Semaine 4 - Le passé composé avec être - ATL

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Quels verbes utilisent "etre" au passé  composé ?
2. Recherchez sur Internet
3. Ecrivez les verbes dans la diapo suivante 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quels verbes utilisent être au passé composé ?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Règle (Rule)
En général, les verbes utilisent "avoir" au passé composé.

Il y a 15 verbes utilisent "être" au passé composé. Tu dois mémoriser la liste! Pas d'option!

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Observez la conjugaison du verbe aller.
Do you notice something unusual?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In the past tense, verbs using etre must have the subject and past participle agree in both gender and number .
Ex: Je suis allée (extra e for feminine)
Ils sont allés (extra s for plural)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ecrivez 6 phrases au passé composé avec :
- 6 pronoms différents (je, tu, il, …)
- 6 verbes différents qui utilisent être
Keep it simple : Use only ER verbs or these two verbs: partir, sortir

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Let’s combine with the ATL skill “Understand and use different sensory learning preferences”

Watch the video and answer the question in the next slide

Slide 11 - Tekstslide

Ask students to answer slides 11-22 
Pour quel type d'élèves c'est utile ?
A
visual
B
auditory
C
tactile

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pour quel type d'élèves c'est utile ?
A
visual
B
auditory
C
tactile

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pour quel type d'élèves c'est utile ?
A
visual
B
auditory
C
tactile

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Pour quel type d'élèves c'est utile ?
A
visual
B
auditory
C
tactile

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pour quel type d'élèves c'est utile ?
A
visual
B
auditory
C
tactile

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pour quel type d'élèves c'est utile ?
A
visual
B
auditory
C
tactile

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ecrivez les réponses en phrases complètes:
1. Je ______ (sortir) avec Emeline et

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


2. Nous ________ (aller) à Montmartre

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


3. Vous ________ (arriver) là-bas à quelle heure?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


4. Nous ________ (arriver) vers deux heures

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


5. Vous ________ (monter) par le funiculaire?

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


6. Nous ________ (monter) par l'escalier

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


7. Puis Emeline ________ (rester) sur la terrasse

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


8. Moi, je _______ (entrer) dans l'église

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


9. Et vous _______ (partir) à quelle heure?

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


10. Nous _______ (partir) à quatre heures et demie

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


12. Nous _______ (aller) au café

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


12. Nous _______ (rester) là-bas jusqu'à six heures

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


13. Puis nous _______ (rentrer) en métro

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies