Adrenaline is optioneel, Cortisol is ook niet nodig.
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Hormoonregulatie
Hoe hormonen je lichaam besturen
Laptop: Lessonup, we warmen even wat op.
Adrenaline is optioneel, Cortisol is ook niet nodig.
Slide 1 - Tekstslide
Zet de hormoonklieren op de juiste plek
Eierstokken
Bijnieren
Eilandjes van Langerhans
Teelballen
Hypofyse
Schildklier
Slide 2 - Sleepvraag
Ik kom chagrijnig de klas in en begin zo de les. Jullie vinden het maar niks en beginnen vervelend te doen. Ik wordt nog chagrijniger en stuur er iemand uit. Dit is een voorbeeld van...
A
Positieve terugkoppeling
B
Negatieve terugkoppeling
Slide 3 - Quizvraag
Zet de hormonen op de juiste plek.
BiNaS tabel 89 A
FSH and LH
testosteron
groeihormoon
oxytocine
oestrogenen
thyroxine
antidiuretisch hormoon
TSH
Slide 4 - Sleepvraag
Endocrien
Exocrien
Afvoerbuis
Afgifte aan bloed
Speekselklier
Eilandjes van Langerhans
Lokale werking
Langdurige werking
Slide 5 - Sleepvraag
Leerdoelen
- Je kunt beschrijven op welke manieren hormonen de cellen van weefsels en organen kunnen beïnvloeden.
- Je kunt de werking van hormoonklieren en hun hormonen beschrijven en afleiden hoe doelwitorganen daarop reageren.
- je kunt goed gebruiken maken van de tabellen 89A-C en 67-K in Binas
Slide 6 - Tekstslide
Hormonen
Signaalstof, die genexpressie in doelcellen beïnvloedt
Slide 7 - Tekstslide
Voorbeeld
Thyroxine verhoogt de
stofwisselingssnelheid
in doelwitorganen
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Adrenaline cascade
(Signaal)cascade van enzymen waardoor glucose vrijkomt.
Een signaalcascade telt meerdere schakels.
Slide 10 - Tekstslide
Hypothalamus
1)Directe afgave neurohormonen
Zenuwcellen in de hypothalamus geven neurohormonen af. Deze komen via de achterkwab in de bloedbaan.
Deze neurohormonen zijn ADH (nieren!) en oxytocine.
Slide 11 - Tekstslide
Hypothalamus
2) Releasing en Inhibiting hormonen
Zenuwcellen kunnen ook
Releasing-Hormones (RH) en Inhibiting-Hormonen (IH) afgeven.
Deze komen in de hypothalamus in de bloedbaan en komen daarna in de hypofysevoorkwab
Slide 12 - Tekstslide
Voorkwab Ezelsbruggetje?
A --> ACTH
F --> FSH en LH
L --> LTH (prolactine)
E --> Endorfinen
G --> GH (Groeihormoon)
T --> TSH
Slide 13 - Tekstslide
Positieve en negatieve terugkoppeling
+
+
+
Slide 14 - Tekstslide
Schildklier
Het schildklierstimulerend hormoon (TSH) uit de hypofyse zet de schildklier aan tot de vorming van schildklierhormoon (thyroxine).
En leidt tot groei van schildklier weefsel.
Thyroxine remt weer TSH
Het lichaam heeft hier jodium voor nodig.
Slide 15 - Tekstslide
Struma
Tekort aan jodium leidt tot een vergroting van de schildklier = struma
Slide 16 - Tekstslide
huiswerk: 8 t/m 14
timer
5:00
Slide 17 - Tekstslide
Hormoonregulatie
Hoe hormonen je lichaam besturen
Pak en start je Laptop: Lessonup, we warmen even wat op.
Slide 18 - Tekstslide
Wanneer de thyroxine-concentratie in het bloed hoog is dan geeft de hypofyse meer/minder TSH af. Hier is sprake van positieve/negatieve terugkoppeling.
A
Meer/positieve
B
Meer/negatieve
C
Minder/positieve
D
Minder/negatieve
Slide 19 - Quizvraag
In welk orgaan worden 'releasing hormones' gemaakt?
bevorderd hormonen bijnierschors waardoor o.a. cortisol (stresshormoon) wordt gemaakt
maakt adrenaline
snelle, kortdurige werking.
Bijnierschors
Bijniermerg
Slide 25 - Tekstslide
Adrenaline
Adrenaline wordt aangemaakt in de bijnieren bij nood en spanning. Net als glucagon breekt adrenaline glycogeen af, maar dan veel sneller.
Ook je hart gaat sneller kloppen.
Adrenaline
Slide 26 - Tekstslide
EPO
1. Nieren produceren EPO.
Nieren merken tekort aan zuurstof
Reageren door productie EPO
2. Beenmerg produceert hierdoor meer rode bloedcellen.
3. Nieren genoeg zuurstof,
stop productie EPO.
Slide 27 - Tekstslide
ADH
Resorptie (opname) van water in de nieren.
Constant houden osmotische waarde van het bloed.
Slide 28 - Tekstslide
Groeihormoon (GH)
Groeihormoon aangemaakt in de hypofyse, bevordert de lengtegroei in de groeischijf van de botten. Door zijn vorm past het groeihormoon alleen op receptoren op het celmembraan van de grooeischijf.
Beïnvloeden van andere hormoonklieren
In de puberteit extra groeihormoon = groeispurt
Slide 29 - Tekstslide
Hormonen tijdens de bevalling
Hypofyse produceert prolactine -> groei melkklieren en productie melk
Hypofyse geeft oxytocine af -> weeën en vrijkomen van melk
Slide 30 - Tekstslide
Verteringssappen
= sappen gemaakt door spijsverteringsklieren.
Speekselklieren
Maagsapklieren (gastrine)
Lever - gal (secretine)
Alvleesklier (cholecystokinine)
Darmsapklieren
Bevat vaak enzymen = helpen met het omzetten van de ene stof in een andere stof.
Twaalfvingerige darm
Slide 31 - Tekstslide
Bloedsuikerspiegel
Ook hormonaal geregeld!
Slide 32 - Tekstslide
De eilandjes van Langerhans
glucagon
Insuline
Slide 33 - Tekstslide
Regeling van de bloedsuikerspiegel door de eilandjes van langershans.