Deviant op weg naar 1F thema 5, hfdst. 1, moeilijke woorden
1 / 23
Lesduur is: 90 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Wat hoort bij deze betekenis?
"De momenten van de dag dat het heel druk is in het verkeer."
"De momenten van de dag dat het heel druk is in het verkeer."
A
Het vervoersmiddel
B
Het rijbewijs
C
Het verkeer
D
De spits
Slide 5 - Quizvraag
Wat hoort bij deze betekenis?
"Iemand die een wagen bestuurt, bijvoorbeeld een auto of bus."
"Iemand die een wagen bestuurt, bijvoorbeeld een auto of bus."
A
De passagier
B
De chauffeur
C
De boete
D
De conducteur
Slide 6 - Quizvraag
Wat betekent het woord:
"dienstregeling"
"dienstregeling"
Slide 7 - Open vraag
Wat betekent het woord:
"abonnement"
"abonnement"
Slide 8 - Open vraag
Het ongeluk
De machinist
De file
Het openbaar vervoer
Het verkeer
Slide 9 - Sleepvraag
Het bewijs dat je betaald hebt om regelmatig ergens gebruik van te maken.
De vaste tijd waarop treinen, trams of bussen rijden.
Als je door omstandigheden later aankomt dan normaal.
De momenten van de dag dat het heel druk is in het verkeer.
Iets (een middel) waarmee je je verplaatst.
Het abonnement
De dienstregeling
De vertraging
De spits
Het vervoermiddel
Slide 10 - Sleepvraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Welke dingen zie je
die te maken hebben
met vervoer?
Schrijf de woorden op.
Gebruik het juiste lidwoord.
die te maken hebben
met vervoer?
Schrijf de woorden op.
Gebruik het juiste lidwoord.
Slide 13 - Woordweb
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Het loopt op rolletjes
Slide 18 - Open vraag
In hetzelfde schuitje zitten
Slide 19 - Open vraag
Welk spreekwoord hoort bij:
"nergens te vinden zijn"
"nergens te vinden zijn"
Slide 20 - Open vraag
Welk spreekwoord hoort bij:
"als iemand het gevoel heeft dat hij te veel is."
"als iemand het gevoel heeft dat hij te veel is."
