  
• Uitleg leerdoelendocument
• start paragraaf 5.1
• uitleg: Het Feodalisme
• aan de slag met het maken van opdrachten en uitwerken van leerdoel 1 en 2

Aan het einde van deze les:

... weet je met welke leerdoelen, begrippen en gebeurtenissen we dit hoofdstuk gaan werken.

... weet je hoe je het leerdoelendocument moet gebruiken.

... kun je beschrijven hoe het Frankische rijk ontstond en zich uitbreidde.

... weet je hoe Karel de Grote zijn rijk bestuurde

... Kun je uitleggen hoe de manier van besturen door middel van het feodalisme werkt.

... Kun je uitleggen wat de begrippen: leenman, leenheer en feodalisme betekenen.

Karel de Grote heerste van 768 tot 814 over het Frankische rijk. Zowel Duitsers als Fransen laten hun nationale geschiedenis bij hem beginnen. Bedenk waarom dat zo is.

De Grote Karel de Grote Quiz

Kahoot.it

alleen je naam +1 smiley.

Uitleg leerdoelendocument:

• Document staat in SOM bij lesstof van deze les.
• Opslaan in je OneDrive
• Elke les leerdoelen en begrippen uitwerken.
• Waarom? Zo heb je een goed overzicht voor de toets en kun je laten zien wat je al kan.
• Einde van het hoofdstuk inleveren in Teams (geen cijfer) 

5.1: Leenheren en leenmannen

1.  Je kunt beschrijven hoe het Frankische rijk ontstond en zich uitbreidde.
2. Je kunt uitleggen hoe Karel de Grote zijn rijk bestuurde.
3. Je kunt uitleggen wie de Vikingen waren en hoe Europa met ze te maken kreeg.
4. Je kunt uitleggen hoe edelen zorgden voor veiligheid in hun gebied.

Begrippen: Middeleeuwen, leenheer, leenman & feodalisme.

Het Frankische rijk:

• Vanaf de 3e eeuw kwamen Germaanse stammen regelmatig via de Rijn het Romeinse rijk binnen.
• De Franken deden daar ook aan mee.
• Van de Romeinen mochten de Franken in Zuid- Nederland en België gaan wonen.
• De Franken moesten helpen met de verdediging van de Limes.

Leerdoel 1:

Het Frankische rijk

• In de 5e eeuw groeit het Frankische rijk uit tot een zelfstandig koninkrijk.
• Frankische koningen breiden daarna het rijk steeds verder uit. 

Leerdoel 1:

Het Frankische rijk:

• 768: Karel de Grote aan de macht als koning van het Frankische rijk.
• Maakt het rijk nog groter.
• 30 jaar oorlog met de Saksen.
• Paus ziet Karel als opvolger van de Romeinse keizers en kroont hem tot keizer in 800. 

Leerdoel 1:

Te groot om alleen te besturen:

Oorzaken:

• Romeinse wegen grotendeels onbegaanbaar.
• Van Romeinse steden is weinig meer over
• uitgestrekte vlakten en ondoordringbare bossen waar niemand meer woonde.

Leerdoel 2:

Oplossing: Het Feodalisme

• leenheer: vorst of hoge edelman die een gebied laat besturen door een leenman.
• leenman: (vazal) edelman die een gebied bestuurt in opdracht van een leenheer.
• Feodalisme: bestuurssysteem waarbij een leenheer grond in leen geeft aan een leenman in ruil voor bepaalde diensten.

Leerdoel 2:

Het feodalisme

Leerdoel 2:

Aan de slag:

• Lezen en markeren: 5.1 tekst: Het Frankische rijk & Bestuur
• Maken uit je werkboek 5.1 opdracht 1 en 3.
• Uitwerken leerdoel 1 en 2 in je leerdoelendocument.
• Lezen en markeren: 5.1 tekst: Politieke verdeeldheid.
• Leg uit waarom na de dood van Karel de Grote het feodalisme niet meer zo goed werkte.

Controle lesdoelen:

Aan het einde van deze les:

... weet je met welke leerdoelen, begrippen en gebeurtenissen we dit hoofdstuk gaan werken.

... weet je hoe je het leerdoelendocument moet gebruiken.

... kun je beschrijven hoe het Frankische rijk ontstond en zich uitbreidde.

... weet je hoe Karel de Grote zijn rijk bestuurde

... Kun je uitleggen hoe de manier van besturen door middel van het feodalisme werkt.

... Kun je uitleggen wat de begrippen: leenman, leenheer en feodalisme betekenen.