Les cartes SMOES
Comment décrire au mieux un mot (p.e. un objet, une personne, un métier, un animal, un jeu, un verbe, une plante, un lieu etc.), quand on ne connaît pas le mot en français?
Beschrijf zoveel mogelijk aspecten van het woord:
- de vorm: carré, rond(e), petit(e), grand(e) etc. - het materiaal (en bois, en tissu, en plastique, en métal etc), de functie (bij een voorwerp: ça sert à, c'est pour..)
- het uiterlijk, wat doet hij/zij (bij een persoon: il/elle fait, travaille, parle etc.)
- het tegenovergestelde (ce n'est PAS ...., mais.... )
- waar lijkt het op (cela ressemble à....., c'est comme....)
Laten we nog even oefenen: