Les 3 -Je contract 146 - 151 v

Les 3 -Je contract 146 - 151
In deze les leer je:
- Wat staat er in een contract?
- De werknemer en de werkgever moeten zich aan het contract houden = Ze moeten doen wat er in staat.
- Wat is een minimum loon?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 3 -Je contract 146 - 151
In deze les leer je:
- Wat staat er in een contract?
- De werknemer en de werkgever moeten zich aan het contract houden = Ze moeten doen wat er in staat.
- Wat is een minimum loon?

Slide 1 - Tekstslide

Les 3 -Je contract tekst 146
Contract.
- Wanneer krijg je een contract? (zin 1)
- Wat staat er in je contract? (zin 2)
- Noem twee (2) voorbeelden (zin 3)
 - Waar moet je je aan houden? (zin 4)
- Wie moet zich ook aan de afspraak houden?

Slide 2 - Tekstslide

Les 3 -Je contract 146
Voorbeeld. (plaatje)
- Schrijf bij het meisje de naam Evelien.
- Wie is er ziek?
- Wat wil de directeur?
- Wat zegt Evelien?
- Wie heeft er gelijk?


Slide 3 - Tekstslide

Les 3 -Je contract  146
- Als het een probleem wordt, welke organisatie kan je dan helpen? ( kijk op blz. 158 - 155)

Slide 4 - Tekstslide

Les 3 -Je contract 147 a + 148
a Lees het contract.
b - Wie is de werkgever van Mehmed
c - Hoe lang kan Mehmed bij het bedrijf werken ? 
d - Hoeveel uur gaat Mehmed per week werken?
e - Hoeveel gaat Mehmed verdienen? 
Mehmed gaat         euro per            verdienen.


Slide 5 - Tekstslide

Les 3 -Je contract 147 a
a Lees het contract.
- Wat wordt zijn baan?
- Wat zijn zijn taken = wat moet hij doen? (3x) link  en 1.05


Slide 6 - Tekstslide

Les 3 -Je contract 147 a
a Lees het contract.
- Welke dagen werkt hij?
- Hoeveel uur werkt hij per week?
- Hoeveel verdient hij per maand. Hoeveel is dat per week?
12 x 1250.45 : 52 = 288.57
- Hoe lang is het contract geldig?
- Wanneer is dit afgesproken en ondertekend?




Slide 7 - Tekstslide

Les 3 -Je contract 147 a
a Lees het contract.
- Wie is zijn werkgever ( = de baas/chef)




Slide 8 - Tekstslide

Les 3 -Je contract 148 c, d, e en f.

-c 1 jaar
-d 32 uur
-e € 1250,45 per maand brutoloon en nettoloon. 1.06
-f Het is belangrijk dat de afspraken in het contract staan want
jij en je werkgever moeten zich hieraan houden. 


Slide 9 - Tekstslide

Les 3 -Je contract 148 opdracht 2

a. De situatie
- Wat heb je gevonden?
- Wat wil je nog weten.
b. Onderwerp                  vraag
- Werktijden               Hoe laat moet ik beginnen en hoe lang moet                                           ik werken?
- Vakantiedagen       Hoeveel vakantiedagen heb ik?  
       

Slide 10 - Tekstslide

Les 3 -Je contract 148 opdracht 2

- ziek melden:  Wie en hoe laat moet ik bellen of mailen?
a. De situatie
-   Loon    Hoeveel verdien (krijg) ik bruto/netto per maand.
-  Pauze    Hoe vaak en hoe lang en hoe laat heb ik pauze.

Slide 11 - Tekstslide

Les 3 -Je contract 149 opdracht 2 d en e

Bedenk nog een vraag?
e.
- Hoe lang duurt mijn contract ?
- Hoeveel collega's ( mensen die daar ook werken) heb ik?
- Wat moet ik doen en waar?

Slide 12 - Tekstslide

Les 3 -Je contract 149 opdracht 2 tekst loon

Loon
- Waarin staat hoeveel geld je verdient? (zin 1) in het contract
- Wat is een ander woord voor het geld wat je verdient? (zin 2)
- Wanneer krijg je meestal je loon? (zin 3)
- Wat moet je werkgever je ten minste betalen? (zin 4)
- Waar hangt dat van af? zin 5 



Slide 13 - Tekstslide

Les 3 -blz. 150 opdracht 3 



a lees de tekst.  ? Ik heb en vraag .nl
- Hoe heet deze site? site
- Wie heeft een vraag?
- Waarover gaat de vraag?
- Klopt het wel dat hij € 800 ontvangt en geen € 900?
- Wie geeft het antwoord?
- Leg het uit met de woorden 'brutoloon en netto loon'

Slide 14 - Tekstslide

Les 3 -blz. 150 - 151 opdracht 3 
b. Omdat hij belasting en pensioen moet betalen.

c. In 2024 zou hij te weinig verdienen want dan is het € 1.034,70 per maand.
e. Ja dat vind ik goed, want hoe ouder je wordt hoe meer je ZELF moet betalen.

Slide 15 - Tekstslide

Les 3 -151 studiemeter 

Slide 16 - Tekstslide