havo 1 Tekst en afbeeldingen

Vandaag
- Opmerkingen
- Theorie tekst en afbeelding en herhaling
- Stof oefenen


1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vandaag
- Opmerkingen
- Theorie tekst en afbeelding en herhaling
- Stof oefenen


Slide 1 - Tekstslide

Opmerkingen
- Wat wil de vraag van mij
- Leg je antwoord uit
- Neem de tijd en lees goed
 - Geen opdrachten overslaan
- Kijk je werk serieus na
- Blijf boeken lezen

Slide 2 - Tekstslide

Leesstrategie

Oriënterend


Globaal

Zoekend
Doel

Onderwerp bepalen/ is de tekst bruikbaar

Hoofdpunten uit de tekst

Bruikbare informatie

Slide 3 - Tekstslide

Lees onderstaande leessituaties. Welke leesstrategie pas je toe?
Situatie 1: 
Om 07.00 uur valt de krant door de brievenbus. Voordat je naar school gaat, wil je snel weten wat het belangrijkste nieuws is. 
Situatie 2: 
Voor biologie moet je een werkstuk maken over klimaatverandering. Je hebt op een internet een tekst gevonden over het klimaat. Je wilt weten of je de tekst kunt gebruiken.
Situatie 3: 
Je hebt morgen een toets over politieke besluitvormingen. Je leest de tekst in je boek maatschappijleer.
Situatie 4:
Je wilt een pretpark bezoeken en bent benieuwd naar de prijzen. Je bezoek de website van het pretpark.
Orienterend lezen
Globaal lezen
Precies lezen
Zoekend lezen
Kritisch lezen

Slide 4 - Sleepvraag

Theorie: tekst en afbeeldingen
Twee doelen voor afbeeldingen:
- extra informatie
- aantrekkelijker

Slide 5 - Tekstslide

Lees de tekst: (blz. 43)
Abstracte kunst van kleuter of kunstenaar
[1]
Een van deze schilderijen is gemaakt door een jongetje van vier. Het andere is gemaakt door een bekende kunstenaar. Welk schilderij is volgens jou door een kleuter gemaakt? En welke van de twee schilderijen vind jij mooier?

[2]
Beide schilderijen noemt men ‘abstract’. Daarop is geen plaatje van iets of iemand te zien, maar alleen vorm en kleur. Bijna zoals een kind tekent. Er zijn schilders die zulke schilderijen heel goed konden maken, zoals de Nederlandse kunstenaar Karel Appel. Die schilderijen kosten nu meer dan honderdduizend euro per stuk.

Slide 6 - Tekstslide

Hoe weet je wat het tussenkopje van alinea 2 kan zijn?

Slide 7 - Open vraag

Lees de tekst: (blz. 43)
Abstracte kunst van kleuter of kunstenaar
[1]
Een van deze schilderijen is gemaakt door een jongetje van vier. Het andere is gemaakt door een bekende kunstenaar. Welk schilderij is volgens jou door een kleuter gemaakt? En welke van de twee schilderijen vind jij mooier?

[2]
Beide schilderijen noemt men ‘abstract’. Daarop is geen plaatje van iets of iemand te zien, maar alleen vorm en kleur. Bijna zoals een kind tekent. Er zijn schilders die zulke schilderijen heel goed konden maken, zoals de Nederlandse kunstenaar Karel Appel. Die schilderijen kosten nu meer dan honderdduizend euro per stuk.

Slide 8 - Tekstslide

Welk tussenkopje past bij alinea 2?
A
Karel Appel
B
Honderdduizend euro
C
schilderijen
D
abstract

Slide 9 - Quizvraag

Om het onderwerp van een tekst te vinden, hoef je de tekst niet helemaal te lezen. Noem een van de punten waar je op let als je het onderwerp van een tekst zoekt.
A
Conclusie
B
Inleiding (eerste alinea)
C
Titel
D
Hoofdzaken

Slide 10 - Quizvraag

Verbod op games valt slecht 'kamermeerderheid tast grondrechten van kunstenaars aan'

Deskundigen hebben grote vraagtekens bij de wens van een kamermeerderheid om gewelddadige computerspellen te verbieden.
"De vrijheid van de kunst komt in gevaar", zegt onderzoeker David Nieborg van de Universiteit van Amsterdam.

Slide 11 - Tekstslide

Wat is het onderwerp van de vorige tekst?
A
Grondrechten
B
Vrijheid van kunst
C
Kamermeerderheid
D
Verbod op games

Slide 12 - Quizvraag