De olifant ontwaakt

Mulderij? Wie is dat?


- Docent aardrijkskunde.
- Wielrennen. (topsport)
- Gehandicapt
- Gezelligheid! 
- Mongolië
- Reizen
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Mulderij? Wie is dat?


- Docent aardrijkskunde.
- Wielrennen. (topsport)
- Gehandicapt
- Gezelligheid! 
- Mongolië
- Reizen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen
Wat zijn de eigenschappen en de beperkingen van de economische, demografische en sociaal-culturele factoren die gebruikt kunnen worden om het ontwikkelingsniveau van landen te vergelijken

(Groot-Brittannië VS India)

Slide 2 - Tekstslide

Deze les
1. Hoe vulden GB en India elkaar aan in de koloniale tijd. 

2. Hoe beïnvloedt het koloniale verleden de ontwikkeling van India. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat weten we al?

Slide 4 - Woordweb

Britse rijk in 1900
Het is een wereldrijk waar India onder valt. 

In het VK veel industrialisatie + explosieve bevolkingsgroei
-->
Verstedelijking. 

Slide 5 - Tekstslide

Exploitatie
India = exploitatie kolonie van het Britse rijk. 
--> investeringen van het Britse rijk. 
Ook een belangrijk afzetgebied voor het in Engeland gemaakte textiel. 

Slide 6 - Tekstslide

Vestiging
Andere landen werden als vestigingskolonie gebruikt. 

In Europa --> explosieve bevolkingsgroei
Deze bevolking moest ergens heen --> vestigingskolonie.

Slide 7 - Tekstslide

Aan de slag
Maken opdracht 1 t/m 4 van de inleiding 
Lezen t/m verstedelijking van paragraaf 3.1 

Slide 8 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

Herhalen
Uitleg 
Aan de slag 
1. Hoe beïnvloedt het koloniale verleden de ontwikkeling van India. 
2. Waardoor nemen de sociale en de economische verschillen in beide landen nog steeds toe? 

Slide 9 - Tekstslide

Pompe Africque

Slide 10 - Tekstslide

Wat is het verband tussen het Britse wereldrijk, de industrialisatie en de exploitatie kolonie India?

Slide 11 - Open vraag

Dekolonisatie
Leidende positie GB onder druk. 

Mahatman Ghandi komt in opstand. 

Dekolonisatie ontstaat

Slide 12 - Tekstslide

Brits-Indië
Brits-Indië valt uit elkaar nadat de britten de greep verloren op de kolonie. 
Door de geweldloze opstanden van Ghandi kon de dekolonisatie een feit worden. 
Brits-Indië valt uiteen in 4 landen: India, Sri Lanka, Pakistan, Bangladesh. 

Slide 13 - Tekstslide

Gemenebest
India wordt democratisch met een eigen grondwet. 

Wel lid van Brits Gemenebest, geen verplichtingen meer.

Geschiedenis heeft impact op het heden!

Slide 14 - Tekstslide

Economisch en sociaal-cultureel
Geschiedenis van beide landen heeft impact op de landen nu. 

In GB zien we een multiculturele samenleving met veel tempels en indiase restaurants. 

Slide 15 - Tekstslide

Economisch sociaal cultureel
In india ook! 
Dagelijks kopje thee en Engels als tweede officiele taal. 

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag
Maken: Opdracht 1 t/m 4 van paragraaf 3.1
Lezen t/m toenemende ongelijkheid. 

Slide 17 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

Herhalen
Uitleg 
Aan de slag 
1. Hoe beïnvloedt het koloniale verleden de ontwikkeling van India. 

2.  Waardoor nemen de sociale en de economische verschillen in beide landen nog steeds toe? 

Slide 18 - Tekstslide

Geef een oorzaak-gevolg relatie voor het ontstaan van Indiase restaurants in Groot-Brittannië.

Slide 19 - Open vraag

Verklaar deze stelling:
"de tweede wereldoorlog heeft bijgedragen aan de onafhankelijkheid van India."

Slide 20 - Open vraag

1800 - nu

Slide 21 - Woordweb

1800 - nu
Snelle verstedelijking door de stoommachine

Midlands veel fabrieken en uiteindelijk verstedelijking

Slide 22 - Tekstslide

1800 - nu 
India
In India komt de verstedelijking later op gang. 

In de steden is er een duidelijke tweedeling: 
Slums en gated communities. 

Slide 23 - Tekstslide

Industrie naar diensten
Na WO2 raakte de zware industrie in verval. 
Arbeiders waren te duur en er kwam een milieuwetgeving. 

Ontstaan van de-industrialisatie


Slide 24 - Tekstslide

Industrie naar diensten

Diensten
- In de stad met hoogopgeleid personeel. 
- Dichtbij banken, beurzen en verzekeringsmaatschappijen 
- Gespecialiseerde dienstverleenders. 


Industrie
- Liever buiten de stad (goedkoper) 
- Dichtbij havens, kanalen etc. 

Slide 25 - Tekstslide

Londen 
Metropool met veel MNO's 

Belangrijke spil in de mondiale zakelijke en financiële dienstverlening. 

Slide 26 - Tekstslide

Detroit

Slide 27 - Tekstslide

Industriekultur Rurhgebied

Slide 28 - Tekstslide

Ongelijkheid

Slide 29 - Tekstslide

Aan de slag

Maken opdracht 4 t/m 8 van paragraaf 3.1 
Lezen paragraaf 3.2 t/m Human development index. 

Slide 30 - Tekstslide